Ga niet zelf experimenteren als je denkt dat je baby te zwaar of te licht is, maar neem contact op met je consultatiebureau. Zij kunnen je advies geven wat je het beste kunt doen.
Macrosomie is de medische term voor een te hoog geboortegewicht bij een baby. Hiervan is sprake als het geboortegewicht van je baby hoger is dan 4.500 gram. Soms kan het vermoeden van een te hoog geboortegewicht al worden vastgesteld tijdens de zwangerschap. Er is dan sprake van positieve discongruentie.
Wanneer je hoogzwanger bent van een zware baby, kunnen verschillende factoren meespelen: Erfelijkheid: mogelijk waren jij of je partner ook zware baby's. Je gewicht nam flink toe tijdens de zwangerschap; Medische reden: bijvoorbeeld diabetes (dit wordt vastgesteld door een test)
De medische term voor een (te) hoog geboortegewicht bij baby's is macrosomie. Een baby heeft dan een geboortegewicht van 4500 gram of meer. Dat overkomt zo'n 10% van de baby's. Je verloskundige kan dit inschatten door naar de groei van je baarmoeder te kijken.
De behandeling is gezond eten en veel bewegen. Het is het beste als uw hele gezin meedoet. U kunt er hulp bij krijgen van bijvoorbeeld uw huisarts, een diëtist of een fysiotherapeut. Als het gewicht van uw kind gelijk blijft, is dat al heel goed.
De meeste baby's die geboren worden na een normale zwangerschapsduur van negen maanden wegen tussen de 2500 en 4500 gram. Het gemiddelde daarvan is 3500 gram.
De zwaarste baby die ooit via een natuurlijke manier ter wereld kwam, woog 10,2 kilo. Dat gebeurde in 1955 in Italië. Die baby staat in het Guinness Book of World Records.
Wanneer je een verhoogd risico hebt op een kleine of grote baby spreekt de verloskundige of gynaecoloog met je af om een groeiecho te doen. Dit gebeurt ook wanneer de groei van de baby niet goed te voelen is via de buik. Bij een groeiecho wordt het hoofd, de buikomvang en het bovenbeen van de baby gemeten.
Een individuele baby mag gerust eens wat harder of wat minder hard groeien. Bij de lengtegroei zie je zelfs heel vaak van die kleine tussengroeispurtjes. Schommelingen zijn dus normaal, maar te grote afwijkingen zijn niet de bedoeling.
Je verloskundige maakt voor de baby een persoonlijke groeigrafiek, die het optimale gewicht aangeeft. Dit gewicht is een voorspelling op basis van jouw lichaamsbouw en eventuele eerdere bevallingen. Vanaf ongeveer 26-28 weken zwangerschap meet je verloskundige elke 2 tot 4 weken je baarmoeder op met een meetlint.
Vaak gaat een overproductie gepaard met een sterke melkstroom. De baby kan veel lucht binnenkrijgen, zich verslikken en kokhalzen tijdens de voeding. Ook kan er sprake zijn van een onbalans in de lactose-vetverhouding, waardoor de baby meer last kan krijgen van krampen en waterig groene ontlasting heeft.
Van te veel flesvoeding kan je kind te zwaar worden. Een voeding duurt 20-30 minuten. Geef het flesje in ieder geval niet langer dan een half uur en gooi restjes weg. Duurt een voeding korter dan 20 minuten, neem dan af en toe een pauze.
Goede groei is een teken dat je kind voldoende voeding binnenkrijgt. De berekening telt tot een maximum van 900 milliliter per dag (vijf keer 180 milliliter voeding). Als je baby zes maanden oud is en kunstvoeding krijgt, wordt er opvolgmelk gegeven. De hoeveelheid melk is dan minder.
Een baby wassen na de geboorte hoeft niet elke dag in een babybadje. Twee of drie keer per week is voldoende als je het luiergebied goed schoonhoudt en zijn/haar handen regelmatig schoonmaakt. Doe je baby in bad vóór etenstijd. Te snel na het eten zal hij/zij misschien moeten overgeven.
Pasgeboren baby's wegen meestal tussen de 2500 en 4500 gram en komen meestal tussen de 100 en 250 gram per week aan (maand 1-4).
Maat 2. Maat 2 wordt ook wel Mini genoemd. Deze maat is geschikt voor baby's van 3 tot 6 kilo; dat is vanaf de geboorte van je kleine tot hij ongeveer 4 maanden oud is. Maat 2 is er in de soorten New Baby en Baby Dry.
Lees ook: Is mijn baby te dik? Bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (het consultatiebureau) wordt je kind regelmatig gemeten en gewogen en op basis daarvan wordt de groeicurve bijgehouden. Op die manier kan de jeugdarts of jeugdverpleegkundige nagaan of het gewicht in verhouding is met de lengte.
Veel Nederlandse kinderen tussen de 3 en 6 jaar hebben een bolle buik. Dat is meestal geen teken van overgewicht of van een ziekte; doorgaans zijn er heel onschuldige redenen voor. Het kan het gevolg zijn van de houding (staan met een holle rug) en het nog niet goed ontwikkeld zijn van de buikspieren.
Kids in Action: bij zo'n aanduiding denk je aan spelende, rennende kinderen die met elkaar plezier maken in bijvoorbeeld de gymzaal. Vol enthousiasme doen ze mee aan tikkertje of trefbal, of aan een estafetterace met karretjes die moeten worden voortgeduwd. Soms puffen ze even uit en daarna doen ze snel weer mee.