Het verloop van frontotemporale dementie (FTD) is onvoorspelbaar. Sommige mensen gaan snel achteruit, terwijl het verloop bij anderen geleidelijker gaat. In eerste instantie vallen veranderingen in sociaal gedrag op. Deze verschijnselen worden steeds iets duidelijker.
FTD ontstaat doordat de voorste delen van de hersenen kleiner worden en beschadigd raken. Wat dit precies veroorzaakt, is meestal niet bekend. Bij ongeveer 20% van de patiënten ontstaat de ziekte door een foutje in hun genen. Als een van je ouders FTD heeft, dan heb je 50% kans dat je de ziekte ook krijgt.
Frontotemporale dementie (FTD) staat ook wel bekend als de ziekte van Pick (spreek uit: Piek) of frontaalkwabdementie. Bij deze vorm van dementie zijn vooral de voorste hersenen beschadigd. Deze zijn verantwoordelijk voor besluitvorming en gedrag, emotionele reacties en taalvaardigheid.
Er is geen behandeling om het degeneratieve proces te stoppen of te remmen. Verschillende middelen (SSRI's, psycholytica en methylfenidaat) kunnen de symptomen verminderen.
Experimentele studies, waarbij verschillende pijnprikkels aan patiënten toegediend worden, bevestigen deze conclusie echter niet. Een tweetal experimentele studies, gedaan bij patiënten met frontotemporale dementie (FTD), toonde wel een mogelijke verminderde pijnperceptie.
Frontotemporale dementie (FTD) is soms erfelijk (in 25 tot 40% van de gevallen). Iemand met de erfelijke vorm van FTD heeft 1 op 2 (50%) kans om dit aan een kind door te geven. Lewy body dementie is bijna nooit erfelijk. Bij het ontstaan van vasculaire dementie speelt erfelijke aanleg waarschijnlijk een kleine rol.
Dementie fase 1: het voorstadium
Als iemand 's avonds aan je vraagt wat je vandaag gedaan hebt, weet je dat soms niet meer. Een naam is je ontschoten en plannen wordt ook steeds lastiger. Je hebt het gevoel dat er iets niet goed is. Het voorstadium duurt ongeveer twee tot drie jaar.
Mensen met dementie leven gemiddeld 8 jaar met de ziekte. De diagnose wordt gemiddeld na zo'n 14 maanden gesteld. Gedurende het ziekteproces neemt zowel het aantal klachten als de ernst van de klachten toe.
Het is het controlecentrum van je hersenen. De frontale kwab is betrokken bij planning, redenering, problemen oplossen, inschatten en impulsbeheersing, evenals bij de regulatie van emoties, zoals empathie, vrijgevigheid en gedrag.
Dementie is in de meeste gevallen niet erfelijk. De ziekte komt wel vaak voor. Maar liefst een op de vijf mensen krijgt dementie. Hoe ouder iemand wordt, hoe groter de kans is dat hij dementie krijgt.
Wat kun je beter niet doen? Probeer jouw naaste niet te veel te corrigeren of tegen te spreken. Dat confronteert de persoon met dementie met wat hij niet meer weet of kan. Hard praten, snel praten of juist fluisteren.
Nachtrust mensen met dementie verbeteren
Ze functioneren minder goed en het kan zorgen voor eiwitopstapeling en daardoor verdere achteruitgang. Mensen met dementie worden overdag vaak minder actief en vallen dan soms zelfs in slaap. Door die 'middagdutjes' zijn ze 's avonds niet moe genoeg om goed te kunnen slapen.
Indeling fases van dementie
Een andere veel gebruikte indeling is de omschrijving van de vier fases van ik-beleving bij dementie; de bedreigde ik of cognitieve fase; de verdwaalde ik of emotionele fase; de verborgen ik of psychomotore fase; de verzonken ik of zintuiglijke ervaring.
Frontotemporale dementie kan niet genezen. De behandeling richt zich op het verminderen van de kenmerken. Soms krijgt iemand bijvoorbeeld medicijnen. Ook kan het helpen om dagelijkse dingen in een vaste volgorde en op een vaste manier te doen.
De termen Ziekte van Pick en frontotemporale dementie (FTD) worden vaak door elkaar gebruikt. Kenmerkend zijn veranderingen in gedrag, emoties en persoonlijkheid. De persoon met dementie reageert vaak onvoorspelbaar, dwangmatig of ongeremd en heeft moeite met het beoordelen van situaties.
Ongeveer 3 tot 12% van alle gevallen van dementie is frontotemporale dementie (FTD). Deze vorm van dementie komt al op relatief jonge leeftijd voor. Het grootste deel van de mensen die de ziekte krijgt, is tussen de 40 en 60 jaar.
Mensen met dementie kunnen vaak niet goed aangeven of ze pijn hebben. Zij uiten pijn op een andere manier, bijvoorbeeld door gedragsverandering. Naar schatting kan ongeveer 25 procent van de ouderen met dementie pijn niet aangeven met behulp van een zogenaamde zelfrapportageschaal.
Dementie ontstaat door hersenziekten die de hersencellen beschadigen. Ouderdom is de grootste risicofactor van dementie. Zeven andere belangrijke risicofactoren zijn: lage mentale activiteit, roken, weinig bewegen, depressie, sterk overgewicht, hoge bloeddruk en suikerziekte.
Kalmeringsmiddelen zijn medicijnen die uw emoties minder sterk maken. Ze helpen vooral tegen angst, zenuwen en stress. Bekende kalmeringsmiddelen zijn benzodiazepinen. Voorbeelden van kalmeringsmiddelen zijn alprazolam, bromazepam, diazepam en lorazepam.
Waarschuwing: Haloperidol is gecontra-indiceerd bij 'Lewy body'-dementie, Parkinson-dementie en frontotemporale dementie vanwege de kans op extrapiramidale verschijnselen en een verlengd QT-interval [1,4].
Dementie is (nog) niet te genezen. Met de juiste behandeling kunnen de achteruitgang en symptomen wel worden geremd. Dit kan soms met medicatie. Daarnaast is er nog veel dat gedaan kan worden om zo goed mogelijk met de ziekte om te gaan.
Frontotemporale dementie (FTD) komt vaak voor op jongere leeftijd. Veranderingen in het gedrag vallen meestal als eerste op. Ook taal en spraak kunnen aangetast zijn. Deze vorm van dementie ontstaat doordat hersencellen in de frontaalkwab (gedragsgebied) en de temporaalkwab (taalgebied) afsterven.