Minderjarige kinderen met risico op armoede In 2021 leefden circa 209 duizend minderjarige kinderen in een huishouden met een laag inkomen. Dat is 6,6 procent van alle minderjarige kinderen. 2,9 procent van alle minderjarige kinderen leefden langdurig in een gezin met een laag inkomen.
Alleenstaanden tot AOW-leeftijd lopen grootste armoederisico. Van alle huishoudenstypen is het armoederisico onder alleenstaanden tot de AOW-gerechtigde leeftijd met bijna 17 procent het grootst. Daarna volgen de eenoudergezinnen met uitsluitend minderjarige kinderen: 15 procent van hen liep in 2020 risico op armoede.
Armoede komt het meest voor onder kinderen, 90-plussers, eenoudergezinnen, werkende armen en mensen met een migratie-achtergrond (de grootste groep). Van de kinderen t/m 12 jaar leeft volgens het SCP ruim 8 procent in armoede.
Eenoudergezinnen, alleenstaanden tot aan de AOW-leeftijd, huishoudens met een niet-westerse migratieachtergrond, bijstandsontvangers en laagopgeleiden zijn groepen die van oudsher kampen met een relatief hoog risico op (langdurige) armoede.
Armoede kan allerlei oorzaken hebben. Denk aan life-events en onverwachte gebeurtenissen zoals een scheiding, de coronacrisis, stijgende energieprijzen, toenemende inflatie, faillissement, persoonlijke factoren zoals een chronische ziekte, psychische problemen of een licht verstandelijke beperking.
Onder 'stille armoede' wordt het niet spreken over leven in armoede verstaan. Aan armoede kleeft namelijk ook gauw schaamte. "We hebben een idee dat alles maakbaar is, dus op het moment dat je succes hebt, heb je het aan jezelf te danken.
Flevoland en Drenthe zijn de armste provincies van Nederland.
De Vrijheidswijk-West in Leeuwarden is nog altijd de armste buurt van Nederland. Ruim een kwart van de huishoudens leeft al vier jaar van een 'laag inkomen', een inkomen van minder dan 9.249 euro per jaar. Het gemiddelde inkomen in de buurt ligt net boven de elfduizend euro.
vermogen: €4.300. De armste gemeente van Nederland? Dat is, heel verrassend, de stad Rotterdam.
Iets meer dan 900 duizend mensen leefden in 2020 in een huishouden onder de lage-inkomensgrens, van wie 376 duizend al ten minste vier jaar achtereen (2,4 procent van de bevolking).
Het percentage van de bevolking dat in armoede leeft is volgens de Wereldbank het hoogst in Madagaskar (82 procent), Burundi (78 procent) en de Democratische Republiek Congo (77 procent). Maar ook in veel andere Afrikaanse landen leven nog steeds veel mensen in armoede.
Kans op armoede het hoogst in grootste steden
Maar ook het relatieve aantal mensen met een inkomen onder de lage-inkomensgrens is er het hoogst. Rotterdam, Amsterdam en Den Haag gaan hierbij voorop, samen met Groningen en Arnhem. Het percentage mensen met een risico op armoede is in deze gemeenten hoger dan 11 procent.
Een slechte persoonlijke verzorging. Gedrags- en ontwikkelingsproblemen, zoals bijvoorbeeld concentratieproblemen. Een stille of teruggetrokken houding of juist een kort lontje. Beperkt participeren.
Onder 'stille armoede' wordt het niet spreken over leven in armoede verstaan. Aan armoede kleeft namelijk ook gauw schaamte. "We hebben een idee dat alles maakbaar is, dus op het moment dat je succes hebt, heb je het aan jezelf te danken.
De Vrijheidswijk-West in Leeuwarden is nog altijd de armste buurt van Nederland. Ruim een kwart van de huishoudens leeft al vier jaar van een 'laag inkomen', een inkomen van minder dan 9.249 euro per jaar. Het gemiddelde inkomen in de buurt ligt net boven de elfduizend euro.
Flevoland en Drenthe zijn de armste provincies van Nederland.
Hoewel Nederland tot de rijkste landen van Europa behoort, is ook hier steeds meer armoede. Ruim 1 miljoen mensen leven in armoede. Armoede in Nederland uit zich onder meer in beperkte financiële middelen, sociale uitsluiting (ofwel het niet mee kunnen doen), gezondheidsproblemen en beperkte toegang tot onderwijs.
Gezondheid. Leven in armoede beïnvloedt de gezondheid en andersom. Mensen die in armoede leven hebben een lagere levensverwachting en leven minder jaren in goede gezondheid. Mensen in armoede besteden vaak minder geld aan gezond eten en hebben vaak veel stress over hun situatie.
Vooral Griekenland kent veel armoede (64% in 2012), op enige afstand gevolgd door Portugal (56%). De meeste armoede komt echter voor in Midden- en Oost-Europa. In vrijwel alle landen in deze regio is meer dan de helft van de bevolking arm. Dit aandeel loopt op tot 90% of meer in Letland en Roemenië.
Niger ligt in de Sahel regio en behoort tot de armste en minst ontwikkelde landen ter wereld. De bevolking heeft te lijden onder een voedselcrisis, terugkerende hongersnoden. Sociale voorzieningen als gezondheidszorg en onderwijs ontbreken vaak.
Naar schatting zijn dat in 2023 830.000 mensen, waarvan 220.000 kinderen; in 2024 zullen dit er bijna een miljoen zijn. 'De helft van de mensen in armoede komt per maand meer dan 167 euro tekort voor essentiële zaken zoals wonen, verwarming, kleding en voeding', aldus Kassa.
Belangrijkste maatregelen van de Rijksoverheid tegen armoede
Lage inkomens aanvullen met toeslagen. Zoals een bijdrage voor kosten voor zorg, een huurwoning, kinderen en kinderopvang. Kinderen uit gezinnen met een laag inkomen de kans geven om mee te doen in de samenleving. Zoals op schoolreis gaan en zwemles volgen.
In 2021 lag de grens voor een alleenstaande op 1 130 euro netto per maand. Voor een paar zonder kinderen was dat 1 590 euro, en met twee minderjarige kinderen 2 170 euro. Voor een eenoudergezin met twee minderjarige kinderen bedroeg de grens 1 720 euro.