Artikel 19 bevat enkele basisbepalingen over de werkgelegenheid. De bevordering van werkgelegenheid is een zorg van de overheid. Daarnaast draagt dit artikel de wetgever op in grote lijnen regels te maken voor de rechtspositie van werknemers, hun arbeidsbescherming en de medezeggenschap.
Artikel 20 Grondwet brengt het recht op een toereikende levensstandaard tot uitdrukking. Dit cruciale recht voor het leiden van een menswaardig bestaan geldt voor de gehele bevolking, dus ook voor ingezetenen die niet (meer volledig) zelf in hun levensonderhoud kunnen voorzien.
De overheid moet de volksgezondheid in Nederland bevorderen en ze moet zorgen voor voldoende goede woningen. Verder schept de overheid voorwaarden voor ontplooiing en vrijetijdsbesteding. De overheid treft maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid.
Iedereen in Nederland moet een beroep op de rechter kunnen doen om een onafhankelijke uitspraak te krijgen. Niemand kan tegen zijn wil worden afgehouden van de rechter die de wet hem toekent.
Geen absolute vrijheid
De verschillende vrijheden en rechten zijn niet absoluut: een burger kan niet onbeperkt zijn gang gaan. Er bestaat bijvoorbeeld vrijheid van godsdienst, maar dat betekent niet dat een burger overal en altijd zijn geloof vrij kan uitoefenen.
Iedere Nederlander heeft gelijkelijk recht de leden van algemeen vertegenwoordigende organen te verkiezen alsmede tot lid van deze organen te worden verkozen, behoudens bij de wet gestelde beperkingen en uitzonderingen.
Artikel 11
Ieder heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op onaantastbaarheid van zijn lichaam.
Een lege huls
Huisvesting als recht is vastgelegd in de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens. Ook in de Nederlandse Grondwet staat dat de overheid de volksgezondheid in Nederland moet bevorderen en moet zorgen voor voldoende goede woningen. Maar dit recht is helaas niet afdwingbaar.
Artikel 1. Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.
De zorg van de overheid is gericht op de bewoonbaarheid van het land en de bescherming en verbetering van het leefmilieu.
De Grondwet bestaat uit twee delen. Het eerste deel bevat de grondrechten. Het tweede deel bevat verschillende hoofdstukken over de staatsinstellingen en hun functioneren, zoals de regering (Koning en ministers), de Staten-Generaal (de Tweede en Eerste Kamer) en hoe die gezamenlijk wetten maken.
Hoofdstuk 5 bevat twee uiteenlopende paragrafen. De eerste paragraaf handelt over de procedure van wetgeving, de tweede over verschillende onderwerpen van bestuur. In de eerste acht artikelen - 81 t/m 88 - van de eerste paragraaf worden de hoofdzaken van de procedure voor het tot stand komen van wetten geregeld.
Artikel 12 biedt bescherming tegen het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner. Dit is alleen geoorloofd in bij of krachtens de wet bepaalde gevallen. Of een ruimte als woning valt aan te merken, wordt niet zonder meer bepaald door uiterlijke kenmerken als de bouw en de aanwezigheid van huisraad.
Iedereen heeft het recht om samen met anderen een groep te vormen. Maar de groep mag de openbare orde niet in gevaar brengen. Dit artikel geeft inwoners van Nederland de vrijheid samen met anderen een groep te vormen. Bijvoorbeeld een politieke partij of een vakbond oprichten.
Het huidige artikel 120 van de Grondwet bepaalt dat de rechter niet mag beoordelen of wetten en verdragen in strijd zijn met de Grondwet. Nederland kent momenteel, anders dan bijvoorbeeld in Duitsland, Frankrijk en Scandinavische landen dus geen constitutionele toetsing door de rechter.
In Nederland heb je het recht om bij het bevoegd gezag een schriftelijk verzoek in te dienen. Bijvoorbeeld als je een klacht hebt over het optreden van de overheid. Ieder heeft het recht verzoeken schriftelijk bij het bevoegd gezag in te dienen.
1. Niemand heeft voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.
Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.
Elke Nederlander heeft recht op gelijke benoembaarheid in openbare dienst (artikel 3). De term openbare dienst heeft betrekking op alle openbare lichamen en andere publieke organen en instanties.
In artikel 114 is opgenomen het verbod om de meest absolute straf, de doodstraf, op te leggen. Deze straf wordt in brede kring, nationaal en internationaal, als onmenselijk ervaren.
Iedereen mag weggaan uit Nederland. Dat betekent dat iedereen recht heeft op een paspoort of ander reisdocument. Dit is alleen zo als er in de wet geen andere regels staan.
Kinderrechten gaan over onderwerpen als onderwijs, gezondheid en de rol van familie en ouders. Ze gaan over vrijheid van geloof en vrijheid van meningsuiting. Ze gaan ook over het recht op een naam en een nationaliteit. Over een dak boven je hoofd en spelen.