In het Duits worden alle zelfstandige naamwoorden met een hoofdletter geschreven. In het Nederlands is dat anders. Als we Duitse woorden in het Nederlands overnemen, passen we de Nederlandse spellingregels toe.
Wanneer gebruik je een hoofdletter? Hoofdletters gebruik je in twee situaties: aan het begin van een zin en bij namen. Je gebruikt ze bij namen van personen, bedrijven, instellingen, merken, wetten, boeken, aardrijkskundige plaatsen, talen, dialecten, volkeren, feestdagen en historische gebeurtenissen.
In het Duits worden zelfstandige naamwoorden altijd met een hoofdletter geschreven, dus ook als het geen eigennaam is. Eigennamen zoals Deutschland (Duitsland) worden ook in het Duits met een hoofdletter geschreven, maar ook woorden zoals Kino (bioscoop), Hund (hond) en See (meer) krijgen in het Duits een hoofdletter.
(1) De naam van een taal of dialect wordt met een hoofdletter geschreven. (2) Samenstellingen* en afleidingen* behouden de hoofdletter, maar werkwoorden en daarvan afgeleide zelfstandige naamwoorden schrijven we met een kleine letter.
Persoonlijke voornaamwoorden: In tegenstelling tot het Nederlands, beginnen persoonlijke voornaamwoorden (bijvoorbeeld "ich", "du", "er", "sie", "wir", "ihr") in het Duits ook met een hoofdletter.
In het begin van de 19e eeuw werden hoofdletters gebruikt om bepaalde zelfstandige naamwoorden subtiel te benadrukken. Het Duits doet dit met alle zelfstandige naamwoorden. Niet alleen eigennamen, zoals namen van personen of bedrijven, film- of boektitels, maar echt alle zelfstandige naamwoorden.
Der, die en das zijn Duitse lidwoorden die gekoppeld zijn aan een geslacht. Ieder zelfstandig naamwoord heeft in Duitsland namelijk een eigen geslacht. Bij mannelijke woorden is het lidwoord der, bij vrouwelijke woorden die en bij onzijdige woorden das. De meeste Duitse woorden zijn vrouwelijk.
De correcte spelling is Duitstalig, met een hoofdletter.
Wat maakt Duits moeilijk? De meeste leerlingen vinden de naamvallen het lastigste aan Duits, daarnaast hebben veel leerlingen moeite met de uitspraak. Omdat Duits net als Nederlands van een West-Germaanse taal af komt lijken de talen erg op elkaar.
More videos on YouTube
In het Duits zijn zelfstandige naamwoorden mannelijk, vrouwelijk of onzijdig. Bij mannelijke woorden is het lidwoord 'der', bij vrouwelijke woorden 'die' en bij onzijdige woorden 'das'.
Zowel voor- als achternamen schrijven we met een hoofdletter. Tussenvoegsels schrijven we met een kleine letter, tenzij er geen voornaam of voorletter voor staat, in dat geval krijgt het eerste tussenvoegsel een hoofdletter. Initialen (= alleen de eerste letter van een voornaam) schrijven we ook met hoofdletters.
Benamingen van schoolvakken, opleidingsonderdelen, vakgebieden en specialismen schrijven we in principe met een kleine letter. Woorden die volgens de spellingregels met een hoofdletter geschreven moeten worden, zoals namen van talen, krijgen wel een hoofdletter.
Eigennamen in titels worden altijd met hoofdletters geschreven. Een eigennaam is vaak een zelfstandig naamwoord waarmee een persoon, plaats of zaak wordt benoemd. Het kan bijvoorbeeld een naam van een bedrijf zijn. Ook als de eigennaam niet aan het begin van de titel staat, wordt deze met een hoofdletter geschreven.
De Weimarrepubliek is de benaming voor de periode vanaf 1919, na het einde van het Duitse Keizerrijk (1817-1919). Tijdens de Weimarrepubliek was Duitsland voor het eerst een volwaardige, maar instabiele democratie.
Het Duits (Deutsch) is een van de West-Germaanse talen. Het is de officiële taal van Duitsland, Oostenrijk en Liechtenstein, en één van de officiële talen van Zwitserland, Luxemburg, België, Denemarken en Italië.
Dit duurde voor Duitsland van 1949 tot 1990. Van het eens zo nationalistische Duitsland werden twee landen gemaakt: de Bondsrepubliek Duitsland (BRD) en de Duitse Democratische Republiek (DDR).
Zelfstandig naamwoorden zijn namen van mensen, dieren, planten, dingen en begrippen (het verdriet – die Trauer) en eigennamen. Je kunt er een lidwoord (de, het, een) voorzetten. Het zelfstandig naamwoord wordt in het Duits altijd met een hoofdletter geschreven: der Mann.
Ook andere dranken en bijvoorbeeld kaassoorten zijn met een kleine letter: champagne, cognac, brie, camembert, roquefort, stilton. Als een aardrijkskundige naam als bijvoeglijk naamwoord gebruikt wordt, behoudt hij wel zijn hoofdletter: Edammer kaas, Franse kaas, Gelderse worst.
Afleidingen en samenstellingen met aardrijkskundige namen krijgen een hoofdletter. Dat geldt ook voor namen van talen en de verbogen vormen daarvan (Nederlands, de Nederlandse taal), alsook voor de samenstellingen die hiermee worden gevormd (Nederlandstalig, Nederlandssprekend, Middelnederlands, Vroegnieuwnederlands).
Lidwoordenð¥
Lidwoorden zijn woorden die voor een zelfstandig naamwoord staan. In de Nederlandse taal zijn er drie lidwoorden: 'De', 'het' en 'een'. 'De' en 'het' zijn bepaalde lidwoorden en 'een' is het onbepaald lidwoord.
Het meervoud werkt als volgt: op de a, o of u komt een umlaut en er komt een –e achter het zelfstandig naamwoord. Een voorbeeld is: der Arzt , dat wordt nu die Ärzte . Er zijn nog wel wat uitzonderingen: Mannelijke woorden die eindigen op –el, -er of –en krijgen geen uitgang!
Het Nederlands heeft drie lidwoorden: de, het en een. De en het zijn de bepaalde lidwoorden. Een is het onbepaald lidwoord. Lidwoorden staan voor een zelfstandig naamwoord, zoals vrouw, bus, uur.