Thema Tijdvak 10 toetsen
Dit tijdvak valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor geschiedenis voor havo en vwo, leerjaar 3. Tijdvak 10 is de tijd van Televisie en Computer. Dit tijdvak begint in het jaar 1950 en duurt tot 2000. Het tijdvak beslaat de tweede helft van de twintigste eeuw.
18e eeuw. De 18e eeuw is in de christelijke jaartelling de 18e periode van 100 jaar, bestaande uit de jaren 1701 tot en met 1800. De 18e eeuw behoort tot het 2e millennium. In de Europese cultuurgeschiedenis valt deze eeuw samen met de periode van de Verlichting.
Tijdvak 9: Tijd van wereldoorlogen (1900 – 1950)
het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en fascisme/nationaalsocialisme; 39. de crisis van het wereldkapitalisme; 40.
Agenda 2021-2024: de 22e eeuw begint nu | Publicatie | College van Rijksadviseurs.
IJZERTIJD (800 TOT 12 VOOR CHRISTUS)
De IJzertijd is de periode waarin mensen overgingen op het gebruik van ijzer bij het vervaardigen van gereedschap, wapens, et cetera. Omdat de invoering van het gebruik van ijzer per gebied verschilt, is het onmogelijk om precies te zeggen wanneer de IJzertijd begint.
Wat kwam er na de ijzertijd? Het tijdperk dat bekend staat als de klassieke oudheid overlapt gedeeltelijk met de ijzertijd; het liep van de 8e eeuw v.Chr. tot de 5e eeuw n.Chr., met de sensationele opkomst en ondergang van zowel het oude Griekenland als Rome.
Wat zijn de belangrijkste periodes in de geschiedenis? De belangrijkste periodes in de geschiedenis zijn de Prehistorie, Klassieke periode, Middeleeuwen, Vroegmoderne tijd en Moderne tijd .
De geschiedenis van de Middeleeuwen gaat over een hele lange tijd, wel 1000 jaar. Daarom verdelen we deze tijd vaak in twee stukken: de vroege Middeleeuwen van 500 tot 1000 na Christus ( tijd van Monniken en Ridders), en de late Middeleeuwen van 1000 tot 1500 na Christus (Tijd van Steden en Staten).
De bronstijd volgt na de steentijd, en is de eerste periode met een metaal: het brons. Na de bronstijd komt de ijzertijd. Het leven van de bronstijdboeren is vergelijkbaar met de nieuwe steentijd, maar het brons zorgt voor veranderingen in de samenleving.
Moderne tijd (1789 - 1945)
De kopertijd, kopersteentijd, chalcolithicum of eneolithicum is een archeologische cultuurperiode waarin de mens leerde het metaal koper te bewerken en er gereedschappen van te maken en daarnaast stenen werktuigen bleef gebruiken (Grieks: khalkós, koper en líthos, steen).
Rond 1200 v.Chr. werd ijzer veel gebruikt in het Midden-Oosten, maar het verdrong het dominante gebruik van brons nog een tijdje niet. Brons werd eerder gebruikt om gereedschap te maken omdat het smeltpunt lager is dan dat van ijzer . De ijzertijd begon met de ontwikkeling van smelttechnieken met hogere temperaturen.
De daaropvolgende Bronstijd duurde van 2000 tot 800 voor Christus en de IJzertijd van 800 tot 12 voor Christus: het jaar dat de Romeinen zich in deze omgeving vestigden.
De 21e eeuw (van de christelijke jaartelling) is de 21e periode van 100 jaar, dus bestaande uit de jaren 2001 tot en met 2100.
Het jaar 0 heeft nooit bestaan. In de officiële tijdrekening schiet het van -1 naar 1. Toch is ervoor gekozen om 0 op de slingerlijn als keerpunt tussen vóór Christus en na Christus op te voeren.
De culturele en economische bloeiperiode in de Noordelijke Nederlanden tussen 1600 en 1700 wordt sinds de negentiende eeuw vaak de 'gouden eeuw' genoemd.
Tijd van jagers en boeren
Kenmerkend voor dit tijdvak: de levenswijze van jagers-verzamelaars;het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen;het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.
De jaren 1550-1559 (van de christelijke jaartelling) zijn een decennium in de 16e eeuw.