Je kunt 2 à 3 flesvoedingen per dag geven, van 200 ml melk per voeding. Dit is een richtlijn. Neem voor persoonlijk advies over de frequentie en hoeveelheid melk contact op met het consultatiebureau. Wanneer je kleintje genoeg heeft gehad, geeft je baby dat zelf aan.
Rond 9 à 10 maanden kan een kind zelf een stukje brood of een lepel naar zijn mond brengen.
3 keer per dag een maaltijd, bijvoorbeeld 2 keer brood en 1 keer warm. Tussendoor een groente- en of fruithapje, soepstengel of rijstwafel. Toelichting flesvoeding: geef je baby 2 keer per dag 150 – 200 ml opvolgmelk.
Een fruithapje, bijvoorbeeld een in kleine stukjes gesneden peer, en een bekertje water of lauwe, ongezoete thee. Een bruine boterham met margarine en bijvoorbeeld avocado en eventueel een beetje borst- of flesvoeding. Een soepstengel, rijstwafel of een groentehapje en een bekertje lauwe thee of water.
Voor een baby in de eerste hapjes-fase is het nog niet nodig om het brood te beleggen. Besmeren met zachte margarine is genoeg.
Het avondeten van ongeveer 200 gram moet samengesteld worden uit 100 gram groenten, 80 gram rijst, aardappelen of pasta en 20 gram vis, vlees of ei. Tot 1 jaar is het belangrijk om geen zout toe te voegen.
Eigenlijk is al het fruit geschikt voor baby's. Wel houden ze vaak van zachte, zoete smaken zoals banaan, peer, appel, meloen, avocado en mango. Later kun je ook wat zuurder fruit proberen zoals kiwi's, pruimen, nectarines, aardbeien, bosbessen, mandarijn, sinaasappel en ontpitte en ontvelde druiven.
Start met lichtbruin brood. Zo kunnen de darmpjes van baby's rustig wennen aan voedingsvezels. Met witbrood lukt dat niet. Vanaf 12 maanden kan een baby ook cornflakes, gepofte rijstkorrels, havermout en muesli eten.
En: gewone melk bevat veel eiwit wat nu nog te veel belasting voor die kleine baby-niertjes kan geven. Als je kleintje 8 maanden is, kan een beetje naturel yoghurt of kwark wel, zolang borstvoeding of opvolgmelk maar de melkbasis blijft.
Vanaf de leeftijd van 1 jaar mag je je kind tot 300 ml aan zuivelproducten geven. Dit kan koemelk zijn, maar ook karnemelk, yoghurt of sojamelk. Bijvoorbeeld: 150 ml koemelk bij het ontbijt en 150 ml yoghurt als toetje na het avondeten. Je mag yoghurt al geven vanaf de leeftijd van 8 maanden.
Kies voor vers vlees zonder zichtbare vetrandjes, zoals kip, kalkoen, paarden-, kalfs-, runds- of varkensvlees. Vermijd vette vleessoorten, want die bevatten veel verzadigde vetzuren, wat niet zo goed is voor de gezondheid. Schapen- en lamsvlees zijn vetrijke vleessoorten: ze krijgen dus niet de voorkeur.
De wakkertijd van je baby is bij 10 maanden ongeveer 2,5 uur. Maar als je kind goed geslapen heeft, kan hij na de middagdut gemiddeld 4 – 4,5 uur wakker blijven. De namiddagdut is dan niet meer nodig en je baby heeft genoeg aan 2 dutjes overdag.
Je baby kan als hapje ook pasta, aardappel of rijst proberen. Maal het wel goed fijn of prak het goed fijn met een vork. Geef in het begin, witte pasta, witte rijst en eventueel als je pap wilt geven, af en toe wat pap van rijstebloem. Witte soorten bevatten minder vezels dan volkorenpasta of zilvervliesrijst.
Start met enkele lepeltjes groentepap. Gaat het goed, voer de hoeveelheid dan langzaam op tot gemiddeld 150 gram. Tegen de leeftijd van 1 jaar neemt dit toe tot 250 à 300 gram. De ideale verhouding is: 2/3 groenten en 1/3 aardappelen, deegwaren of witte rijst.
Welke thee mag mijn kind? Lauwe thee zonder suiker is een prima alternatief voor water. In zwarte en groene thee zit wel cafeïne. Een teveel aan cafeïne is niet goed voor de ontwikkeling van het zenuwstelsel van je kind, maar 1 à 2 kopjes op een dag is geen probleem.
9 t/m 12 maanden
Baby's van 9 tot 12 maanden hebben een gemiddelde slaapbehoefte van 11 uur in de nacht en 3 uur overdag verdeeld over 2 slaapjes. Een mooi schema zou daarom kunnen zijn: Tussen 6:00 en 7:30 start van de dag.
Tot je kindje echt een duidelijk dag en nachtritme heeft ontwikkeld maakt het niet zoveel uit waar je kindje slaapt overdag. Volg hier vooral je eigen gevoel in. Slaapt je kindje fijn bij jou in de draagzak of doek, bovenop jou in jouw armen, of juist in zijn eigen bedje. Het is allemaal goed.
Vanaf de leeftijd van anderhalf tot twee jaar doen de meeste peuters nog maar één middagslaapje, dat dan iets langer duurt. Rond het derde levensjaar stoppen de meeste kinderen met het middagslaapje. Ze gaan dan naar een langere aaneengesloten slaap 's nachts van twaalf tot dertien uur.
Het is heel zoet, maar wel een natuurproduct. Tot 1 jaar mag een kind geen honing. Appelstroop bevat vaak beetwortelsap of suikerbietenstroop, een suikervariant. Er zijn in de supermarkt ook varianten zonder toegevoegde suiker: AH Biologisch appelstroop en Zonnatura Zonnestroop met peer en appel.
Er zijn veel soorten jam die weinig fruit bevatten en veel toegevoegde suikers. Maar er zijn ook varianten die een stuk gezonder zijn! Kies een jam met een zo hoog mogelijk percentage fruit en geen toegevoegde suikers.
Kinderen van 6 tot 12 maanden: niet meer dan 1 of 2 boterhammen met smeerleverworst per week. Kinderen van 1 tot 3 jaar: niet meer dan 2 of 3 boterhammen met (smeer)leverworst per week.