Pijn bij kanker komt veel voor. Verschillende factoren kunnen een rol spelen bij het ontstaan van de pijn. Zo kan een tumor druk uitoefenen op het omliggende weefsel zoals de huid, organen of zenuwen.Hierbij wordt de pijnprikkel via de zenuwbanen naar de hersenen geleid waardoor pijn kan ontstaan.
Pijn door kanker is op het moment dat je kanker hebt en ergens tumoren hebt, met eventueel uitzaaiingen. Dan kun je pijn krijgen doordat tumoren drukken op zenuwen, of omdat die weefsel kapot maken. En datzelfde geldt voor de uitzaaiingen. Die kunnen ook op zenuwen drukken, dan wel weefsel kapot maken.
Pijn is een veel voorkomende klacht bij patiënten met kanker. Het aantal patiënten met kanker dat pijnklachten ervaart, varieert van 30-40% bij de diagnose, 50-60% bij patiënten onder behandeling van hun ziekte tot 75% bij vergevorderde ziekte.
Deze pijn kan brandend, tintelend, koud, stekend aanvoelen. Daarnaast is er vaak spontane pijn, elektrische scheuten, dof gevoel (ondanks pijn) en abnormaal pijngevoel bij een normale aanraking.
Mogelijke klachten bij uitzaaiingen zijn: botpijn, misselijkheid, hoofdpijn, benauwdheid en vermoeidheid. Bij uitzaaiingen zijn er behandelingen mogelijk die uw leven verlengen en klachten verminderen, bijvoorbeeld bestraling tegen pijn.
Voordat zo'n uitzaaiing zichtbaar wordt moeten er enkele jaren verstrijken. Na vijf (of soms tien jaar) tumorvrij te zijn, gaat men ervan uit dat er geen uitzaaiingen waren. In feite was iemand dus al genezen op het moment dat de behandeling was gestopt. Het kan ook dat de kanker 'terugkomt'.
Een MRI-scan maakt een serie foto's van het lichaam of een deel ervan. Hiermee kan de arts een beter beeld krijgen van de uitzaaiing en de weefsels eromheen.
Uitzaaiingen in de botten kunnen pijn veroorzaken. Er zijn verschillende manieren om pijn te bestrijden. Zoals bestraling van een pijnlijke plek, en medicijnen tegen de pijn. De behandelingen tegen de uitzaaiing(en) zelf en om de botten te versterken helpen vaak ook de pijn verminderen.
Voor patiënten met uitgezaaide kanker kan leven en dood dicht bij elkaar liggen. Er is soms een kans op genezing en soms een mogelijkheid om met (innovatieve) behandeling nog vele jaren te leven. Maar als een behandeling niet aanslaat kan het ook snel aflopen.
Lymfekliermetastasen van hoofd-halskanker uiten zich door een zwelling in de hals. Zo'n zwelling is meestal niet pijnlijk. Niet alle zwellingen in de hals zijn uitzaaiingen, en niet alle uitzaaiingen geven direct een voelbare of zichtbare zwelling.
Patiënten die behandeld worden voor kanker, kunnen als gevolg van hun ziekte pijnklachten hebben. Een behandeling met morfine is bedoeld om pijnklachten onder controle te krijgen. Hier kunt u meer lezen over de oorzaken van pijn bij kanker en hoe die klachten behandeld kunnen worden.
Morfine wordt gebruikt tegen pijn en benauwdheid, doordat het hart minder goed pompt. Als tabletten, capsules, drank of zetpillen niet meer goed werken, kan de arts injecties geven of een infuus aanbrengen.
Hoe werkt morfine? Morfine en morfine-achtige medicijnen zorgen ervoor dat de pijngrens sterk verhoogd wordt. Het pijnsignaal komt minder hard aan in de hersenen, waardoor je minder pijn ervaart.
Zenuwpijn kan erger worden of pijnscheuten geven: bij aanraken, kou of wrijven. Probeer daarom de huid niet aan te raken, niet te wrijven en te voorkomen dat de huid koud wordt. Sommige mensen vinden het wel prettig om de pijnlijke plek warm te maken of juist koud. Dat kan helpen om de pijn minder te maken.
Maar de overleving van mensen met bot- en wervelmetastasen neemt toe. Botmetastasen geven veel pijn en tasten de mobiliteit aan, zeker als er een fractuur ontstaat. Patiënten kunnen dan volledig bedlegerig worden, wat de kwaliteit van leven en de conditie enorm aantast.
De arts kan je dan zijn zeer sterke pijnstillers geven (opioïden). Als niets helpt tegen de pijn, kan palliatieve sedatie een mogelijkheid zijn.
T1-T4 beschrijft de grootte tumor en de mate van verspreiding naar omringende weefsels. Hoe groter het getal na de T, hoe groter de tumor is.
Het hangt onder andere af van je conditie vóór de behandeling, van je leeftijd en of je nog andere ziekten hebt. Ook speelt mee welk soort chemotherapie je krijgt. De ene chemokuur is zwaarder dan de andere chemokuur. Bespreek met je arts of verpleegkundige wat je kunt verwachten.
Uitzaaiingen kunnen al bij de eerste diagnose aanwezig zijn, maar ook pas jaren later ontstaan. Als kankercellen losraken van de tumor, worden ze via het bloed of lymfebanen, of via beide, naar andere organen verspreid.
Uitzaaiingen die mogelijk kunnen genezen zijn: uitzaaiingen in de lever, of. 1 of een paar uitzaaiingen in de longen, of. uitzaaiingen in het buikvlies en de buikholte.
Kwaadaardige tumoren groeien meestal snel, de kankercellen kunnen doorgroeien in de omgeving en zich naar andere lichaamsdelen verspreiden.
Als we het zo opnoemen, lijkt chemotherapie een heel nare behandeling. Het is echter sterk afhankelijk van de zwaarte van de therapie of dit ook daadwerkelijk zo is. De angst voor de therapie is niet altijd even gegrond. Soms kan het enorm meevallen, ook met de bijwerkingen, en is het resultaat hoopgevend.
Nee, kanker opsporen met alleen een bloedafname, zonder te zoeken naar een specifieke kanker, kan niet. Als een arts een bepaalde kanker vermoedt, kan hij in een aantal gevallen wel (proberen) die op te sporen in het bloed. Meestal volstaat een bloedonderzoek echter niet.
Met een naald of een mesje halen we een stukje weefsel weg. Meestal doen we een paar keer, om genoeg weefsel te krijgen voor het onderzoek. De biopsie kan heel even pijn doen.