H-zinnen of officieel “hazard”-zinnen (gevarenzinnen) zijn het resultaat van de indeling volgens CLP Verordening en geven in een korte zin aan welk gevaar het gebruik van een product met zich mee brengt.
H-zinnen. De H staat voor hazard, oftewel gevaar. H-zinnen op het etiket kunnen verschillende soorten gevaren aangeven.
De etiketten van de gevaarlijke stoffen zijn naast de gevarenpictogram ook voorzien van zogenaamde H- en P-zinnen. De H-zinnen zijn gevarenaanduidingen (H van hazard / gevaaraanduiding); De P-zinnen wijzen op voorzorgsmaatregelen (P van precaution / veiligheidsaanbeveling ).
H-zinnen beschrijven de aard en de ernst van de gevaren (bijvoorbeeld zeer giftig, giftig, schadelijk...) en de omstandigheden waarin gevaren kunnen voorkomen (huidcontact, inademing...).
Ontplofbare stoffen zijn te herkennen aan een van de volgende H-zinnen op het gevaarsetiket: H200: Instabiele ontplofbare stof. H201: Ontplofbare stof: gevaar voor massa-explosie. H202: Ontplofbare stof, ernstig gevaar voor scherfwerking.
Voorzorgsmaatregelen in verband met preventie
-Niet roken.” P211 “Niet in een open vuur of op andere ontstekingsbronnen spuiten.” P220 “Van kleding/.../brandbare stoffen verwijderd houden/bewaren.” P221 “Vermenging met brandbare stoffen... absoluut vermijden.” P222 “Contact met de lucht vermijden.”
P221 Vermenging met brandbare stoffen... absoluut vermijden. P222 Contact met de lucht vermijden. P223 Contact met water vermijden in verband met een heftige reactie en een mogelijke wolkbrand.
Omschrijving. Transportsticker Gevarendiamant voor het aantonen van mogelijke risico's die verbonden zijn aan een chemische stof. Deze gevarendiamant NFPA 704 wordt door de Amerikaanse National Fire Protection Association gebruikt voor de identificatie van de risico's van de bepaalde stoffen.
3 brandbaarheid van vloeistoffen (gas) en gassen, of voor zelfverhitting vatbare vloeistoffen. 4 brandbaarheid van vaste stoffen, of voor zelfverhitting vatbare stoffen.
Voorbeelden van zeer zorgwekkende stoffen zijn lood, koper, vinylchloride en benzeen. Ze kunnen op verschillende manieren in de lucht, de bodem of het water terechtkomen. Landbouw, industrie en verkeer kunnen hiervan de oorzaak zijn. Maar ook huishoudens kunnen zorgen voor vervuiling.
Botox of eigenlijk botulinetoxine is de giftigste stof die bestaat. Twee nanogram (twee miljoenste gram) per kilo lichaamsgewicht is genoeg om je je laatste adem uit te laten blazen.
Schadelijke producten in een verpakking kun je herkennen aan het etiket.Op het etiket staan rood-witte ruitvormige pictogrammen die het gevaar aanduiden. Er kan een signaalwoord bij staan. Het signaalwoord "Gevaar" wordt gebruikt voor zeer gevaarlijke producten.
S-zinnen (Safety, veiligheid) zijn veiligheidsvoorschriften die volgens Europese richtlijnen opgesteld zijn om een product te kunnen gebruiken of te bewaren. De S-zin geeft dus een veiligheidsvoorschrift aan waarop gelet moet worden bij het gebruik of het bewaren van het product.
Verpakte stoffen: H- en R-zinnen
Kankerverwekkende stoffen zijn herkenbaar aan de volgende zin: 'Kan kanker veroorzaken' (H350), en mutagene stoffen aan de volgende zin 'Kan genetische schade veroorzaken' (H340). In bepaalde gevallen kan de zin aangevuld zijn met de relevante blootstellingsroute.
Voor formuleren zijn wat je wilt overbrengen en de context waarin dat moet plaatsvinden minstens zo belangrijk.
Gevarensymbolen of CLP-pictogrammen zijn duidelijk herkenbare tekens die zijn aangebracht op de verpakkingen van producten die gevaarlijke stoffen bevatten, met als doel dat vervoerders en gebruikers weten welke risico's de producten met zich meebrengen.
Een gevarenpictogram is een afbeelding bestaande uit een waarschuwingssymbool en specifieke kleuren, die wordt weergegeven op een etiket en bedoeld is om informatie te geven over de schade die een bepaalde stof of een bepaald mengsel kan toebrengen aan onze gezondheid of het milieu.
De cijfers van 0 tot 4 in de gevarendiamant geven aan hoe hoog het risico is. 0 is absoluut geen risico en 4 is ernstige verwondingen en zelfs kans op sterven door korte blootstelling.
Gevaarsetiketten klasse 6 worden gebruikt voor giftige en infectueuze stoffen. Onder klasse 6.1 vallen giftige stoffen en onder klasse 6.2 vallen infectueuze stoffen.
Gevarenklasse 9: Overige gevaarlijke stoffen en voorwerpen
Stoffen die bij inademing als fijnstof een gevaar voor de gezondheid kunnen vormen. Stoffen en voorwerpen die bij brand dioxines kunnen vormen. Stoffen die ontvlambare dampen ontwikkelen. Lithium batterijen.
Stoffen die zijn ingedeeld in ADR klasse 8, VG II en III zijn bijtend of corrosief. In geval van een brand hebben deze stoffen minder vergaande gevolgen naar de omgeving van het bedrijf dan bijvoorbeeld de opslag van brandbare of giftige stoffen.
H330 Dodelijk bij inademing. H331 Giftig bij inademing. H332 Schadelijk bij inademing.
Fysische gevaren; bijv. H225 Licht ontvlambare vloeistof en damp. Gezondheidsgevaren; bijv. H319 Veroorzaakt ernstige oogirritatie.