De kinderrechter vraagt bijvoorbeeld over waar en bij wie je de meeste tijd wilt wonen.Of hoe en hoe vaak je de andere ouder dan zou willen zien.Of wil je juist bij allebei wonen en wil je ze allebei evenveel zien. Allemaal onderwerpen die de kinderrechter bespreekt met het kind.
De rechter stelt allerlei vragen, maar je kind mag zelf ook vragen stellen. Tijdens het gesprek stelt de rechter bijvoorbeeld vragen zoals hoe het thuis en op school gaat, wat je kind belangrijk vindt, wat het eventueel graag zou willen veranderen, etc.
Bij het vaststellen van de omgangsregeling vraagt de rechter hoe hij of zij er tegenaan kijkt. Heeft een kind grote bezwaren tegen omgang met één van de ouders, dan weegt de rechter die bezwaren mee in de beslissing over het al dan niet ontzeggen van de omgang.
Het doel van een kindgesprek is om met de leerling zelf te spreken over het leergedrag. Aan de hand van een gespreksformulier stelt de leerkracht in een kort gesprek een aantal vragen, bijvoorbeeld: Welk vak vind je moeilijk en hoe komt dat? Wat zou je zelf anders kunnen doen? Welke hulp zou je nodig hebben?
Juridisch gezien hebben zowel de biologische vader als de juridische vader (na erkenning) recht op omgang met het kind. Ook als je als biologische vader het kind niet hebt erkend heb je recht op omgang. Dit is wettelijk vastgelegd. De omgang van de ouders met het kind wordt doorgaans vastgelegd in een ouderschapsplan.
Gezag andere ouder stoppen
De rechter stopt het gezamenlijk gezag alleen als het in het belang is van het kind. De rechter bepaalt ook wie van u het gezag dan krijgt. Heeft u meer kinderen, dan bepaalt de rechter voor ieder kind apart wie het ouderlijk gezag krijgt.
U heeft als partner recht op 1 werkweek geboorteverlof als uw vrouw of partner is bevallen. Het maakt niet uit of u fulltime of parttime werkt. Geboorteverlof wordt ook wel kraamverlof, partnerverlof of vaderschapsverlof genoemd.
Kindgesprekken helpen om de onderwijsbehoeften van kinderen duidelijker in beeld te krijgen, zijn nuttig omdat ze de pedagogische relatie versterken, vergroten de persoonlijke betrokkenheid en motivatie, verbeteren de werkhouding, stimuleren verschillende 21e eeuwse vaardigheden hebben een positieve invloed op het ...
Jonger dan 12 jaar: alleen informele verzoeken
Als je jonger bent dan 12 jaar, mag je alleen een informeel verzoek indienen bij de rechtbank. Je schrijft dan zelf een brief aan de rechtbank met je verzoek. De rechter besluit of hij je verzoek in behandeling neemt.
Recht op omgang met je kind is dus een wettelijk recht voor vaders. De wet geeft aan dat alleen in uitzonderlijke gevallen dit recht van vader op een omgangsregeling kan komen te vervallen. Moeder kan niet zomaar een omgangsregeling van vader weigeren en het kind weghouden bij vader.
Als een kind ernstig in de knel dreigt te raken, helpt de Raad voor de Kinderbescherming om samen met het kind en de ouders de beste oplossing te zoeken. Alleen als het echt niet anders kan, wordt de rechter erbij betrokken, maar het draait altijd om het belang van het kind.
Omvang omgangsregeling in de praktijk
Anders dan eens wordt gedacht, bestaat er in de praktijk in principe geen 'minimale omgangsregeling'. Dit komt omdat de omvang van de omgang afhangt van alle omstandigheden van het geval.
Algemeen geaccepteerd is (gelukkig) dat men de rechter in de rechtbank aanspreekt met mijnheer of mevrouw (de rechter). Maar ook daar zijn uitzonderingen op: zijn er meer rechters, dan spreekt men de voorzitter aan met mijnheer/mevrouw de voorzitter.
De raadsonderzoeker vraagt wat de informant weet van de (thuis)situatie van het kind. Hij kan bijvoorbeeld vragen stellen over de gezondheid van het kind, zijn gedrag of zijn schoolprestaties.
Het staat je vrij om co-ouderschap te weigeren, al ben je de vader of de moeder. Als je denkt dat co-ouderschap in jullie situatie niet geschikt is, dan is het altijd goed om dat uit te spreken. Het helpt als je met een ander voorstel komt waarvan je denkt iedereen tegemoet te komen.
Intrinsieke motivatie op gang brengen
Kinderen willen uit zichzelf iets beheersen, omdat ze het echt interessant en leuk vinden. Kinderen moeten erin geloven dat ze invloed hebben op wat ze moeten doen. Lesstof moet afgestemd zijn op hun niveau en interesses en er mag best ruimte zijn voor eigen inbreng.
Minderjarige kinderen (jonger dan 18 jaar) krijgen vanaf een bepaalde leeftijd een uitnodiging voor een gesprek met de rechter. Dit heet een kindgesprek. Een kort informeel gesprek waarbij het kind mag vertellen wat hij of zij van de situatie vindt. Ouders of verzorgers zijn zelf niet bij het gesprek aanwezig.
Gespreksvaardigheden zijn vaardigheden die goed van pas komen in de communicatie met anderen. Het zijn algemene skills die je zowel op het werk als privé kunt inzetten om jouw mening over te brengen, maar ook respect te tonen voor de mening van de ander.
Veelal zal dit ook worden toegekend. De hoofdregel is namelijk dat gezamenlijk gezag in het in het belang van het kind is. Conclusie is dat vaders net zoveel recht op gezag hebben als moeders.
Een veelvoorkomende omgangsregeling is dat de kinderen gedurende een weekend om de veertien dagen bij de 'niet-inwonende' ouder verblijven. Vaak zijn de kinderen dan ook gedurende de helft van de schoolvakanties bij deze ouder en worden de feestdagen eerlijk verdeeld.
Recht op omgang met je kind is dan ook een wettelijk recht van vaders. Als er sprake is van normale omstandigheden, zou een vader in de gelegenheid moeten worden gesteld om zijn kinderen minimaal om de week een volledig weekend en wekelijks een vaste dag te zien.