Volle zon: tomaat, pompoen, courgette, komkommer, aubergine, peper, paprika, aardbei,venkel, basilicum, knoflook, boon, ... Gedeeltelijke schaduw: sla, snijbiet, mosterd, spinazie, erwten, radijs, rucola, zuring, lavas, koriander, munt, ...
Lucky you Er zijn inderdaad groenten, kruiden en fruit die van flink wat zon houden. Denk aan vruchtgroenten zoals tomaat, peper, paprika, aubergine en komkommer. Of fruitboompjes zoals kiwi, vijg en abrikoos. Mediterraanse kruiden zoals salie, rozemarijn en tijm zijn ook dol op zon.
Groentes willen 6-8 uur zonlicht
Planten hebben voldoende zonlicht nodig om goed te kunnen groeien. Want met dat zonlicht maken ze het grootste deel van hun eigen voeding aan. Zet je bak daarom op een plek met minimaal zes uur zonlicht per dag. 6 uur is genoeg voor bladgroentes.
Zones met meer dan zes uur zon zijn geschikt voor planten die volop zon vragen. Voor groenten is vooral bloemvorming en vruchtzetting problematisch in de schaduw. Het is niet verwonderlijk dat vooral vruchtgewassen (zoals courgette, komkommer, pompoen en tomaat), maar ook broccoli en slabonen, echte zonnekloppers zijn.
Matige schaduw
Beste groenten om te kweken: Alle groenten die ook in de 'diepe schaduw' groeien, plus bladgroenten zoals snijbiet, spinazie en boerenkool. Pluksla en saladebladeren zoals rucola. Maar ook diverse kruiden doen het hier goed, zoals bieslook, koriander, wilde marjolein (oregano) en peterselie.
Als de kern wat lichter is van kleur, is hij het lekkerste. Voorjaarsteelt van kolen zoals broccoli en bloemkool doen het ook heel goed in de schaduw. De aardappel en zoete aardappel hebben ook helemaal niet zoveel zon nodig. Deze kan dus goed gepoot worden op een plekje waar meer schaduw is in de moestuin.
Basilicum houdt van zonlicht, dus plaats de pot op de vensterbank of een andere plek waar hij veel licht krijgt. Maar hij droogt uit wanneer hij in de volle zon staat. De smaak en geur van de plant gedijt het beste als de plant een paar uur per dag (min.
Deze plant is zeer geschikt voor 'de tuin op het zuiden'. Verlangt een zonnige, warme plek op niet te arme grond en buiten de schaduwzone van bomen en heesters. U kunt haar ook gebruiken in de rotstuin en de stapelmuur.
Worteltjes houden van een zonnige standplaats en een lichte en luchtige bodem (op zware kleigrond kunnen de wortelen niet heel goed recht naar beneden groeien en kunnen ze nog wel eens vertakken of heel stomp in plaats van puntig worden, dat maakt ze trouwens niet minder lekker hoor).
De rode bieten op de juiste plek zaaien
Zaai de rode bieten rechtstreeks op hun uiteindelijke plek. Kies daarvoor een standplaats met goed afwaterende grond in de volle zon. Wanneer de bieten eenmaal goed groeien, kunnen ze wel wat schaduw hebben.
Kies voor je moestuin een zonnig plekje, liefst aan de west- of zuidkant van het huis zodat de gewassen beschermd worden tegen oosten- en noordenwind. Voor een goede groei hebben gewassen minstens vijf uur zon per dag nodig.
Tomaten houden van zon en warmte. Plant pas midden april in je serre, en wacht tot midden mei als je in de openlucht kweekt. Geef ze een plekje met veel zon. Geef je tomaten ruimte om te groeien: plant gemiddeld 2,5 planten per vierkante meter (of 5 planten op 2 vierkante meter).
Verdragen matig goed felle zon: tomaten, paprika, aardbeien, appels en peren. De zon mag niet rechtstreeks op de vruchten van tomaten kunnen schijnen, want dan is er gevaar op groenkragen. Bijna rijpe kruisbessen kunnen verbranden als ze na een donkere periode ineens in de felle zon komen te hangen!
Om een hoge productie te behalen bij tomatenplanten is het belangrijk dat de plant ten minste zes tot acht uur zon per dag krijgt. Een tomatenplant mag in de volle zon staan, dit is goed voor de productie van tomaten. De aarde waarin de planten staan moet goed gedraineerd zijn.
Peterselie houdt niet van de zon, het blad wordt dan snel geel en ze groeit niet goed, maar ze schiet wel snel door. Peterselie houdt van een koele grond, voldoende vocht en een plekje in halfschaduw of lichte schaduw. Laat de planten ook niet uitdrogen.
De meeste kruiden hebben zon nodig om goed te kunnen groeien en gezond te blijven. Ook doe je er goed aan je kruiden te beschermen tegen wind. Als je kunt kiezen, is de beste ligging van je kruidentuin dan ook een zonnige, beschutte plek. Maar ook als je een dergelijke plek niet hebt, kun je prima kruiden kweken.
Bieslook groeit ook prima in de volle grond; ze kan prima tegen zon maar heeft voldoende vocht nodig, ze kan niet goed tegen uitdrogen, de sprieten worden dan slap en geel. Om die reden staat ze ook graag in de halfschaduw.
Rucola staat wel het liefst in de zon, maar daar heeft ze 1 nadeel; de planten schieten snel door op een zonnige en droge plaats. Om die reden zet je haar toch liever in de halfschaduw en laat je de plant nooit uitdrogen.
Aangezien wij zelf niet bijzonder veel van rabarber houden maar de plant wel mooi vinden, hebben we de rabarber jarenlang op een vrij schaduwrijk plekje in de tuin laten staan. Rabarber schijnt van zon te houden maar in onze ervaring doet ze het ook in de schaduw prima.
Frambozen (vooral herfstframbozen)
Toch zijn frambozen, en daarmee bedoel ik dan vooral frambozen die in het einde van de zomer rijp zijn, geschikt voor in de schaduwrijke tuin. Ook hier geldt dat de plant voor het beste resultaat goed gesnoeid en geleid moet worden.
De plek waar je de blauwe bessen zet, is ook van belang. De naam 'Amerikaanse bosbes' zegt al dat de plant niet graag hele dagen in de volle zon staat. Je moet zeker ook voor schaduw zorgen, halfschaduw is het beste. De bessen worden gedeeltelijk door de zon blauw, maar ook gedeeltelijk door de warmte.