De halve rust heeft, net als de halve noot, een duur van 2 tellen.
Een halve noot duurt in een 4/4 maat 2 tellen (volgens het onderste cijfer). Staat er een punt achter, dan komt de helft erbij.
De hele rust duurt zolang als het bovenste cijfer van de maatsoort is. Halve rust = 2 tellen. Kwart rust = 1 tel. Achtste rust = 1/2 tel.
Een hele rust hangt altijd aan de vierde lijn van de notenbalk, het maakt ook niet uit welke sleutel er voor staat. Een halve rust ziet er hetzelfde uit als een hele rust, een kort streepje, maar een halve rust ligt op de derde lijn van de notenbalk.
Een hele noot kun je ook in twee halve noten verdelen. Dus een hele noot is twee keer zo lang als een halve noot; een halve noot is weer twee keer zo lang als een kwartnoot, een kwartnoot is weer twee keer zo lang als een achtste noot, en een achtste is twee keer een zestiende.
We gebruiken de eerste 7 letters van het alfabet om de muzieknoten een naam te geven: A, B, C, D, E, F en G. Als je die op een piano speelt, gebruik je de witte toetsen, en die noemen we de stamtonen. In het rijtje A B C D E F G klinkt A het laagst, en G het hoogst.
Een hele noot staat tot een halve noot als 2:1 in tijdsduur. Er passen dus twee halve noten in één hele noot. Een halve noot staat tot een kwartnoot als 2:1 in tijdsduur. Er passen dus twee kwartnoten in één halve noot.
Andere voorbeelden zijn: 2/2: er wordt geteld in halve noten en er passen twee halve noten in een maat. 4/4: er wordt geteld in kwartnoten en er passen vier kwartnoten in een maat. 6/8: er wordt geteld in achtste noten en er passen zes achtste noten in een maat.
Zoals noten een tijdsduur hebben, kunnen ook rusten een tijdsduur hebben: er zijn korte en lange rusten. De equivalenten van hele noot, halve noot en kwart noot zijn hele rust, halve rust en kwart rust.
Als we van de achtste noot weer twee keer zo klein gaan, krijgen we een zestiende noot die maar een kwart tel lang is (er passen vier van deze noten in één tel). De zestiende noot heeft twee vlaggetjes aan de stok.
De lengte van een geografisch nummer bedraagt in Nederland tien cijfers (hierbij is de +31 weggelaten, maar niet de eerste 0). In België zijn dit negen cijfers. De lengte van een niet-geografisch nummer kan variëren.
' De eerste tel klinkt iets harder dan de vierde tel. Een 3/2 maat betekent dat je 3 halve noten moet tellen voor 1 maat. 1 halve noot is 2 kwartnoten waard. Probeer gelijkmatig tot 6 te tellen, met de nadruk op de oneven getallen: 'EEN-twee-DRIE-vier-VIJF-zes, EEN-twee-DRIE-vier-VIJF-zes.
De langste notenduur die in onze tijd in het algemeen gebruikt wordt is de hele noot. Vaak wordt daar een waarde van vier tellen aan toegekend als de teleenheid de kwartnoot is. In vroeger eeuwen hebben nog langere notenwaarden dan de hele noot bestaan. Een oude naam voor de hele noot is de semibrevis.
Een partituur bevat alle stemmen van een muziekstuk. Ze staan in een vaste volgorde onder elkaar: houtblazers bovenaan, dan koperblazers, vervolgens slagwerk en harp, dan de strijkers. De partituur is het uitgangspunt voor een dirigent die hiermee de volledige ontwikkeling van alle instrumenten overziet.
Voor het noteren van muziek worden niet één lijntje maar meerdere lijntjes vlak boven elkaar gebruikt. Deze 5 horizontale lijntjes worden de notenbalk genoemd. Op deze balk worden alle noten genoteerd die gezongen of gespeeld moeten worden.
Fermata = 1) rustteken (muz.)
Noten leren lezen kan je vergelijken met het leren van een nieuwe taal. Sommige mensen leren het snel, anderen hebben er iets meer moeite mee. Het notenschrift is een vrij eenvoudig en logisch systeem. Iedereen kan dit leren begrijpen.
De viool- of G-sleutel is het teken aan het begin van de notenbalk dat bepaalt dat de noot door het tweede lijntje van onder als de toon g klinkt.
Steeds als er 2 witte toetsen zijn met een zwarte toets ertussen dan is dat een hele afstand. Maar liggen 2 witte toetsen naast elkaar en zit er geen zwarte toets tussen, dan is dat een halve afstand. De halve afstanden vindt je dus tussen de E en F, en tussen de B en C.
A, B, C, D, E, F en G.
Nou, als je leert op een piano met 88 toetsen, dan is de eerste noot een A, de volgende een B en ga zo maar door. Onthoud dat wanneer je G hebt bereikt, het muzikale alfabet weer vanaf het beginpunt begint.
Een achtste noot is de helft van een kwart noot. Er passen dus 2 achtste noten in een kwart noot, 4 achtste noten in een halve noot en 8 achtste noten in een hele noot. De nootduur van een achtste noot is een halve tel.