Het meest opvallende van de Shropshire is dat zij geen boombast vreten en dat is de reden waarom ze grootschalig worden ingezet in boomgaarden in Denemarken, Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Zij eten het onkruid en gras onder de bomen.
Oude schapenrassen zijn echte grazers en zijn ook heel wat selectiever dan de echte gedomesticeerde vleesschapen. Ze doen zich tegoed aan grassen, kruiden maar ook aan brandnetel bramen en twijgjes.
Geiten en schapen zijn herkauwers en hebben elk 4 magen. Het belangrijkste geitenvoer en schapenvoer is hooi of vers gras. Ze lijken misschien veel op elkaar, maar er zijn ook verschillen. Schapen zijn goede grazers, geiten juist niet en ze hebben verschillende voedingsbehoeften.
Schapen eten ruwvoer, dat wil zeggen gras en hooi. Pas op dat er geen Jacobskruiskruid in het hooi zit, dit is giftig. Ook lusten ze wat blaadjes en twijgjes, maar let wel op dat u ze, bijvoorbeeld met snoeiafval, geen giftige planten zoals bijvoorbeeld Taxus voert, dat kan dodelijk zijn.
Schapen eten veel verschillende soorten bomen en struiken. Daarbij worden de bladeren en de jonge twijgen en ook de bast en knoppen gegeten. Te veel schade aan de bast kan er echter voor zorgen dat bomen afsterven. In hoogstamboomgaarden worden vaak schapen ingezet voor begrazing en bemesting.
Volgens Anouchka Mulder van de Dierenambulance is het dier helemaal de oude en heeft het schaap een gezonde eetlust. Het advies om dieren geen brood te voeren geldt behalve voor paarden, koeien en schapen ook voor eenden en andere vogels, want brood bevat veel zout en dat is erg schadelijk voor ze.
Er zijn extreme langslapers zoals de vleermuis, buidelrat, luiaard en goudhamster met 15-20 uur slaap per dag. En kortslapers, zoals de olifant, de koe, het schaap en het paard, met een slaaptijd van 3-4 uur per dag.
Snoeiafval en herkauwers
Adelaarsvaren, bereklauw, eikels, gevlekte scheerling, goudenregen, hedera (klimop), jacobskruiskruid, laurierkers, nachtschade, pieris japonica, rhododendron, sint-janskruid, taxus, vingerhoedskruid en wolfsmelk zijn giftig voor de meeste schapen en kunnen dodelijke gevolgen hebben.
Dan mag je tot tien schapen of geiten houden. Heb je er meer, dan is er een milieuvergunning klasse 2 nodig. In woongebied met landelijk karakter verhoogt het aantal zonder vergunning tot 25 dieren en in landbouwgebied mag je tot 150 schapen en geiten houden zonder vergunning.
De jaarlijkse kosten per ooi bedragen voor een schapenhouder zo'n 200 tot 220 euro, zo berekent vakblad Management&Techniek. De voerkosten bedragen zo'n 136 euro per jaar, dat is ongeveer 65% van de totale kosten.
Adelaarsvaren, bereklauw, eikels, gevlekte scheerling, goudenregen, hedera (klimop), jacobskruiskruid, laurierkers, nachtschade, pieris japonica, rhododendron, sint-janskruid, taxus, vingerhoedskruid en wolfsmelk zijn giftig voor de meeste schapen en kunnen dodelijke gevolgen hebben. See also: Welke Rum Voor Mojito?
Gifplanten die genoemd worden, zijn Jacobskruiskruid, Sint-Janskruid en bastaardklaver (weiden en hooilanden), paardenstaart, nachtschade, waterscheerling en smeerwortel (wegbermen, akkers en sloten), adelaarsvaren, onrijpe eikels en jong eikenblad (bosranden), diverse sierplanten/-bomen (zoals taxus, gouden regen, ...
Geen brood aan herkauwers
Bij herkauwers zoals schapen, geiten en herten kan brood dus in de keel gaan klonteren waardoor de dieren kunnen stikken. Wanneer het de dieren wel lukt om het brood door te slikken, dan kan er ook nog een gasophoping in de pens ontstaan waardoor ze dood kunnen gaan.
Bijen, vlinders, torren, mieren en allerlei andere bodemdiertjes gebruiken het onkruid als schuilplaats, om hun eitjes op te leggen en ze eten ervan. En hoe meer onkruid, hoe meer insecten. En hoe meer insecten, hoe meer vogels dat weer aantrekt! Onkruid is dus goed voor de biodiversiteit.
Schapen zijn bij uitstek geschikt om deze plant aan te pakken. Ze hebben geen last van de irriterende eigenschappen van de plant. Ze eten alle onderdelen van de plant, ze duwen zelfs de grote stelen om om die te schillen en op te eten. De plant bevat allerlei voedingsstoffen voor de schapen en ze zijn er dol op.
“Samen met de boswachters van dit gebied zette ik een begrazingsplan uit om met mijn kudde Kempische Heideschapen de berenklauw aan te pakken. Dit pakte goed uit. Binnen een paar maanden was de plant verminderd. En voor de schapen is de berenblauw ook nog eens een lekkernij.
Dieren moeten altijd de beschikking hebben over voldoende vers drinkwater. De NVWA zegt dat een paar keer per dag water aan een dier aanbieden niet voldoende is. Dieren moeten verkoeling kunnen opzoeken op schaduwplekken of in een goed geventileerde stal. Dit staat volgens de NVWA in het Besluit Houders van Dieren.
De Flevolander, Noordhollander en Blauwe Texelaar zijn schapen die worden gehouden voor vleesproductie. De Zwartbles is een dubbeldoelras: fokkers kweken dit schaap voor zowel vlees als melk. Door zijn makke en vriendelijke karakter is het erg geschikt als hobbydier.
Aan groeiende dieren mag men ca. 25 gram per kg lichaamsgewicht per dag geven aan totale voeropname (waarvan 75% ruwvoer), omdat ze meer nodig hebben; Zogende dieren hebben zelfs nog meer nodig, hier geldt als richtlijn: ca. 40 gram per kg lichaamsgewicht per dag aan totale voeropname (waarvan 75% ruwvoer).
Gevolgen voor dieren
De plant is mild giftig. Inname van kleine hoeveelheden veroorzaakt geen vergiftiging. De saponinen zijn irriterend voor het maagdarmslijmvlies, en inname van relatief grote hoeveelheden kan maagdarm effecten veroorzaken, zoals koliek, braken en diarree.
Een taxus,en een liguster haag is af te raden,want dan heb je een haag maar geen schapen meer. De kinderen werden allergisch voor de dieren.
Schapen worden niet zwaarder als ze in de regen staan. Dit komt omdat er in het wol van een schaap wolvet (lanoline) inzit. Door het wolvet gaat het water langs zijn vacht en blijft het niet zitten. Zo wordt het schaap niet nat.
Een volwassen schaap drinkt tot 10 liter water per dag. Een automatisch drinksysteem of grote drinkbakken met proper water zijn dus nodig. Een liksteen voor schapen zorgt voor extra vitaminen en mineralen.
In geval van nood/extreme kou of iets anders, kan een slak 3 jaar zonder te eten slapen.