Het is dikke, slijmerige, vaginale afscheiding, soms gemengd met een beetje bloed. Als je die slijmprop verliest, is dat een teken dat het lichaam zich klaarmaakt voor de weeën. Soms duurt het dan nog een paar dagen voordat de bevalling begint, maar soms gaat het ook sneller.
Tijdens de laatste zwangerschapsweken kan de afscheiding nog iets toenemen en dun worden. Soms is het moeilijk om onderscheid te maken of iets afscheiding is of vruchtwater. Afscheiding is melkachtig wit en oogt als een witte, dunne crème.
Wanneer je kindje indaalt, zul je wel weer wat vrijer kunnen ademhalen. Dit komt omdat je baarmoeder wat lager komt te liggen. Andere signalen die aanduiden dat de bevalling eraan zit te komen zijn een meer slijmerige afscheiding, vermengd met wat bloed. Dit komt door de verandering aan de baarmoedermond (de cervix).
Sommige vrouwen verliezen de slijmprop wel twee weken voordat ze gaan bevallen, anderen verliezen hem tijdens de bevalling en nog weer anderen zien nooit iets van de slijmprop terug doordat deze er in kleine stukjes uitkomt. Er wordt steeds weer nieuw slijm aangemaakt.
Deze fase van bevallen begint al tijdens de laatste weken van je zwangerschap en eindigt dan ook als de actieve fase van de bevalling begint. Dit kun je merken doordat je krampen in je onderbuik voelt, maar soms merk je er niets van. Normaal gesproken is de baarmoedermond een stug tuutje en staat deze wat naar achter.
Al dagen tot weken voor je bevalling kun je beginnen met “rommelen”. Hiermee bedoelen wij dat je regelmatig harde buiken hebt die soms ook echt wel een beetje pijn kunnen doen. Met deze harde buiken is je lichaam zich aan het voorbereiden op de bevalling.
Slijmprop verliezen
De slijmprop is een paar centimeter lang en kan slierterig of een echte prop zijn als hij eruit komt. Vaak is het wittig, maar het kan ook wat gemengd zijn met bloed en hierdoor wat rood/rozig gekleurd zijn.
Soms verlies je in de periode van oefenweeën of zonder enig ander teken de slijmprop. De slijmprop is geen teken dat je gaat bevallen. De bevalling kan gerust nog enkele dagen of weken op zich laten wachten.
vruchtwater is altijd helder als water met soms wat vlokjes. Afscheiding blijft altijd wittig zoals verdunde bodylotion. vruchtwater plakt niet. Alhoewel afscheiding behoorlijk waterig kan zijn blijft deze altijd een beetje slijmerig.
Vaak worden baby's kort voor de bevalling rustiger. Ze slapen veel en dan bewegen ze soms wat minder. Zo sparen ze energie voor de bevalling, want ook voor baby's is dat een hele inspanning.
Afscheiding is doorgaans doorzichtig, witachtig en vloeibaar. Wanneer je afscheiding hagelwit, minder vloeibaar zelfs yoghurtachtig, of ongewoon ruikt (in sommige gevallen niet lekker) kan dat duiden op vaginale klachten, zoals bacteriële vaginose of vaginale schimmel.
Kijk goed naar de kleur van het vruchtwater en probeer wat op te vangen in een glas of bewaar je maandverband. Het vruchtwater hoort helder (doorzichtig, wittig, rozig of met witte vlokjes) te zijn. Soms zit er wat slijm of bloed doorheen.Dit zijn normale kleuren van vruchtwater.
Uit je vagina verlies je soms wat slijm/vocht, dit noemen we afscheiding. Het is normaal dat er afscheiding uit de vagina komt, dit is hoe je vagina schoon en gezond blijft. Normale afscheiding is meestal helder of wit van kleur. Soms lijkt het wat geel als het opdroogt in je onderbroek.
Een melkwitte afscheiding is een manier van je lichaam om aan te geven dat jij klaar bent voor het meest vruchtbare moment van je cyclus. Naarmate je menstruatie nadert kun je merken dat je afscheiding dikker en minder transparant wordt.
Gemiddeld houdt het vloeien na de bevalling 4 tot 6 weken aan. Het wordt steeds minder en de kleur wordt eerst bruinig en daarna is het vaak alleen nog wondvocht dat er gelig van kleur uitziet.
Het verliezen van de slijmprop is vaak een teken dat de bevalling niet lang meer op zich laat wachten. De duur van deze latente fase is wisselend. Soms gaat deze fase na een paar uur al over in de actieve of ontsluitingsfase, soms kan deze fase een hele dag duren. In deze fase gaan de voorweeën over in echte weeën.
Vruchtwater verlies / gebroken vliezen
Vruchtwater kan je herkennen aan dat het waterdun is, het ruikt zoetig en je het niet kan ophouden. Soms verlies je in een keer een hele plens, maar vooral als de baby al goed is ingedaald, zullen het steeds kleine beetjes vocht zijn die je verliest.
Een wee gaat van boven naar beneden. Je voelt dat de baby naar beneden, uit de baarmoeder, geduwd wordt. De eerste uren van de bevalling beweegt de baby vaak tussen de weeën door.
De baarmoederhals wordt week, er ontstaat soms al wat ontsluiting waardoor je je slijmprop kunt verliezen,die in de baarmoederhals zit. Ben je zwanger van je tweede of derde kindje, dan kan dit gerommel zomaar voor 3 cm ontsluiting zorgen.
Met de wijs- en middelvinger voelt ze in je vagina hoeveel ruimte er is in de baarmoedermond. Afhankelijk van hoe ver de wijs- en middelvinger van elkaar geopend kunnen worden tijdens dit onderzoek, schat ze hoeveel ontsluiting er is.
Sommige vrouwen schrikken een beetje als ze plots de slijmprop eruit zien komen. Het is een stukje dik en taai slijm, wat qua structuur een beetje lijkt op snot. Deze samenhangende, taaie massa wordt gevormd door het hormoon progesteron dat zich verzamelt in de baarmoedermond.
Voorweeën/oefenweeën zijn samentrekkingen van de baarmoederspier. De baarmoeder is een holle spier die aan het einde van de zwangerschap door hormonen gaat samentrekken. Dit voelt als een menstruatieachtige pijn in de onderbuik. Vaak is dit onregelmatig.
Tijdens de bevalling maakt jouw lichaam een stofje aan wat je de nodige hulp en energie geeft om een bevalling te “klaren”. Ook kort na de bevalling merk je daar nog het e.e.a. van. Je merkt vaak dat je over je hele lichaam begint te trillen, vooral je bovenbenen lijken niet te stoppen. Je kan ook gaan braken.
Tijdens het inwendig onderzoek voelen we of je baarmoedermond verweekt is en of je baarmoedermond al korter is geworden. Ook kunnen we de ontsluiting voelen, hoe ver het hoofdje is ingedaald, of de vliezen nog intact zijn en hoe de stand van het hoofdje is.