Geschikte planten voor een boomspiegel zijn bijvoorbeeld vrouwenmantel (Alchemilla mollis), ooievaarsbek (Geranium), schoenlappersplant (Bergenia 'Winterglod') en hartlelie (Hosta lancifolia), maar ook bolgewassen zoals sneeuwklokjes (Galanthus), de boshyacint (Hyacinthoides) en de prairielelie (Camassia).
Oost-Indische kers doet het hier in de regel prima en beschermt de boom tegen blad- en wolluis. Goudsbloemen en Afrikaantjes hebben een gunstige invloed op het bodemleven. Je kunt ook in het najaar narcissenbollen in de grond stoppen.
Voor een laagstam voer je ongeveer een kleine emmer compost of twee emmers houtsnippers op. Voor een halfstam heb je een halve kruiwagen compost of anderhalve kruiwagen houtsnippers nodig. Voor een hoogstam gebruik je anderhalve kruiwagen compost of vierenhalve kruiwagens houtsnippers.
Vaak wordt er gekozen om onder bomen schaduw lievende vaste planten te plaatsen zoals bijvoorbeeld; lievevrouwebedstro, varens, hosta's, siergrassen, anemonen, primula en heuchera's. Vaste planten zijn makkelijker te plaatsen aangezien zij minder (water en voeding) nodig hebben.
De meeste fruitbomen gedijen in een bodem met een pH tussen 5 en 7. Moerbei, walnoot en amandel zijn kalkminnende planten. Ze tolereren een pH tot 7 à 8. Inheemse bessenstruiken (aalbes, kruisbes, braambes, framboos) verdragen dan weer een zuurdere grond.
Geschikte planten voor een boomspiegel zijn bijvoorbeeld vrouwenmantel (Alchemilla mollis), ooievaarsbek (Geranium), schoenlappersplant (Bergenia 'Winterglod') en hartlelie (Hosta lancifolia), maar ook bolgewassen zoals sneeuwklokjes (Galanthus), de boshyacint (Hyacinthoides) en de prairielelie (Camassia).
Mestkorrels (koemestkorrels) zijn een organische meststof die de kwaliteit en structuur van de bodem verbetert. De korrels lossen langzaam op, waardoor de aanwezige voeding geleidelijk vrij komt. Wij raden aan om voor deze meststof te kiezen. Mestkorrels zijn ideaal om te gebruiken in combinatie met een fruitboom.
Het is niet mogelijk om zomaar elke plant onder een boom te plaatsen. Bomen nemen namelijk veel voedingsstoffen uit de grond en ze houden zonlicht tegen. Zo groeit er niets onder een berk, want deze bomen wortelen hoog. Andere bomen, zoals eiken en beuken, zijn meer geschikt voor bodembedekkers.
Vrouwenmantel. Vrouwenmantel is een sterke bodembedekker die je makkelijk kan combineren door het aantrekkelijk blad en de vrij neutrale bloemkleur. Deze plant wordt tussen de 10 en 40 cm hoog. Van mei tot september bloeit de plant met geelgroene trosvormige bloemschermen.
Breng een mulch van bladeren, snoeiafval of compost aan onder je fruitboom. Door de bodem te bedekken met een dunne lage organisch materiaal stimuleer je het bodemleven en verbetert de vochtvoorziening. Bovendien is een mulch een ideale voedingsbron voor je fruitboom en voorkom je competitie met de ondergroei.
Bij de aanplant van fruitbomen geeft men een basisbemesting.Deze bestaat uit compost en verteerd stalmest. Kunstmest kan eventueel ook. Indien de grond te zuur is, moet er eerst bekalkt worden, daarna volgen pas de andere meststoffen.
Conclusie. Er zijn verschillende manieren om te voorkomen dat vogels jouw peren- en appelbomen leeg eten. Bijvoorbeeld met een roofvogelvlieger, knalapparaat of angstkreten. Het is belangrijk deze methoden af te wisselen en te combineren voor het beste resultaat.
In het voorjaar kan je je boom bemesten met een biologische meststof met lange werking. Hark de korrels lichtjes in de grond - let erop dat je daarbij de wortels van ondiep wortelende perensoorten niet beschadigt. Perenbomen in pot kan je bemesten met een vloeibare meststof.
Planten. Net voor het planten graaf je een put waarin de wortels van het plantgoed voldoende ruimte hebben. Voor een fruitboom maak je het plantgat ongeveer 50 x 50 x 50 cm groot, voor struiken mag dat iets kleiner, ongeveer 40 x 40 x 40 cm.
Plant een hortensia nooit te dicht bij een boom. Boomwortels zijn dominant en dit gaat ten koste van de voeding voor de hortensia. Een hortensia floreert in de tuin, maar ook op het balkon. Hortensia is uitstekend geschikt voor de pot, zeker als u voor een wat sterker soort kiest met stevige stelen.
Een boomspiegel is vooral handig bij de eerste 10 levensjaren van een boom. Op het gazon zorgt een boomspiegel er voor dat de stam niet beschadigd wordt bij het maaien. Maar het 'open' stukje rondom de stam zorgt ook voor meer lucht bij de wortels.
Via de boomspiegel krijgen de wortels voldoende lucht en water. Deze ruimte onder de boom kunt u goed beplanten. Het is een prima manier om de straat op te fleuren en de stad groener te maken.
In de winter, als de boom in ruststand is, snoei je dood hout en zieke takken weg. Ook oude grote takken kan je terugsnoeien. Daarnaast wil je zoveel mogelijk takken wegsnoeien die naar binnen groeien én de verticale takken (waterloten). Hiermee maak je de boom luchtig.
Een fruitboom heeft een beurscyclus van ongeveer 3 tot 4 jaar. Dit betekent dat een boom in het eerste jaar van de cyclus weinig tot geen vruchten zal produceren, in het tweede jaar een matige hoeveelheid, in het derde jaar een grote hoeveelheid en in het vierde jaar weer weinig tot geen vruchten.
perenboom snoeien in de winter
Snoei dikke, oude takken weg te knippen met een takkenschaar. Snoei daarnaast takken weg die naar binnen groeien én de verticale takken (waterloten). Zo zorg je voor meer lucht in de boom. Let wel goed op dat je niet alle knoppen wegsnoeit, anders krijg je straks maar weinig peren.
De juiste meststoffen
Bij de meeste fruitbomen- en bessenstruiken is geen speciale voeding nodig. Een gewone basisbemesting met organische meststoffen (zoals bijv.gedroogde koemestkorrels) is perfect.
Bij alle verschillende soorten fruitbomen is het aan te raden om kalk te strooien in februari.Hierdoor wordt de absorptie van de meststoffen vergroot.
De perenboom vraagt eens per jaar om extra voeding. Je kunt de perenboom het beste in het vroege voorjaar bemesten met mest speciaal voor fruitbomen. De Pyrus communis houdt van een voedingsrijke bodem, dus het is belangrijk dat de boom in deze grondsoort staat.