Je kunt kiezen tussen de vier profielen Cultuur en Maatschappij (C&M), Economie en Maatschappij (E&M), Natuur en Techniek (N&T) en Natuur en Gezondheid (N&G). Maar hoe zijn deze profielen opgebouwd?
De profielen Natuur & Techniek, Natuur & Gezondheid en Economie & Maatschappij zijn het populairst.
Bij E&M is wiskunde (A of B) met de vakken economie en geschiedenis op havo en vwo verplicht. Natuur en Gezondheid is gericht op medische en biologische richtingen. Je kunt met dit profiel ook de meer technische en natuurwetenschappelijke kant op door bepaalde vakken (wiskunde B en/of natuurkunde) te kiezen.
Natuur en Gezondheid
In dit profiel volg je de verplichte vakken Biologie en Scheikunde. Daarnaast is het verplicht om Wiskunde A of Wiskunde B te volgen. Ook kies je uit de profielkeuzevakken Natuurkunde, Natuur, Leven en Technologie en Aardrijkskunde.
De opgaven bij Wiskunde A zijn vaak verhaaltjessommen, toegepast op situaties die je in het echte leven tegenkomt. Over het algemeen wordt wiskunde A als makkelijker ervaren dan wiskunde B, al verschilt dit ook weer per persoon.
Een profieltype definieert een set eigenschappen, ook wel een schema genoemd, die inherent zijn aan alle profielen van dat type. Deze set eigenschappen wordt intern gebruikt om objecten te groeperen en algemene systeembeperkingen af te dwingen. Voorbeelden van veelvoorkomende profieltypen zijn customer , employee en contractor .
H-profielen, of I-balken, zijn een van de meest gebruikte profielen in de bouw. Ze zijn extreem sterk en stijf, waardoor ze geschikt zijn voor zware lasten en grote overspanningen.
De meest gevolgde studierichting is Recht, administratie, handel en zakelijke dienstverlening. Van alle studenten in studiejaar 2021/'22 volgde 22 procent een opleiding op dit gebied. Deze richting was vooral populair bij hbo'ers en studenten aan de universiteit.
Spijt na profielkeuze
Onderzoek laat zien dat 13% van de leerlingen achteraf spijt heeft van de profielkeuze. De meest genoemde reden is dat een ander profiel beter zou aansluiten bij de vervolgopleiding.
Voor je Nederlands recht (rechten) kunt studeren aan een universiteit moet je je vwo-diploma halen. Je hebt geen speciaal vakkenpakket nodig. Tijdens je studie leer je alles over de wetten in Nederland. Een Nederlandse advocaat kan niet zomaar in het buitenland gaan werken.
Kaderberoepsgerichte leerweg (kb)
Je schoolresultaten van de basisschool zijn vaak boven gemiddeld. Met deze leerweg kun je doorleren in het mbo op niveau 3 of 4.
Vwo bereidt je voor op het wetenschappelijk onderwijs
Het vooroordeel dat gymnasium beter of hoger is dan atheneum klopt niet. Er bestaat geen niveauverschil tussen gymnasium en atheneum.
Binnen de HAVO is N&T inderdaad het "moeilijkste/hoogste" (ligt er maar net aan waar je goed in bent). Maar je hebt genoeg leerlingen die biologie erbij nemen, waardoor ze dus 2 pakketten hebben, N&T en N&G.
CM is het profiel dat de meest brede algemene kennis opbouwt. Zijn talen je op het lijf geschreven en heb je belangstelling voor terreinen als cultuur, communicatie, maatschappelijke vraagstukken en onderwijs, dan is dit profiel de voor de hand liggende keuze.
Wat is de wettelijke minimale profieldiepte? De minimale profieldiepte is 1,6 mm. Dit betekent dat u de banden moet vervangen zodra ze deze limiet hebben bereikt. Zo brengt u uw veiligheid niet in gevaar en overtreedt u de wet niet.
Je kunt kiezen tussen de vier profielen Cultuur en Maatschappij (C&M), Economie en Maatschappij (E&M), Natuur en Techniek (N&T) en Natuur en Gezondheid (N&G). Maar hoe zijn deze profielen opgebouwd?
massief: rechthoekig, vierkant, rond, enz. open: H-, I-, U-, T-profielen, enz. hol of gesloten: buis (rond), koker (vierkant), veel geëxtrudeerde profielen, enz.
Naast het verwijzen naar een zijaanzicht van iemands gezicht, kan het woord 'profiel' ook een verzameling gegevens betekenen die een persoon, ding of organisatie omvat . Een profielpagina op een sociale mediasite zal over het algemeen naam, locatie, geboortedatum, interesses, etc. bevatten ... en het bevat vaak een foto van de persoon.
De focus ligt bij wiskunde C echter minder op theorie en meer op toegepaste wiskunde in het dagelijks leven dan bij wiskunde A. Zo is er meer aandacht voor ruimtemeetkunde (tekenen in perspectief) en logisch redeneren. Leerlingen vinden wiskunde C vaak makkelijker dan wiskunde A.
Wiskunde D is bedoeld als aanvulling en verdieping op wiskunde B. Je krijgt bijvoorbeeld te maken met kansrekening en statistiek, een onderdeel dat niet in wiskunde B zit, maar dat bij veel universitaire studies wel belangrijk is. Een voorbeeld van verdieping is bewijzen.