Een dikkedarmpoliep op zich is in principe goedaardig. We onderscheiden in de dikke darm twee soorten poliepen: de hyperplastische poliepen, die zelden aanleiding geven tot kwaadaardigheid, en de adenomateuze poliepen, die wel kwaadaardig kunnen worden en evolueren naar kanker (carcinoom): adenoom-carcinoom sequentie.
Verreweg de meeste poliepen zijn goedaardig en zullen ook altijd goedaardig blijven. Poliepen kunnen echter onrustige cellen bevatten en op den duur uitgroeien tot een kwaadaardige tumor: dikkedarmkanker. Deze poliepen worden ook wel adenomen of adenomateuze poliepen genoemd.
Logopedie kan helpen om de stem beter te gebruiken en soms is een operatie nodig. Neuspoliepen genezen niet vanzelf, maar die kan men laten zitten. Andere poliepen kan men beter uit voorzorg weghalen.
Poliepen in de dikke darm geven niet altijd klachten. Klachten die voor kunnen komen zijn. Bloed in de ontlasting, verandering inhet ontlastingspatroon, erg onregelmatige stoelgang, buikijn en onverklaarbaar gewichtsverlies.
Grote poliepen (EMR)
Poliepen van 2 cm of groter zijn met een EMR techniek te verwijderen. Dit kost vaak meer tijd en hiervoor krijgt u meestal een tweede scopie sessie. Ook bij deze techniek brengt de arts een vochtkussentje onder de poliep, zodat deze in 1 keer of in meerdere delen is te verwijderen.
Het verwijderen van het weefsel is bijna nooit pijnlijk. Wel kunt u pijnlijke krampen voelen van de baarmoeder.
Poliepen kunnen variëren in grootte en in vorm: van een speldenknop tot een poliep van enkele centimeters groot. Darmpoliepen kunnen zowel alleen als in groepen voorkomen. Een darmpoliep is in principe een goedaardig gezwel, maar kan zo groot worden dat de darm er door geblokkeerd raakt.
Erfelijke aanleg, voeding en leefstijl kunnen een rol spelen. De meeste poliepen in de darm zijn goedaardig. Soms groeit een poliep in 10 tot 15 jaar tijd uit tot een kwaadaardig gezwel (een darmtumor). Dit gebeurt bij 1 op de 20 darmpoliepen.
Als een poliep groter wordt dan 1 cm gaat het risico dat die later ontaardt geleidelijk toenemen. Gelukkig is het slechts een minderheid die uiteindelijk evolueert naar een groter kwaadaardig gezwel. Dit kan dan tot 4 à 6 cm groot worden zodat de darm daardoor ook vernauwd of geblokkeerd geraakt.
Het inbrengen van de endoscoop ervaren veel mensen als vervelend. Als u last hebt van aambeien of kloofjes rond de anus, kan dit extra pijnlijk zijn. Het opschuiven van de endoscoop door de dikke darm kan vooral bij de bochten pijnlijk zijn. Door het onderzoek kunnen ook buikkrampen ontstaan.
Tijdens de operatie wordt uw bloeddruk gecontroleerd met een band om uw arm. De operatie duurt 30-60 minuten, afhankelijk van het aantal poliepen en de grootte ervan. Na afloop van de operatie gaat u naar de verblijfsruimte.
Als die jonger dan 60 jaar was, wordt aangeraden om iedere 5 jaar een coloscopie te laten doen. Een stoelgangsonderzoek lijkt dan niet voldoende te zijn. Als die ouder was dan 60 jaar, volstaat een controle om de 10 jaar.
Sommige poliepen kunnen uitgroeien tot darmkanker. Dit duurt ongeveer 15 jaar.
De uitslag van het kijkonderzoek van de darm (coloscopie)
Als er weefsel of een poliep is weggehaald bij het kijkonderzoek, dan wordt dit onderzocht in een laboratorium. Dat duurt meestal een week. U krijgt een nieuwe afspraak om de uitslag te bespreken. Zijn het 'goede' poliepen, dan zijn extra controles niet nodig.
Een poliep is een goedaardige woekering van slijmvlies. De binnenkant van inwendige lichaamsholtes, zoals de maag en de darm, is bekleed met een slijmvlieslaag. Poliepen kunnen overal in het lichaam voorkomen, bijvoorbeeld in de maag. In principe zijn poliepen goedaardig.
De operatie duurt ongeveer één tot anderhalf uur. Via de neusgaten kan de KNO-arts het zeefbeencomplex openen, waarna de KNO-arts de poliepen 'met wortel en al' kan verwijderen. De KNO-arts kan gedurende de gehele operatie met een kijkertje (endoscoop), onder verschillende hoeken, in de neus en in de bijholten kijken.
Type van poliep dat zich ontwikkelt in het spijsverteringskanaal (meer bepaald in het colon (of de karteldarm)). Adenomateuze poliepen kunnen kwaadaardig worden. De 3 belangrijkste types van adenomateuze poliepen zijn de tubulaire poliep, de villeuze poliep en de tubulovilleuze poliep.
De cyste ziet eruit als een glazig bolletje en wordt doorgaans toevallig opgemerkt tijdens een gynaecologisch onderzoek (bv. bij afname van een uitstrijkje). Een cervicale poliep is een poliep van de baarmoederhals. Een poliep ziet eruit als een kleine paddenstoel, met een steeltje en een breder kopje.
Het stinken van winden heeft te maken met een geringe hoeveelheid stinkende gassen. Dit zijn vaak zwavelverbindingen (rotte eieren) die vrijkomen bij de afbraak van bepaalde eiwitten. De samenstelling en de geur van het darmgas heeft onder andere te maken met de voeding en de darmflora.
Het opschuiven van de endoscoop door de dikke darm kan vooral bij de bochten soms wat pijnlijk zijn. De pijn wordt meestal snel minder als de endoscoop voorbij een bocht is. Van eventuele kleine ingrepen voel je niets. Als je een roesje hebt gekregen, dan merk je weinig van het onderzoek.
Dit kan ontstaan als de ontlasting te hard is. Elke keer als u poept, gaat dat scheurtje weer open en kan er een plasje bloed in de wc-pot komen. Ook diarree en het hebben van anale seks kan scheurtjes in de anus geven. Een ernstige maagdarminfectie kan de oorzaak zijn van diarree waar bloed bij zit.
Neuspoliepen zijn goedaardige zwellingen van het neusslijmvlies. Meestal ontstaan ze in de zeefbeenholte (1 van de 4 neusbijholten). De poliepen zakken als een soort 'slijmvlieszakjes' vanuit de zeefbeenholte in de neus. Neuspoliepen ontstaan bijna altijd aan beide kanten in de neus.
In een grotere poliep lopen vaak ook grotere bloedvaten. Daarom kan er een bloeding komen tijdens of na de ingreep. De arts kan bloedingen tijdens de ingreep vaak direct behandelen.
Bloedverlies. Na de meeste hysteroscopische operaties is er enige tijd vaginaal bloedverlies. Hoe lang dat duurt is moeilijk te voorspellen: het kan variëren van enkele dagen bij de kleinere ingrepen tot enkele weken bij de grotere ingrepen.