Vaste lasten zijn bijvoorbeeld huur, pacht, onderhoud, verzekeringen, leasecontracten en abonnementen. De TVL is niet voor loonkosten, hiervoor kunt u de NOW-regeling aanvragen. Als u TVL-subsidie krijgt, wordt deze niet meegerekend bij uw belastbare winst.
Vaste kosten zijn kosten die niet veranderen als er meer of minder wordt geproduceerd. Ze worden ook wel constante kosten genoemd. Een voorbeeld van vaste kosten is de huur van een bedrijfspand: het maakt niet uit hoeveel producten er in het pand geproduceerd worden, de huur is hetzelfde.
Je kan hierbij denken aan kosten voor jouw hypotheek, water, verzekeringen, energie, internet tv en bellen. Iedereen heeft dus vaste lasten.
Vaste kosten zijn alle uitgaven die op regelmatige basis moeten worden betaald, zoals bijvoorbeeld de maandelijkse kosten van gas, elektriciteit en water. Variabele kosten zijn bijvoorbeeld bezoekjes aan de cinema of restaurants, andere vrijetijdsbesteding en winkelen.
Je vaste lasten zijn bijvoorbeeld je woonlasten, energie, zorgverzekering en abonnementen. Dit zijn uitgaven waar je niet zomaar op kunt bezuinigen en die meestal maandelijks terugkomen. Dagelijkse uitgaven zijn bijvoorbeeld boodschappen, kleding, vervoer en cadeaus. Bekijk hoeveel je hier elke maand aan uitgeeft.
Het Nibud ziet dat huishoudens in 2019 meer dan de helft van hun inkomen kwijt zijn aan de vaste lasten*. Een huishouden met een modaal inkomen en een gemiddelde huur is net iets meer dan 55 procent van het netto inkomen aan de vaste lasten kwijt. En iemand op bijstandsniveau net iets meer dan 50 procent.
Een huishouden van 5 personen met kinderen tussen de 5 en 9 jaar geven elke maand maximaal €480 uit. Een gezin met 5 personen met kinderen ouder dan 9 jaar geven per maand €630 uit.
Volgens het Nibud ben je als gezin van 4 personen per maand zo'n 660 euro kwijt aan boodschappen. Dat komt neer op een ruime 150,- per week. Je kunt de tabel van het Nibud gebruiken om te bepalen wat voor jou een reëel bedrag is aan boodschappen.
Ook rekeningen van de energie- en watermaatschappijen vallen onder variabele kosten. Het verschilt namelijk iedere maand hoeveel je daarvan gebruikt.
We hanteren voor de definitie van vaste lasten die van het Nibud: “Onder vaste lasten verstaat het Nibud uitgaven aan: huur/hypotheek, gas, elektriciteit, water, lokale lasten, telefoon, televisie, internet, verzekeringen, onderwijs, kinderopvang, vervoer.
Dat zijn heffingen voor onder andere het gebruik van gemeentelijke bezittingen en voor gemeentelijke diensten. Denk aan bijvoorbeeld het rioolrecht en de bouwleges. De totale opbrengst van deze heffingen mag niet hoger zijn dan de totale kosten.
Hoeveel geld is genoeg per maand? Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) deed een poging om een bedrag te noemen dat 'genoeg' is. En genoeg wil dan zeggen dat je geld genoeg hebt om van rond te komen. Volgens het SCP ligt het basisbehoeftenbudget van een zelfstandig huishouden op 971,-.
Kosten inschrijven KvK: 50 euro bij een eenmanszaak of vof
Dan begin je met de kosten van het inschrijven bij de Kamer van Koophandel. Hier betaal je eenmalig 50 euro inschrijfgeld voor. Die kosten zijn ook nog eens eenmalig. De kosten van een eigen bedrijf inschrijven in het Handelsregister zijn vijftig euro.
Een rechtspersoon, zoals een besloten vennootschap (bv) of een stichting, kun je alleen via de notaris oprichten. Die stelt met jou een oprichtingsakte op, waarna de notaris de KvK-inschrijving regelt. De kosten lopen uiteen van € 200 tot € 1.000. Vroeger was het noodzakelijk om € 18.000 aan startkapitaal te hebben.
Er komt dus meer tijd en moeite kijken bij de opstart, en bijgevolg ook meer centen. Reken op een goeie 1.500 euro – die je meteen moet neertellen. Eens je zover bent zijn de kosten voor de inschrijving van een eenmanszaak en een vennootschap hetzelfde: 159,05 euro, inclusief btw.
Hoe kun je rondkomen van 2000 euro per maand? Elke situatie verschilt. De een kan gemakkelijk rondkomen van 2000 euro per maand terwijl het voor een ander een stuk lastiger is. Dit kan bijvoorbeeld afhangen of je alleenstaand bent of met een heel gezin moet rondkomen.
Waar de ene voeding erg belangrijk vindt en daar meer geld aan uitgeeft, verdiend een andere alleenstaande weer duizenden euro's meer. Toch is er door het Nibud een gemiddeld bedrag vastgesteld voor een eenpersoons huishouden: dat is een modaal inkomen van 34.200 euro per jaar.
Iedereen moet eten, en volgens het Nibud geeft de gemiddelde alleenstaande ongeveer € 180 tot € 210 per maand aan boodschappen uit. Dit bedrag kan afhankelijk van jouw leeftijd, inkomen, geslacht, eetgewoonten en waar jij woont, variëren.
Laten we daar eens naar kijken! Als algemene richtlijn kun je er vanuit gaan dat je kennissen en collega's een bedrag van €20 – €40 geeft. Familie en vrienden een bedrag van €35 – 50 en directe familie en beste vrienden een bedrag van €50 – 150.
Vaste lasten zijn terugkerende kosten die je meestal maandelijks moet betalen omdat je een overeenkomst aan bent gegaan met een dienstverlener, leverancier of provider. Je kunt hierbij denken aan kosten voor je hypotheek, internet en verzekeringen.
Als het nodig is, maak je gebruik van geld uit je buffer. Hiervoor is dit bedrag ook bedoeld. Om je buffer op te bouwen én op peil te houden, adviseert het Nibud om minimaal tien procent van je netto maandinkomen te sparen. Zo vul je het bufferbedrag telkens weer aan.
De 50/30/20-budgetregel in het kort
50% van je netto inkomen – voor je vaste lasten. 30% van je netto inkomen – voor je persoonlijke behoeften. 20% van je netto inkomen – voor het terugbetalen van schulden en voor sparen en beleggen.