De lezing uit de Thora, het heilige boek van de joden, is het belangrijkste ritueel in de ochtenddienst in de synagoge. De Thorarol, het heiligste voorwerp in het jodendom, wordt omringd door de aanwezigen naar de lessenaar in de synagoge gebracht. Als de sabbat voorbij is, zijn er ook weer gebeden en ceremoniën.
Volgens de traditie bidden joden drie keer per dag: een keer 's ochtends voor de zon op komt, een keer 's middags en voor de laatste keer 's avonds. Ieder bidmoment heeft haar eigen gebed: 's ochtends wordt de Sjacharien gebruikt, 's middags de Mincha en 's avond de Ma'ariew. Het ochtendgebed duurt vrijwel het langst.
Kenmerken van het Jodendom: -Een kenmerk van het Jodendom is dat het een monotheïstisch geloof is; de Joden hebben maar één god binnen hun geloof. -De Joden geloven dat ze het uitverkoren volk van God zijn. -Binnen het Jodendom is het erg belangrijk de Joodse wetten te onderhouden, die opgetekend staan in de Thora.
'Lewaja' staat voor de gehele joodse uitvaart. Een joodse uitvaart is vaak heel simpel en sober, zo ook de begraafplaats. Er worden over het algemeen geen bloemen neergelegd en er wordt geen muziek afgespeeld.
Dit zijn de vijf boeken van Mozes (Musa in de Koran). Hij is de belangrijkste profeet voor de joden. De Thora beschrijft de schepping van de aarde en de vroege geschiedenis van het volk van Israël.
Volgens de joodse spijswetten mag bijvoorbeeld alleen vlees gegeten worden van dieren met gespleten hoeven die herkauwen: vlees van koeien en schapen mag dus wel, maar dat van varkens niet, want die herkauwen niet. Uit het water mogen alleen dieren gegeten worden met vinnen en schubben, dus geen schaaldieren of paling.
De Davidster of het Davidschild is het bekendste symbool van het Jodendom. Het is een zeshoekige ster die bestaat uit twee in elkaar geschoven driehoeken, het hexagram. De Davidster is genoemd naar het 'Schild van Koning David' dat hij volgens een legende droeg.
We kennen maar drie achternamen die in het algemeen Joods zijn, namelijk Levy, Cohen en Israël. Veel Joodse namen hebben een Duitse oorsprong door de Oostenrijks-Hongaarse wet uit 1787, die Joden verplichtte een permanente achternaam van het gezin te registreren.
Sjalom aleechem of sjolem aleichem (ook: shalom aleichem of sjoloum aleichem) (Hebreeuws שלום עליכם shālôm ʻalêḵem; Jiddisch שלום־עליכם şolem aleyxem) is een groet in het Hebreeuws die betekent vrede zij met u (sjalom is vrede). Het gebruikelijke antwoord hierop is aleechem sjalom (met u zij vrede).
Na het afscheid is er voor de naaste familie een rouwperiode van zeven dagen (de sjiwa). Het is de bedoeling dat gedurende de hele week (of een aantal dagen) bezoekers troost en steun bieden aan de rouwenden.
Joden bidden drie keer per dag. 's Morgens, 's middags en 's avonds. Bidden kan zowel thuis als in de synagoge. Bij het morgengebed dragen de mannen behalve hun keppeltje, ook een gebedskleed of tallith. Op werkdagen dragen strenge joden 's morgens ook twee gebedsriemen met daaraan twee kleine doosjes.
Het hindoeïsme is de oudste godsdienst ter wereld. Wanneer het hindoeïsme is ontstaan, is niet precies bekend. Er zijn tegenwoordig bijna één miljard hindoes. Die komen voornamelijk uit India en andere landen in Zuidoost-Azië.
