Dit zijn de maandelijkse kosten voor reparaties en groot onderhoud aan gemeenschappelijke dienstruimten en recreatieruimten. Deze kosten komen meestal voor bij senioren- of bejaardenwoningen. Het gaat niet om de inventaris, het schoonmaken van de ruimten of onderhoud aan de tuin.
Naast bovengenoemde servicekosten betalen huurders soms ook voor andere diensten servicekosten, bijvoorbeeld voor verwarming van hun woning via een collectieve verwarmingsinstallatie of voor een onderhoudsabonnement. Dit soort servicekosten tellen niet mee in de rekenhuur. Er is geen toeslag over mogelijk.
Per soort servicekosten tellen we maximaal € 12 bij de huurprijs op. Ook als het bedrag dat u betaalt hoger is. Wilt u gewijzigde huur of servicekosten doorgeven? Dat kan via Mijn toeslagen.
Naast huur mogen er ook andere (service)kosten in rekening worden gebracht. Denk aan de kosten voor gas, water en elektriciteit, meubilering, stoffering, en aan kosten voor gemeentelijke heffingen (bijvoorbeeld de afvalstoffenheffing).
Subsidiabele servicekosten zijn servicekosten die u mag meetellen in de berekening van de huurtoeslag. Voor deze kosten geldt vaak een maximumbedrag. kosten voor dienst- en recreatieruimten. Uw subsidiabele huur vindt u onder Mijn Huurcontract op uw persoonlijke pagina.
Het gaat om 1 of meer van de volgende servicekosten: kosten voor schoonmaak van gemeenschappelijke ruimten. kosten energie voor gemeenschappelijke ruimten. kosten voor de huismeester.
Huurtoeslag, ook wel huursubsidie, is een vergoeding voor een deel van uw huur. Hoeveel u krijgt, hangt af van de huurprijs, uw inkomen en uw vermogen. Heeft u een toeslagpartner of medebewoner? Dan telt ook hun inkomen en vermogen mee.
Als huurder bent u verantwoordelijk voor het dagelijks onderhoud. Denk aan een nieuwe wc-bril of een leertje in de kraan. Lost de verhuurder de problemen niet op? Vraag dan de Huurcommissie om uw huur te verlagen.
Veelgestelde vragen. Wanneer heb ik recht op een nieuwe keuken? Een keuken komt in aanmerking voor vervanging wanneer deze 20 jaar of ouder is.
In een appartementsgebouw betaalt de huurder mee voor het licht, de verwarming en het onderhoud van de traphal, de gedeelde inkom, de bergruimte, … De facturen voor gas, water en elektriciteit in de woning en de kosten voor de vuilnisophaling betaalt huurder zelf.
Als de verhuurder de rekeningen betaalt voor gas, water en elektra, de woonruimte heeft gemeubileerd, onderhoud doet dat wettelijk voor rekening van de huurder is of het trappenhuis schoonmaakt, mag hij de kosten van deze 'service' aan de huurder doorberekenen.
Uw huur mag in 2022 maximaal € 763,47 zijn. In 2021 was dit € 752,33. Maar of en hoeveel huurtoeslag u krijgt, hangt ook af van uw leeftijd, woonsituatie en inkomen.
De servicekosten bedragen vaak tussen de €30,- en €50,- per m2 per jaar. In het artikel 'Huurprijs per m2 per jaar' heb je kunnen lezen dat je maandelijkse kosten als huurder bestaan uit de eigenlijke huurprijs en de servicekosten.
Kale huur. Kale huur is de huur van uw woning. Zonder bijkomende kosten voor bijvoorbeeld gas en licht.
U huurt een sociale huurwoning als uw kale huurprijs bij het tekenen van het contract niet hoger was dan de huurliberalisatiegrens uit dat jaar. De kale huur is de huurprijs zonder andere kosten zoals servicekosten.
Voor vervangen sanitair geldt een vervangingstermijn van 30 jaar. Is uw badkamer/toilet ouder dan 30 jaar dan komt u in aanmerking hiervoor.
Als de gevels, keukens en het houtwerk in slechte staat zijn, kan er sprake zijn van gebreken. Die dient de verhuurder na melding door de huurder(s) dan te herstellen. Alleen betekent dat nog niet dat de verhuurder daarvoor moet overgaan tot (groot-)onderhoud en/of renovatie.
En voor huurverhogingen na woningverbetering geldt het maximum van 2,4% niet. Dat geldt voor de jaarlijkse huurverhoging. Maar de huurverhoging is niet onbeperkt. De huurverhoging moet sinds 1 mei 2021 in redelijke verhouding staan tot de kosten die de verhuurder heeft gemaakt voor de nieuwe, toegevoegde voorzieningen.
Verstoppingen van horizontale afvoerleidingen (zowel bij woningen als appartementen) zijn contractueel gezien voor rekening van de huurder*. Hiervoor dient u dan ook zelf zorg te dragen voor het inschakelen van een gespecialiseerd ontstoppingsbedrijf.
Huurder is verantwoordelijk voor het onderhoud aan tuinen, erven, opritten en erfafscheidingen, zodanig dat deze onroerende aanhorigheden een verzorgde indruk maken, waaronder: het vervangen van kapotte planken of segmenten van houten erfafscheidingen, het rechtzetten en recht houden van houten erfafscheidingen.
In het geval van schade geldt hier de regel: normale huurslijtage is niet ten laste van de huurder, de andere schade wel. Een verouderd scharnier ten gevolge van normale slijtage en ouderdom zal bijvoorbeeld ten laste zijn van de verhuurder.
In 2022 kunt u huurtoeslag krijgen als uw vermogen op 1 januari 2022 niet hoger was dan € 31.747. In 2021 was dat maximaal € 31.340.
Uw bruto belastbare inkomen over het gehele jaar 2019 mag dan niet hoger zijn dan € 22.700 om huurtoeslag te kunnen ontvangen. Heeft u per 1 januari 2019 de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt of bent u ouder? Dan mag uw bruto belastbare inkomen over geheel 2019 niet hoger zijn dan € 22.675 .
Als je inkomen stijgt wordt de toeslag geleidelijk minder. Bij welk inkomen je helemaal geen huurtoeslag meer krijgt hangt af van je huurprijs en het aantal personen in je huishouden. Verder maakt het uit of je de AOW-leeftijd al bereikt hebt of juist niet.