Autonoom worden geeft niet alleen vrijheid, maar beantwoordt ook aan een reële behoefte: die om niet van anderen afhankelijk te zijn. Als ouder weet je dat je je kind in dit proces naar zelfstandigheid moet begeleiden. Mensen met autisme staan niet noodzakelijk te springen om autonomer te worden.
Het kan leiden tot stress, overspannen worden of erger: een burn-out, bijvoorbeeld. In situaties waarin autonomie belangrijk wordt voor mensen zonder dat zij dit gewend zijn (of op een andere manier dan die zij gewend zijn), worden zij vaak hard geconfronteerd met hun onzekerheden, angsten of tekortkomingen.
Een gebrek aan autonomie is een vorm van chronische stress die schadelijk is voor onze lichamelijke en mentale gezondheid. Hoe minder autonomie we ervaren, hoe meer we hieronder lijden en in een 'overleefstand' terechtkomen, wat het tegenovergestelde is van vitaliteit.
Autonomie staat voor zelfstandigheid, een autonoom persoon leeft zelfstandig en blijft dicht bij zichzelf, onafhankelijk van de mening van anderen.
Autonoom zijn is een vorm van onafhankelijkheid, zelfstandig te werk gaan en eigen keuzes maken. In werkverband houdt het in dat je geen leiding of sturing nodig hebt van bovenaf en dus zelfstandig projecten oppakt en realiseert. Je denkt na over je werk en voert het ook op die manier uit.
Autonome gedragingen vloeien voort uit de persoonlijke waarden, overtuigingen en beslissingen van mensen. Dus als iemand autonoom functioneert, vertoont hij bepaald gedrag vrijwillig en zonder ambivalente gevoelens of innerlijke conflicten.
Het tegenovergestelde van autonoom is heteronoom.
Autonomie vergroten
Dat begint ermee door de zelfsturing en het eigenaarschap van leerlingen te stimuleren. Eigenaarschap over de eigen ontwikkeling of over het geleverde werk is een belangrijk aspect van autonomie. Een ander aspect van autonomie is zelfsturing.
Veel mensen ervaren problemen met autonomie. Vaak zijn deze mensen (soms onbewust) veel hobbels en kuilen tegengekomen op hun pad naar volwassenheid, waardoor de ontwikkeling van de eigen identiteit niet goed is verlopen.
Wat is autonoom denken? Als je autonoom denkt betekent dit vaak dat je vertrouwt op je eigen inzichten en gedachten over zaken. De autonome denker zal niet snel de mening van iemand anders vragen over een onderwerp om vervolgens die mening over te nemen.
Een autonoom team investeert in de relaties met andere teams om de gezamenlijke doelstelling van de organisatie te realiseren. Deze relaties komen onder andere tot uitdrukking in een gemeenschappelijk kader en doel.
' Wat is het verschil tussen autonomie en zelfstandigheid? 'Dat is eenvoudig: je bent 'autonoom zelfstandig' als je iets wilt doen zonder hulp(bronnen) of begeleiding van anderen. Maar je kunt ook 'autonoom afhankelijk' zijn, als je wel hulp of begeleiding van anderen accepteert.
Een autonoom gebied (of autonome regio, provincie enzovoort) is een gebied waarvan het gebiedsbestuur (beduidend) meer bevoegdheden mag en kan uitoefenen van de centrale overheid dan andere gebiedsbesturen binnen dezelfde staat.
Autonomie is een fundamenteel recht dat typerend is voor het liberalisme en democratische samenlevingen. In deze samenleving is de vrijheid van het individu gegarandeerd.
Andere woorden voor autonoom zijn onafhankelijk, soeverein, zelfstandig en zelfsturend.
Betekenis: Autonome groei
De autonome groei van een bedrijf is de toename van de omzet of de winst zonder de groei als gevolg van de overnames van andere bedrijven mee te rekenen.
De kernwaarde autonomie is het verlangen om de regie te voeren over ons eigen leven. Voor een mens in een organisatie betekent dit dat er keuzevrijheid is in de taak (wat er gedaan moet worden), de tijd (wanneer), de techniek (hoe), het team (met wie) en de grenzen waarbinnen die taak moet worden verricht.
Het autonome kind
Kinderen zelf op ontdekking laten gaan maakt ze zelfstandig en zelfredzaam. Zo help je ze om uiteindelijk een krachtige volwassene te worden. Wist je bovendien al dat kinderen meer en betere hersenverbindingen maken als ze zelf op ontdekkingstocht uitgaan?
Relatie, autonomie en competentie als de drie psychologische basisbehoeften om ontwikkeling en motivatie te kunnen waarborgen.