Vandaag publiceerde het IUCN de update van de Rode Lijst van Bedreigde Dieren. Volgens die update zijn 31 soorten als uitgestorven bestempeld. Ook worden alle soorten rivierdolfijnen nu met uitsterven bedreigd.
In het geval van uitgestorven dieren is het antwoord alvast … ja! Wetenschappers vonden een manier om uitgestorven diersoorten weer te laten rondlopen. De voorbije eeuwen stierven tal van dieren uit — van de mammoet, over de dodo, tot — recenter nog — de westelijke zwarte neushoorn.
Oorspronkelijk kwam de Tasmaanse tijger volop voor in Australië en op Nieuw-Guinea, maar in de afgelopen eeuwen was er alleen op Tasmanië nog een buidelwolfpopulatie. Daar verdween het dier uiteindelijk ook, doordat boeren op de Tasmaanse tijger joegen om hun schapen te beschermen.
Maar toen de temperatuur op aarde steeg en de IJstijd voorbij was, konden de bomen beter groeien. Daardoor veranderden grasvelden in bossen en moest de mammoet op zoek naar een nieuw leefgebied met meer gras. Zo kwamen de dieren in Siberië terecht. Uiteindelijk zijn ze daar dus gestorven door honger.
En de belangrijkste aanstichter daarvan is de mens. Vooral na de industriële revolutie gaat het namelijk hard. Vanaf 1900 zijn er volgens het onderzoek 198 gewervelde diersoorten volledig verdwenen. Daarnaast zijn er nog 279 diersoorten die niet meer voorkomen in het wild, of die vermoedelijk zijn uitgestorven.
Iedereen in de ark. Een op de vier zoogdiersoorten is met uitsterven bedreigd, en hetzelfde geldt voor een op de acht vogels, een op de drie amfibieën en de helft van alle schildpadden. Van de naaktzadige planten, waartoe de naaldbomen behoren, staat ruim een op de drie gecatalogiseerd als bedreigd.
De lijst wordt dit jaar voor de dertiende keer gepresenteerd door Stichting Dierenhulp. Griekenland is ook dit jaar weer lijstaanvoerder, gevolgd door Spanje. Op de derde plaats staan de Nederlandse Antillen.
Maar dierentuinen waren er nog niet, toen de leeuw uitgroeide tot symbool van Nederland. De Nederlandse leeuw danken we aan Willem van Oranje, afkomstig uit het Duitse graafschap Nassau.
Jaren geleden, toen ons land nog een stuk minder dichtbevolkt was, leefden er meer wilde grote zoogdieren in ons land. Dieren die je nu alleen tegenkomt op een vakantie in het buitenland - zoals wolven, elanden, lynxen en bruine beren - konden toen prima uit de voeten in Nederland.
De kortsnuitbeer (Arctodus simus) is een uitgestorven berensoort die oorspronkelijk voorkwam in het prehistorische Noord-Amerika en zo'n 12.500 jaar geleden uitstierf.
De megalodon kon zijn bek twee meter opensperren om een prooi te doden. Waarschijnlijk waren prooien snel dood, want de Megadolon had tanden net zo groot als een mensenhand. Gelukkig hoeven we tegenwoordig niet meer bang te zijn om een megalodon tegen te komen. Deze diersoort is 1,5 miljoen jaar geleden uitgestorven.
Het zeldzaamste en meest bedreigde dier ter wereld is de amoerluipaard. Van deze soort leven er nog maar tientallen in het wild. Veel mensen jagen op deze soort omdat ze geloven dat de vacht en botten ziektes kunnen genezen.
Sneeuwluipaard. Het sneeuwluipaard is voor veel reizigers het meest bijzondere dier op aarde. Het dier is erg fraai, maar ook schuw.
Uitgestorven dieren in de afgelopen tien jaar
Recent uitgestorven dieren zijn onder andere: de Tasmaanse tijger, de Berberleeuw, de Gouden pad, de Caribische Monniksrob en de Balinese tijger.
De dodo, die in de vroege 16e eeuw voor het eerst door westerse kolonisten ontdekt werd, is waarschijnlijk de bekendste uitgestorven vogel die er bestaan heeft.
Tegen de mens kon de dodo helaas niet op, maar duizenden jaren eerder overleefde hij wel een natuurramp. In 2007 ontdekten wetenschappers op Mauritius namelijk dat het er 4200 jaar geleden extreem droog was. De meren op het eiland vielen droog en de dieren hadden enorme dorst.
Het waren niet de mensen zelf maar voornamelijk de dieren die ze meenamen die een desastreus effect hadden op de dodo. Met name ratten en varkens richtten een ware slachting aan onder de dodo's, in het bijzonder hun eieren en jongen.
De wolharige mammoet was circa 2,7 (vrouwtje) tot 3,4 (mannetje) meter hoog. Dit is ongeveer hetzelfde formaat als van de huidige Afrikaanse olifant. Ze hadden een grote bult met vetreserves net achter de gebogen kop. Hij had ook dikke vetlagen die dienstdeden als isolatie.
Door hun korte en gedrongen lichaamsbouw konden ze goed overleven in de koude winters; hun lichaam verloor immers minder warmte. Ook aten ze bijna alleen maar vlees; enkel gras en dennenbomen overleefden in de ijstijd. De ijstijd was ook de periode waarin de eerste kunst in Europa ontstond; de grotkunst.
Door vondsten uit de permafrost van Siberië is veel bekend over de leefomgeving en het uiterlijk van de wolharige mammoeten. Het was de kleinste van de mammoeten die in Nederland hebben geleefd.