In een open haard moet je geen hout branden dat veel hars bevat, dit geeft vonken die brandplekken kunnen geven. Je kunt het beste loofhout in de open haard stoken, dit hout bevat weinig hars. In het algemeen kan je stellen dat hout van loofbomen hard hout is. Let daar dus op bij openhaardhout kopen.
Hout van fruitbomen geeft het mooiste vuur met de minste rook. Eik en beuk branden lang, geven mooie vlammen, en de kooltjes gloeien lang na. Zachtere houtsoorten (populier of wilg) branden minder lang maar geven sneller warmte, en je vuur laait hoger op.
Gebruik onbehandeld hout
Stookhout mag niet behandeld, geverfd of gelakt zijn. Bij verbranding komen er schadelijke stoffen vrij. Dit kan gevaar opleveren voor jezelf en voor je omgeving. Bovendien ontstaat hierdoor meer aanslag in je houtkachel of houthaard en in het rookkanaal.
Dennenhout bevelen we ook niet aan, in de open haard tijd was het een hele vette “nee!” omdat het dennenhars in een open haard niet goed verbrande. In de moderne houtkachel is dat niet meer belangrijk. Toch bevelen wij het niet aan omdat het hout dan wel echt perfect gekloofd en droog (max12% vocht) moet zijn.
Toch is er een verschil tussen zogenaamd hardhout en harshoudend (zacht) hout. Die laatste categorie (den, spar, berk, pallethout, ...) is niet geschikt voor de meeste kachels en haarden. Bij de verbranding komen harsen vrij die verdampen.
Alle hout is brandbaar, ook dat van coniferen. Enkel, coniferen bevatten harsen die moeilijker drogen, die ook door en door droog moeten zijn om niet aan te laden in de schouw, en die dus meer geduld vergen vooraleer ze brandhout zijn.
Naaldbomen. Vurenhout gebruiken als aanmaakhout, niet gebruiken in de open haard en niet gebruiken voor de kachel (vervuiling van het rookkanaal).
Het stoken van nat hout zorgt voor onvolledige verbranding. Bovendien geeft nat hout veel minder warmte af en leidt het stoken van nat hout eerder tot roetaanslag en schoorsteenbranden. Stook geen hout dat geverfd, gebeitst of geïmpregneerd is. Het verbranden van afval is in Nederland wettelijk verboden.
Hardhoutsoorten als Meranti en Bankirai zijn bijvoorbeeld schadelijk voor de kachel of haard. Ook het vochtgehalte van het hout is belangrijk. Controleer dit altijd door middel van een vochtmeter! Het komt vaak voor dat zogenaamd gedroogd hout veel te vochtig is.
Berkenhout – extra schoon, veel warmte. Essenhout – brandt traag, mooi vlammenspel. Eikenhout – brandt traag, weinig rook en geeft knetterende vlammen. Elzenhout – brandt sneller, maar geeft snel warmte af.
Ongeschikt haard hout
Bijvoorbeeld populierenhout verspreidt een nare stank. Esdoornhout geeft bij verbranding een scherpe, prikkelende geur. Ook het gebruikt van naaldhout kunt u beter vermijden in uw kachel.
Bovendien vervuilt de schoorsteen sneller en door de roetvorming kunnen schoorsteenbranden ontstaan. Beter niet doen dus. Ook tropisch hardhout is niet geschikt. Een extra waarschuwing: er zijn ook houtsoorten die ook onbehandeld bij verbranding giftige dampen afgeven.
Hout met hars, zoals dennen- en sparrenhout, verbrand je best niet in je kachel. Hierdoor ontstaat roet in de schoorsteen, wat een schouwbrand kan veroorzaken.
om een vuurtje aan te maken begin je met een paar dikkere stukken hout. Daaroverheen leg je dunne houtjes en bruine aanmaakblokjes. Stapel de houtblokken zó dat er voldoende zuurstof bij het vuur kan komen. Zo blijft de temperatuur in de verbrandingskamer op peil en zal de rookuitstoot tot een minimum beperkt blijven.
Eikenhout is de meest harde houtsoort en het duurzaamst, maar daardoor het minst gemakkelijk aan te steken. De kachel moet eerst goed warm zijn. Voor een mix tussen zacht en hard, kunt u het beste essenhout kiezen. Bij het gebruik van vuurschalen, raden wij altijd beukenhout aan.
Eikenhout brandt erg lang en is zeer geschikt voor de meeste haarden en kachels. Het hout is met name geschikt voor meer ervaren stokers, omdat het minder makkelijk ontbrandt. Wanneer u het hout eenmaal heeft aangestoken is het vuur echter fantastisch.
Teakhout als haardhout
Of je nu hardhout of zachthout gebruikt om te stoken, het kan allebei! Maar hardhout brand langzamer op en brand dus langer. Daarnaast geeft hardhout een mooier vlammenspel dan zachtere houtsoorten.
Zware houtsoorten zijn haagbeuk, valse acacia, beuk, eik, es, kastanje, notenboom, olm, kers en esdoorn. Lichte houtsoorten zijn berk, linde, wilg, gewone den, douglas, els, spar en populier. Haagbeuk levert uitstekend brandhout, maar is zeer gevoelig voor schimmels.
Berkenhout is ook een populaire houtsoort voor de houtkachel. Het hout heeft een schone ontbranding. Berkenhout is een iets minder harde houtsoort, geeft veel warmte af en spat niet. Elzenhout is ook een zachte houtsoort.
Door het stoken van multiplex en spaanplaat kunnen schadelijke stoffen vrijkomen. Voor het stoken van bewerkt hout kunt u een boete krijgen. Stook geen papier en karton. Het geeft veel rook en vliegas en is daarom zelfs verboden als brandstof.
De poten van het houthok moeten minimaal 30 centimeter in de grond worden gegraven. Behandel het deel wat ingegraven wordt met een oleum product om houtrot als gevolg van vocht te voorkomen. Als je het houthok aan een muur gaat bevestigen kun je dit het beste doen met schroeven en pluggen van minimaal 8 millimeter.
Het brandhout mag een vochtigheidspercentage hebben tot maximaal 20 procent. Vers gekapt hout heeft een vochtigheidsgehalte van ongeveer 50 procent. Na een jaar drogen daalt dit tot ongeveer 28 procent en na 2 tot 3 jaar drogen heeft het hout het geschikte vochtigheidspercentage van 20 procent of minder.
Het hout kan dan wel tot 20 jaar goed blijven. Douglas heeft van nature een hoge duurzaamheid en valt in duurzaamheidsklasse 3. Dit betekent dat het een matig-goede duurzame houtsoort is die 10 tot 15 jaar mee kan gaan. Ter vergelijking, Vuren of Grenen vallen in duurzaamheidsklasse 5.
Brandeigenschappen beukenhout
Het hout is niet alleen fijn om te stoken, maar ziet er ook mooi uit. Het hout brandt erg lang en zorgt daarnaast voor veel warmte. Wel stookt het iets moeilijker dan zachtere houtsoorten, zoals berken en elzenhout.
Net als de meeste andere naaldbomen brandt een den snel en fel, met veel (smerige) rookontwikkeling. Een den klooft makkelijk, droogt snel, brandt goed, geeft matige warmte, rookt matig, spat maar is wel goed aanmaakhout.