Voorbeelden van inheemse planten die slakken uit de weg gaan zijn: bosanemoon, wilde akelei, zulte, vingerhoedskruid, klimop, inheemse viooltjes, inheemse varens, ooievaarsbek en kruiden als tijm, bieslook en daslook.
Slakken hebben in het algemeen een hekel aan leerachtig, hard en dik blad en aan blad van sterk geurende en bitter smakende planten, zoals veel keukenkruiden. Ook planten met giftig blad of sap (vingerhoedskruid, wolfsmelk, monnikskap enz.) laten ze met rust.
Sterk ruikende planten zijn ouderwetse planten als salie, tijm, Oost-Indische kers, goudsbloem, geranium, lavendel, vingerhoedskruid, viooltjes, varens en klimop. Slakken hebben hier een hekel aan. Daarbij is het verstandig om de planten vroeg in de ochtend water te geven.
Voorkom dat ze jouw salade verwoesten en plant bij de slaplantjes enkele sterk geurende planten of kruiden, zoals tijm en salie. Deze verjagen de slakken.
Zorg voor hindernissen waar slakken niet over heen kunnen, waaronder scherp zand, sparrennaalden, schelpengrit, fijngemaakte eierschalen en schelpen, zaagsel, kaf, houtas, lavagruis, dolomiet, koffieprut (hoe meer cafeïne, hoe beter de werking), zeewier, ongebluste kalk op jouw paadjes, hennepstrooisel of cacaodoppen.
Koffiedrab bevat allerlei bestanddelen die goed zijn voor je planten, zoals stikstof, fosfor en kalium. Gebruik daarom koffiedik in de tuin om je planten en bloemen mee te bemesten. Voeg wat toe aan de grond en je zult je groen zien groeien en bloeien.
Eierschalen en schelpen kun je gebruiken om de grond scherper te maken rondom planten die slakken graag eten. De scherpe randjes zorgen ervoor dat de slakken niet meer bij deze planten kunnen komen. Lok de natuurlijke vijanden in je tuin, zoals vogels, padden en egels want zij eten graag slakken.
Er zijn mensen die een rij planten om hun tuin heen zetten waar slakken een hekel aan hebben, zoals munt, bieslook, knoflook, tijm, tomaat en venkel.
Slakken hebben een hekel aan koffiedik, fijngemalen eierschalen of schelpen. Ook houden ze niet van droge grondsoorten zoals grind. Dit rondom de planten leggen kan dus helpen de slakken op afstand te houden.
Knoflook extract
Een extract met knoflook is dodelijk voor de meeste slakken. Doodt het ze niet, dan reduceert het in elk geval hun eetlust, waardoor uw planten minder aangetast worden. Slakkeneitjes die ermee geraakt worden komen bovendien niet meer uit.
Campanula is zacht en heerlijk voor de slakken.
Planten beschermen tegen slakken
Tere planten kun je bijvoorbeeld omringen door stro, cacaodoppen (cocopeat) of eierschalen. Slakken houden niet van de scherpe randjes aan stro, eierschalen en de doppen en zullen de plant daarom sneller met rust laten.
Houdt slakken weg
Azijn is een natuurlijk insecticide dat onschadelijk is voor dieren. Spuit wat azijn op de randen van je gras om slakken en andere insecten weg te houden.
De geur van kaneel is voor veel mensen een favoriete geur, maar insecten en ongedierte daarentegen vinden het vreselijk! Als je bepaalde insecten op afstand van je planten wil houden, omdat ze je planten bijvoorbeeld aantasten, kun je kaneel dus als perfect weermiddel gebruiken. Hoe?
Strooi droog/stekelig materiaal in je pot: slakken hebben een hekel aan stekelige oppervlaktes omdat ze er niet makkelijk overheen kruipen en het zelfs zeer kan doen bij slakken. Strooi een laagje boomschors, eierschalen of soortgelijk materiaal in je pot en houd zo slakken weg uit je potplanten.
Naaktslakken houden van donkere, vochtige plekken en verstoppen zich overdag op de grond, diep tussen de planten. Ze houden van een vochtige omgeving omdat ze daar minder kans hebben op uitdroging. Deze slakken komen vooral tevoorschijn bij valavond en 's nachts, tussen maart tot oktober.
Vooral NIET gebruiken: zout en azijn
De slak wordt door het zout of het azijn letterlijk langzaam weggevreten omdat het zout al het water uit de slak onttrekt. Het heeft hetzelfde effect als zoutzuur op de mens heeft. Uiteindelijk blijft er van de slak alleen een beetje slijm over.
Slakken trekken er massaal op uit
Dat komt omdat de omstandigheden heel erg gunstig zijn: het is vochtig, daar houden slakken heel erg van, er is nu volop voedsel en het is warm, daar gedijen ze goed bij. Onder deze omstandigheden kunnen ze snel groeien en komen ze graag tevoorschijn.
Slakken zijn vooral 's nachts actief. Overdag kruipen ze weg in hun schuilplaats. Vanaf april kruipen de jonge nakomelingen uit de overwinterde eieren en beginnen direct met de vraat aan tuinplanten. In die periode zijn kiemende plantjes in de moestuin bijzonder kwetsbaar.
Om zich te verplaatsen gebruiken slakken hun bekende slijm. Hoe vochtiger het is, hoe makkelijker dat gaat. Dat is ook de reden dat je ze op een warme, droge dag eigenlijk nooit ziet. Dan zitten ze onder de grond of op een donker vochtig plekje te wachten op betere tijden: natte tijden.