Mitswa, of Nederlands-Jiddisj: mitswe (Hebreeuws: meervoud mitswot, van tsiwa - beviel) is het Hebreeuwse woord voor gebod en wordt in het jodendom gebruikt om te verwijzen naar de wetten in de Thora of de uitwerking hiervan in de joodse wet.
Een ritueel is een geheel van symbolen en bijhorende handelingen die bij een speciale gelegenheid voor sommige mensen een bepaalde betekenis hebben. Een ritueel is eigenlijk een manier van handelen die anders is dan andere handelingen, doordat ze krachtiger is en meer betekenis krijgt.
Je bent dus Jood of Jodin van geboorte. Als je dat niet bent kan je Jood of Jodin worden. Maar het Jodendom is geen geloof dat tracht mensen te bekeren tot het Jodendom. Dat is een veelal zwaar, ingrijpend en langdurig proces.
Traditioneel claimen de Joden af te stammen van de oude Israëlieten (ook bekend als Hebreeërs), die in het land van Israël regeerden. Israëlieten vonden hun gemeenschappelijke afstamming in de patriarch Abraham via Isaak en Jacob, alias Israël.
Het Jiddisch of Jiddisj of (verouderd) Jodenduits (ייִדיש jidisj, ook wel אידיש idisj of יודיש Jüdisch, "Joods-Duits") is een Germaanse taal, die door ongeveer drie miljoen Joden over de hele wereld gesproken wordt.
Sjalom aleechem (שָׁלוֹם עֲלֵיכֶם): vrede moge over u komen, een groet. Deze groet wordt beantwoord met over u de vrede: aleechem sjalom. Sjabbat sjalom (שַׁבָּת שָׁלוֹם): een algemene groet die gebruikt wordt bij het begin van de sjabbat.
De begrafenis
In verband met het geloof in de lichamelijke wederopstanding is cremeren voor joden verboden. Een joodse begrafenis moet zo snel mogelijk, na de door de Nederlandse wet verplichte 36 uur, plaatsvinden, tenzij het sabbat of een feestdag is.
In Nederland leven naar schatting 40.000 tot 50.000 Joden, waar dat er voor de Tweede Wereldoorlog nog zo'n 140.000 waren. Dat zijn er even veel als bijvoorbeeld het aantal Syriërs, dat sinds 2010 is toegenomen tot 45.000. En minder dan de Irakese gemeenschap, die inmiddels bestaat uit 56.000 mensen.
Herkomst en betekenis Hessel
Hessel is afgeleid van Hase. Hase is een sterk verkorte naam waarvan de herkomst niet helemaal duidelijk is. de naam zou uit het Hoogduits kunnen stammen, in dat geval is de betekenis 'glad, mooi'. Ook zou hij kunnen verwijzen naar de volksnaam van de Hessen.
Sefardische Joden of Sefardim (Hebreeuws: ספרדי, Standaard Səfardi Iberiaans Səp̄arədî; meervoud: ספרדים, Standaard Səfaradim Iberiaans Səp̄arədîm) zijn Joden wier voorouders in Spanje en Portugal leefden.
Na 1630 zijn er twee groepen Joden in Nederland, de Sefardische en de Asjkenazische. Er waren verschillen tussen deze groepen. De Joden uit Spanje en Portugal hadden goede contacten binnen de handel en vonden al snel een plek binnen Nederland en gingen door met hun werk in de nieuwe omgeving.
De gele ster werd in de maanden na Kristallnacht in 1938 bedacht, toen joodse winkels en synagogen in Duitsland kort en klein waren geslagen. Het idee kwam van Reinhard Heydrich, het hoofd van de veiligheidspolitie.
Wat mag wel en wat niet? Rusten betekent meer dan alleen 'niet werken'. Je mag op de sabbat volgens de Joodse traditie ook geen licht ontsteken (Exodus 35:3), niets doen dat met werk te maken heeft of erop lijkt (zie bijvoorbeeld Matteüs 12) en beperkt reizen (zie bijvoorbeeld Handelingen 1:12).