De kenmerken van bps beginnen zich meestal te manifesteren tussen 12 en 14 jaar. De eerste symptomen worden vaak gezien op het gebied van emoties en gedrag: jongeren kunnen hun emoties niet meer reguleren en laten impulsief gedrag zien.
Jongeren met een persoonlijkheidsstoornis kenmerken zich door een star patroon in denken, voelen en handelen. Dit kunnen gedachtes zijn over zichzelf of over anderen. Ze voelen heel intens of ervaren juist geen gevoel te hebben. Vaak hebben ze problemen in de omgang met anderen.
Het doel van diagnostiek is indicatiestelling en het toewijzen van zorg. Om de diagnose 'persoonlijkheidsstoornis' te kunnen stellen gebruikt men verschillende instrumenten: interviews, vragenlijsten en classificatiesystemen (zoals de DSM en ICD 10).
Bij een persoonlijkheidsstoornis zijn bepaalde eigenschappen erg aanwezig. U bent bijvoorbeeld extreem gevoelig voor kritiek, u heeft heel erge bindingsangst of verlatingsangst, u doet dingen zonder na te denken, u bent erg afhankelijk, perfectionistisch of verlegen.
Borderline symptomen komen vaak voor het eerst tot uiting wanneer iemand tussen de 15 en 25 jaar oud is. Deze levensfase wordt vaak gekenmerkt door grote veranderingen op het gebied van werk, relaties en de leefomgeving.
Er bestaan geen medicijnen die uw stoornis kunnen genezen. Ze kunnen wel de ernst van de verschijnselen waar u last van heeft verminderen. Medicijnen zijn vooral in het begin van de behandeling nuttig, omdat het vaak even tijd duurt voordat psychotherapie effect heeft.
Het ontstaan van een persoonlijkheidsstoornis heeft te maken met erfelijkheid, aanleg en omgevingsfactoren. Je aanleg en wat je leert van anderen bepaalt namelijk hoe je omgaat met je gevoelens en emoties. Dit heeft weer invloed op hoe jij met bepaalde situaties omgaat.
Je wordt geboren met sterke kanten en kwetsbaarheden. Je kan bijvoorbeeld een aanleg voor angst, somberheid of verlegenheid (introversie) meekrijgen. Hoe deze aanleg zich ontwikkelt hangt af van je levenservaringen, bijvoorbeeld van je opvoeding. Opvoedingsfactoren spelen vaak een rol.
Ontstaan van persoonlijkheidsstoornissen
Verschillende factoren spelen waarschijnlijk een rol. Een trauma in de kinderjaren. Bijvoorbeeld emotionele verwaarlozing, verlating, een ongeluk, seksueel misbruik of mishandeling. Sociale factoren, zoals gezinsomstandigheden en maatschappelijke positie.
Adolescenten met BPS hebben last van sterk wisselende en heftige emoties, soms afgewisseld met periodes van leegte of depersonalisatie. Ook kunnen ze intense verlatingsangst hebben en op grond hiervan zich vastklampen aan anderen, intense relaties aangaan, maar die dan ook weer plotseling verbreken.
“Borderline persoonlijkheidsproblematiek kan op later leeftijd minder herkenbaar zijn voor de omgeving. De aan borderline gerelateerde stemmingsproblemen kunnen echter tot last blijven voor de oudere zelf en zorgen voor een grote beperking in kwaliteit van leven.
Met borderline word je geboren. Het openbaart zich vaak tijdens de pubertijd. Ook een nare ervaring kan zorgen dat een borderline stoornis problemen geeft. Er zijn in Nederland ongeveer 150.000 mensen met een borderline persoonlijkheidsstoornis.
Een persoonlijkheidsstoornis komt vaak voor in combinatie met nog een andere persoonlijkheidsstoornis of een andere psychische aandoening, zoals een angststoornis, PTSS, dwangstoornis, depressie of ADHD. Ongeveer 7 van de 100 mensen in Nederland hebben een persoonlijkheidsstoornis.
Mensen met borderline hebben vaak weinig zelfvertrouwen en een negatief zelfbeeld. Ze zijn buitengewoon gevoelig voor opmerkingen die ze als kritiek ervaren. Ze twijfelen constant over wat ze zullen aanpakken en wat ze met hun leven willen. Mensen met borderline kunnen momenten van vervreemding hebben.
De persoonlijkheid wordt bepaald door een samenspel van aanleg en omgeving. Een veilige gehechtheid tussen ouders en kinderen heeft een sterke positieve bijdrage aan de veerkracht van kinderen. Helaas is in sommige gezinnen vanwege uiteenlopende redenen sprake van onveiligheid.
Omdat persoonlijkheidsstoornissen vaak al lang bestaan, duurt een behandeling voor persoonlijkheidsproblematiek meestal enkele jaren. De duur van de therapie voor een persoonlijkheidsstoornis is natuurlijk afhankelijk van de ernst van de klachten.
Depressie werd vaak als zelfstandige stoornis behandeld. Het is echter bekend dat 2 van de 3 mensen met een depressie ook een persoonlijkheidsstoornis hebben; vaak is er sprake van een ontwijkende of vermijdende persoonlijkheidsstoornis.
Veranderingen PS op latere leeftijd
Op latere leeftijd toont men meer passief-agressieve gedragingen, verslavingsgedrag of depressieve uitingen. Bij ouderen met narcistische problematiek komen vaker stemmingsproblemen voor, en ook suïcidaal gedrag. Voor hen zijn aanzien, status en uiterlijk zeer belangrijk.
Iemand met een narcistische persoonlijkheidsstoornis vindt zichzelf beter dan anderen. Hij of zij vertoont egoïstisch gedrag, is dominant, wil bewonderd worden en heeft vaak een gebrek aan inlevingsvermogen. Mensen met een narcistische persoonlijkheidsstoornis vinden zichzelf belangrijker dan anderen.
Mensen met een persoonlijkheids- stoornis lopen daardoor vaak langdurig vast op meerdere levensgebieden, zoals thuis, op het werk en in relaties. Contacten met andere mensen verlopen vaak moeizaam. Vaak wordt gedacht dat een autismespectrumstoornis en een persoonlijkheidsstoornis niet kunnen samengaan. Dit is onjuist.
Wat is een dissociatieve persoonlijkheidsstoornis? Iemand met een dissociatieve identiteitsstoornis heeft meerdere persoonlijkheden. De klachten kunnen per persoonlijkheidstoestand verschillen. Bij iedere persoonlijkheid hoort ander gedrag en soms ook stemgeluid, smaak of stijl.
In veel gevallen hebben mensen last van meerdere persoonlijkheidsstoornissen tegelijkertijd. Naast deze algemene problemen op het vlak van cognities, gevoelens, interpersoonlijk functioneren en impulsbeheersing, zijn er vaak bijkomende klachten, zoals angsten, depressie, verslaving en eetproblemen.
Een narcistische persoonlijkheidsstoornis is tweezijdig. Aan de ene kant staat een opgeblazen gevoel van zelfbelang en zucht naar bewondering centraal, en aan de andere kant is er sprake van een extreem gevoel van minderwaardigheid en onzekerheid. Narcistisch gedrag is vaak lastig te herkennen.