1. Schuur het onderdeel van grof naar fijn tot ongeveer korrel 320/400. Daarna zou u eventueel nog met een waterproof schuurpapier na kunnen schuren voor een glad resultaat. Hoe fijner, hoe beter het eindresultaat.
Voor je epoxy afwerkt met een lak of nieuwe laag epoxy raden we aan om tot circa korrel 400 te schuren, indien je gaat polijsten wil je opschuren tot korrel 2500 voordat je over gaat op polijstmiddelen.
Ruw hout of oude (slechte) verflagen kunt u opschuren met P80 tot P120. Om een egaler eindresultaat te behalen schuur je de grondverf met een fijnere grofte, namelijk P150 tot P220. Voor extreem mooi en strak werk zou je voor de laatste verflaag nog kunnen schuren met P320-400.
Hoe hoger het getal, des te fijner het schuurpapier. De letter P staat voor 'particles'. Het getal zelf staat voor de hoeveelheid korrels per vierkante centimeter.
Gebruik P2500 of P3000 Schuurpapier om de krasjes van het schuren te verfijnen en de autolak voor te bereiden op de volgende fase: poetsen en polijsten.
Licht opschuren betekent dat je de verflaag mat schuurt zodat de nieuwe verflaag goed hecht. Dat is voldoende. Je ondergrond is helemaal klaar voor het nieuwe schilderwerk.
Om ervoor te zorgen dat verf goed op een oppervlak kan hechten, dien je het oppervlak (licht) op te schuren voordat je gaat schilderen. Hiermee kun je er tegelijkertijd voor zorgen dat eventuele krasjes of kleine beschadigingen van het oppervlak verwijderd worden.
Fijn schuurpapier heeft een korrel tussen de 120 en 180. Dit is perfect voor het opschuren van een laag grondverf. Voorbeelden hiervan zijn 120 schuurpapier en schuurpapier 150p. Alles met een korrel boven de 200 is extra fijn schuurpapier.
Fijn schuurpapier (korrel 120 – korrel 180) komt van pas na het aanbrengen van een laag grondverf. Zeer fijn schuurpapier (korrel 200 – korrel 600) gebruik je na het aanbrengen van een laklaag.
Hierover zijn de meningen in de verfwereld nogal verdeeld. Of het nu wel of niet nodig is om tussen twee lagen te schuren, hangt samen met de tijd die tussen de verflagen in zit en het soort verf dat je gebruikt. Bij watergedragen verf is schuren belangrijk, omdat deze verf minder goed hecht aan een gladde ondergrond.
Schuur een ruw oppervlak eerst op met schuurpapier met een korrelgrootte van 90. Schuur daarna nogmaals met fijner schuurpapier met een korrelgrootte van 120. Voor het licht opschuren van een verflaag is een korrelgrootte van 180 of 220 het meest geschikt.
Hiervoor kom je zonder veel problemen toch goed in de lastig bereikbare hoekjes en randjes. Gebruik niet te fijn schuurpapier. Fijn schuurpapier (korrel 240) is prima te gebruiken tussen de laklagen door.
Door de viezigheid loopt de ruimte tussen de korrels en het schuurpapier of -spons snel vol. Met als gevolg dat je niet meer goed kunt schuren en dus sneller toe bent aan een nieuw stuk schuurpapier. Niet echt duurzaam dus. Schilderwerk schoonmaken zorgt er dus voor dat je schuurpapier langer mee gaat!
Schuur het onderdeel van grof naar fijn tot ongeveer korrel 320/400. Daarna zou u eventueel nog met een waterproof schuurpapier na kunnen schuren voor een glad resultaat. Hoe fijner, hoe beter het eindresultaat. Dit is voor vrijwel alle metalen gelijk.
Het polijsten wordt gedaan met een polijstmachine, polijstschijven en polijstpasta. Vergeet daarnaast niet een aantal microvezeldoeken bij de hand te houden. Breng de polijstpasta aan op de polijstschijf en een klein beetje op het te polijsten oppervlak.
De korrelgrofte van P120 maakt het papier ideaal voor het fijnere schuurwerk. Gladmaken van hout voor een splintervrij resultaat is geen enkel probleem. Gebruik het schuurpapier voor het opschuren van een onderlaag na het aanbrengen van een laag grondverf, of voor het verwijderen van verf op verschillende onderlagen.
Natschuren is een manier om te schuren zonder stof.
Doordat je gaat schuren met water, absorbeert vocht het stof dat vrij komt tijdens het schuren.
Met waterproof schuurpapier, ook wel watervast schuurpapier genoemd, kan je nat schuren. Het voordeel van nat schuren is dat er geen stof vrijkomt. Met waterproof schuurpapier maak je bovendien ook minder snel krassen in de ondergrond.
Grondverf gebruiken is vooral belangrijk als je onbehandeld hout of beschadigd hout gaat verven. Grondverf zorgt ervoor dat de normale verf niet direct in het hout trekt. Zo blijft de ondergrond, en dus je deur, beter beschermd tegen vocht. Ook krijg je een egaler resultaat als je deuren eerst met grondverf verft.
Vlekken en andere oneffenheden worden zo voorkomen. Niet alleen op hout is schuren na grondverf een goed idee. Zo kun je ook schuren na een primer op metaal te hebben aangebracht. Zo wordt het metaal opgeruwd en kan de volgende verflaag zich beter hechten.
In de meeste gevallen is 1 laag primer of grondverf aanbrengen voldoende.Je werkt de grondlaag vervolgens af met minimaal 2 lagen lak. Het is belangrijk om tussen de lagen door te wachten totdat de eerste laag goed droog is voordat de volgende laag geschilderd kan worden.
Het meest professionele eindresultaat krijg je door minimaal 2 lagen aan te brengen. Hierdoor komt de glans van het product tot zijn recht en door de laagdikte kan de verf een goede bescherming bieden. In sommige gevallen of bij een zware belasting (bv traptredes) kan een extra laag nodig zijn.
Bij St Marc is het raadzaam om achteraf nog een keer met een vochtige spons het oppervlak af te doen om eventuele zeepresten te verwijderen. Bovendien ontvetten Universol of St Marc beide beter dan ammoniak.
Verwijder het schuurstof voor je gaat aflakken of verven. Eerst met een zachte borstel, daarna kun je het oppervlak afnemen met een iets vochtige doek.