De zwarte kraai is een alleseter. Ze voedt zich vooral met ongewervelden en insectenlarven. Ook granen vormen een belangrijk voedselbron, vooral tijdens de herfst en de winter. Verder staan ook muizen, vogeleieren, brood en andere voedselresten op het menu.
Bij het gebruik van de fluiten hoor je als kraaien in de buurt zijn, vaak al heel snel reacties van de kraaien en kauwen. Het lokken met de fluiten doe ik in wisselende tussenpozen en houden op te fluiten zodra ik kraaien op mij toe op zie komen, je moet er dan van uitgaan dat ze de lokkers gezien hebben.
Vogelverschrikkers. Er zijn verschillende visuele middelen waar je kraaien mee kunt afschrikken. Je kunt gebruik maken van een vogelverschrikker, een roofvogel van plastic en bewegende voorwerpen zoals ballonnen, vlaggetjes en molentjes.
De liefde van kraaien gaat absoluut door hun maag. Ze lusten eigenlijk alles, maar dat wil nog niet zeggen dat alles gezond voor ze is. Houd het daarom bij ongezouten pelpinda's, die blijven heel lang goed en kun je makkelijk meenemen in je broekzak. Ze zijn ook dol op blikvoer voor honden of katten.
Zwarte kraaien broeden in (half)open landschappen met bomen, maar ook wel in hoogspanningsmasten. In bossen broeden ze meestal alleen aan de rand. Komen op veel plekken in Nederland voor: akkers, bos, parken, stedelijk gebied en weiden. De hoogste dichtheden in het kleinschalig cultuurlandschap.
Wilde kraaien herkennen gezichten en kunnen jarenlang een wrok houden jegens iemand die hen slecht heeft behandeld. Dat blijkt uit onderzoek. Het bewijst hoe zorgvuldig kraaien mensen in de gaten houden. Volgens de wetenschappers is het mogelijk dat ook andere wilde dieren ons zorgvuldig observeren.
Ze slapen vaak waar ze overdag ook zijn. Dat is op een tak verscholen tussen de bladeren, of zoals spechten, hangend aan een boomstam. Watervogels slapen meestal op het water, waar ze veilig zijn voor landroofdieren.
Kraaien 'praten' normaal gesproken vooral met familieleden en beperken het contact met vreemde soortgenoten. Maar voor en tijdens het eten blijken de dieren wel volop te communiceren met vreemden, vermoedelijk over het gebruik van gereedschap om voedsel te pakken te krijgen.
Waarom ontstaat er overlast? Doorgaans wordt de meeste overlast veroorzaakt door de zoektocht van een kraai, deze vogels zijn namelijk op zoek naar eten zoals gewassen, afval en zaden. Daarbij wordt er niets overgeslagen door de kraaien en ze schuwen mogelijkheden om vuilniszakken open te maken.
De vogels uiten dit door hard te schreeuwen naar “gevaarlijke” personen, en agressief om zo iemand heen te cirkelen en/of diegene hinderlijk te volgen.
Wie de kraai rechtop zet, lokt alleen maar extra kraaiachtige vogels in plaats van kraaien en kauwen te verjagen. De kunststof kraai is zeer geschikt om aan een stok te hangen voor op je (rieten) dak om de kauwen te verjagen. Dit helpt ook om kauwen te verjagen uit de tuin.
Waar kraaien zijn, zou ook magie zijn. Ze zijn het symbool voor scheppingsvermogen en spirituele kracht. Als de kraai jouw totemdier is, ondersteunt hij je mogelijk bij het ontwikkelen van je Derde Oog, je spirituele groei en zou hij je kennis laten maken met de magie van het leven.
Zwarte Kraaien bouwen nesten die achteraf door andere soorten worden ingenomen. Hun aanwezigheid is een beperkende factor voor het aantal Eksters Pica pica in een bepaald gebied. Eén van de natuurlijke vijanden is de Havik Accipiter gentilis. Zwarte Kraaien zijn vanouds vogels van het open veld.
Kauwen hebben een zeer uitgebreid menu dat voornamelijk bestaat uit kleine ongewervelden (insecten, slakken, spinnen), zaden, granen (vooral in de herfst en de winter), eieren, fruit en soms zelfs muizen.
Let op, wil je daadwerkelijk kraaien afschrikken, hang de kunststof afschrik kraai dan op zijn kop. Zo lijkt het alsof de kraai dood is; daarmee kun je kraaien wegjagen. Ook effectief is het gebruik van geluidstoestellen met angstkreten van kraaien. Deze werken heel goed!
Als echte communicatiespecialisten hebben ze een breed gamma aan roepgeluiden. Ze kwetteren, tokkelen en roepen zelfs hun naam “kauw, kauw”. In de schemering, bij het verzamelen van de groep, laten ze graag luidkeels hun stem horen. Maar ook met hun felle, lichtblauwe ogen kunnen kauwen communiceren.
Vlak voor donker verzamelen ze zich in hoge bomen, vaak midden tussen de huizen, waarna ze ineens massaal opvliegen naar de plek vaste plek waar ze dan uiteindelijk gaan slapen.
"Vaak worden duiven of kraaien afgeschoten omdat ze als ongedierte worden gezien. Wij willen promoten dat het zonde is om dit vlees zomaar weg te gooien." Naast kraai en duif kunnen liefhebbers bij De Keuken van het Ongewenste Dier ook ganzenkroketten, rivierkreeften, en ponyburgers bestellen.
De broedduur is gewoonlijk 18 dagen met meestal 1 nest per jaar (broedperiode: maart tot juni). Jonge kraaien verlaten het nest na ca. 5 weken. In de natuur worden zwarte kraaien gemiddeld tussen de 4-6 jaar oud.
Het opvoeden van dit soort vogels mag niet. Het tam maken van dit soort vogels mag niet. Het houden (al dan niet in een voliere) van deze vogels mag ook niet.
De kauw toont dat de mens te pietluttig is geworden en te veeleisend. Hij maakt zijn omgeving wel gezellig. Warm en sfeervol op zijn eigen unieke manier, zodat zijn jongen er een geborgen gevoel krijgen vanaf het eerste moment dat ze hun koppies uit het ei steken.
Het kernwoord wat past bij de havik is boodschapper. De havik staat voor bescherming, levenskracht, visioenen, levensenergie, balans en evenwicht, passie en luisteren. De havik wordt gezien als de boodschapper van de Goden. De elementen die passen bij de havik zijn vuur en lucht.
Kraaiachtigen (kraaien, raven, roeken, kauwen en andere vogelsoorten) zijn bijzonder intelligent, legt Moore uit. Ze zijn zeer goed in het aanpassen en gebruiken van instrumenten en ze kunnen vooruit plannen en puzzels oplossen.
Schuilen voor de storm
Laag, in de luwte van groenblijvende naaldbomen en in dichte hagen en riet. Daar zijn ze beschermd tegen regen en wind. Daarbij geldt: hoe lager hoe warmer. Holenbroeders, zoals mezen, schuilen ook in holtes.
Ze eten o.a. wormen, insecten, fruit, zaden, keukenafval, eieren, jonge vogels (kuikens) en kleine knaagdieren. Ze foerageren meestal in paren, meer zelden in wat grotere groepen, vooral op weide- en akkerbouwland, niet in dichtbegroeid landschap.