Vraag de rechter om een omgangsregeling Dan kunt u de rechter vragen om een omgangsregeling. U heeft hiervoor een advocaat nodig. Uw kinderen kunnen ook om een omgangsregeling vragen bij de rechter. Beide ouders moeten zich daar dan aan houden.
Als de vader zijn kind niet mag zien van de moeder, of andersom, kan de ouder die wordt buitengesloten juridische stappen ondernemen. Dit kan bijvoorbeeld via een advocaat die de rechter verzoekt om handhaving van de omgangsregeling vader of moeder.
Volgens de wet hebben beide ouders recht op omgang met hun kinderen. Elke ouder heeft een plicht om mee te werken aan de omgang met de andere ouder van je kind. Alleen als er zwaarwegende redenen zijn, kan een rechter de omgang van een ouder met het kind ontzeggen.
Er zijn geen standaardafspraken. U bepaalt samen wanneer, hoe vaak en hoe lang het kind bij welke ouder is. Deze afspraken komen in afspraken komen in het ouderschapsplan te staan.
Het recht op omgang wordt alleen ontzegt als de omgang niet in het belang van het kind is. En dat is niet snel het geval. In de wet staat niet beschreven hoe zo'n zogeheten omgangsregeling eruit moet zien. Het is dus niet zo dat je als vader jouw kinderen standaard 'maar' één weekend in de twee weken mag zien.
Veel mensen denken onterecht dat de moeder altijd de meeste rechten heeft als het om de kinderen gaat. Tegenwoordig is het echter zo dat de vader in de meeste gevallen evenveel rechten heeft als de moeder.
In de wet staat dat u moet zorgen voor het lichamelijke en geestelijke welzijn van uw kind. En dat u het moet helpen om zijn of haar persoonlijkheid te ontwikkelen. U mag het kind niet mishandelen. En u moet de band van het kind met de andere ouder bevorderen.
Het is mogelijk het ouderlijk gezag te wijzigen. Echter is het niet mogelijk afstand te doen van een kind, tenzij u niet de biologische ouder blijkt te zijn. Het is mogelijk de banden te verbreken met een kind en het ouderlijk gezag te beperken, echter blijft het erfrecht en de onderhoudsplicht in stand.
Ouderverstoting is strafbaar volgens art.279 en 300 Wetboek van strafrecht! Veel kinderen van verstoten ouders ontwikkelen op latere leeftijd zelf psychische en emotionele problemen.
Een normale omgangsregeling is een regeling die beide ouders voor hun kind kunnen accepteren en die voor het kind het prettigst is. De wet is duidelijk.
Als je kind niet meer naar jou toe wil
Probeer samen tot een oplossing te komen, eventueel met een mediator of advocaat erbij. Jij hebt in bijna alle gevallen recht op omgang met je kind! Lukt het niet om samen tot een oplossing te komen, bespreek dan jouw situatie met een advocaat en laat je goed adviseren.
Wat is de minimale omgangsregeling? Wettelijk gezien is er geen vastgelegde minimale omgangsregeling. Het uitgangspunt is altijd dat beide ouders recht hebben op contact met hun kind, tenzij dit niet in het belang van het kind is.
U kan aangifte doen als sprake is van een strafbaar feit. Als een ouder een kind bewust onttrekt aan het gezag van de andere ouder, dan is dat een strafbaar feit volgens artikel 279 van het Wetboek van Strafrecht. Om een melding of aangifte te doen kunt u bellen met 0900-8844.
Een moeder mag de vader niet (zomaar) bij het kind weghouden. In Nederland kan alleen een rechter een ouder de omgang met het kind ontzeggen, een moeder niet. Als de moeder de omgang toch weigert, kan de vader juridische stappen ondernemen.
Op grond van de wet bestaat er een verplichting tot informatie en raadpleging van een ouder jegens de andere ouder, indien deze laatste niet het ouderlijk gezag heeft. Ouderlijk gezag heeft een ouder over zijn/haar minderjarige kind en omvat het recht en de plicht het kind te verzorgen en op te voeden.
Kenmerken van een afwezige vader
Ze tonen weinig interesse in de prestaties, zorgen en successen van hun kinderen, wat leidt tot een diep gevoel van onveiligheid en minderwaardigheid bij het kind. De volgende kenmerken zijn veelvoorkomend bij afwezige vaders: Gebrek aan emotionele betrokkenheid. Afstandelijk gedrag.
Feitelijk is de enige mogelijkheid die je hebt om oudervervreemding aan te tonen, door een dossier op te bouwen van onwil of inactie van de andere ouder om de band tussen je kind en jou te bevorderen en dat deze ouder zich bijvoorbeeld niet houdt aan de informatieplicht en de consultatieplicht.
Als een vader zijn kind (nog) niet heeft erkend, maar wel betrokken is bij de verzorging en opvoeding, kan hij aanspraak maken op bepaalde rechten, zoals het recht op contact met zijn kind. Er is in dat geval namelijk sprake van “family life”. Dit is vastgelegd in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Als één van deze ouders geen toestemming wil geven, kan de andere ouder de rechter verzoeken om de toestemming van de weigerachtige ouder te vervangen. Hiervoor moet dus wel een procedure worden gestart bij de rechtbank.
Een van de belangrijkste rechten die je als vader zonder gezag hebt, is het recht op omgang met je kind. Dit betekent dat je het recht hebt om je kind te zien en tijd met hem of haar door te brengen. Dit recht geldt ook als je geen gezag hebt.
U kunt de rechtbank vragen om het gezamenlijk ouderlijk gezag te beëindigen. Dit heet eenhoofdig gezag aanvragen. Dat doet u als u of uw (ex)partner niet meer beiden willen of kunnen zorgen voor uw kind(eren).
De wet beslist dat je niet mag afzien van kinderalimentatie. Je mag dus niet in het ouderschapsplan afspreken dat jullie van de verplichting en het recht op kinderalimentatie afzien. Want als later één van jullie wel voldoende draagkracht krijgt, dan moet er vanaf dat moment kinderalimentatie betaald worden.
De rechter kijkt bij het vaststellen van een omgangsregeling altijd naar het belang van het kind. Beide ouders hebben recht op omgang, en weigering van de regeling door een van de ouders kan alleen in zeer uitzonderlijke gevallen.
Van ouderverstoting is sprake als een kind een ouder, waarmee het kind voorheen een goede relatie had niet meer wil zien. Ouderverstoting is onderdeel van het beëindigen van de relatie tussen ouders. Soms manifesteert ouderverstoting zich pas jaren na de feitelijke scheiding.
Uit onderzoek van Sarah Westphal blijkt dat kinderen het gelukkigste zijn, als ze afwisselend bij beide ouders wonen. Kinderen die afwisselend bij beide ouders wonen, hebben een hoger sociaal en psychisch welzijn dan kinderen die bij één van beide ouders wonen.