Een goede les(dag) vraagt om dynamiek. Woorden, beelden, geuren, kleuren en smaak toevoegen aan je les kan zorgen voor leuke lessen. Leerlingen hun eigen inbreng geven is hierbij belangrijk! Zorg er daarnaast voor dat duidelijk is wat de opbouw van je les gaat zijn en dat je weet waarom jouw leerstof belangrijk is.
Ga bij aanvang van de les bij de deur staan en zeg leerlingen gedag. Toon afwisselend interesse in leerlingen en noem ze bij hun naam. Kortom: wees persoonlijk en zorg voor interactie, maar laat tegelijkertijd zien wie er in charge in. Maan drukke leerlingen ook tot rust, de les gaan zo immers beginnen.
Je onderhoudt je hersens. Nieuwe dingen leren laat je hersenen op een hoog niveau functioneren. Je zult je geheugen en je vermogen om te leren verbeteren. Dus, het maakt niet uit hoe oud je bent, je kunt altijd je hersenkracht versterken!
Het lesdoel staat van begin tot einde van de les centraal. Bij een goede uitleg legt de leraar de focus op de aanpak om het antwoord te vinden of het probleem op te lossen. Leerlingen vertelden ons vaak dat zij veel leren als de juf of meester de stappen duidelijk uitlegt, zodat ze weten wat ze moeten doen.
Praat niet te luid of te snel. Geef geen instructies tot iedereen stil is. Betreed het domein van de leerlingen: loop door de klas, spreek babbelaars van dichtbij rustig aan. Breng rustmomenten in je les: lezen, individuele oefeningen, videofragment …
Een effectieve docent heeft liefde voor het vak en zet zich op alle mogelijke manieren in voor het succes van zijn leerlingen. Volgens leerlingen blijkt die liefde onder meer uit aanstekelijk enthousiasme over de vakinhoud en de geestdrift waarmee hun docent voor de klas staat en zijn leerlingen ondersteunt.
Enkele voorbeelden van lesopeningen zijn: De foto: met een foto in je hand of op het digibord wek je bij binnenkomst direct de interesse van leerlingen. Een mooi begin van een gesprek. De stem: laat een geluidsfragment afspelen terwijl je zelf nog niet in de klas bent.
Het is van belang om de lesdoelen SMARTI te formuleren, dat wil zeggen: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden en Inspirerend. Een leerkracht moet voordat de les begint, duidelijk hebben wat hij deze les wil bereiken. Aan het einde van de les moet hij evalueren of de doelen bereikt zijn.
Een lesdoel zorgt ervoor dat een les geen bezigheid is, maar dat er doelgericht onderwezen en geleerd wordt. Een lesdoel maakt het mogelijk om te controleren of ook daadwerkelijk alle leerlingen hebben bereikt wat je hun wilde leren. Een EDI-lesdoel is compact, concreet en controleerbaar.
Je weet misschien wel dat iets nieuws leren goed is voor je brein. Je hersens leggen tijdens het leren allemaal nieuwe verbindingen aan. Door te leren houd je je hersens dus in topconditie. Het leren van een taal heeft een nog sterker effect.
Als je iets leert of oefent maken die hersencellen verbinding met elkaar. Het is net als door een hoog grasveld lopen; je maakt een nieuw spoor tussen A en B. Maar dan hebben we ons het geleerde nog niet eigen gemaakt. Was het maar zo makkelijk.
Stel dat een lesuur rekenen bestaat uit 60 minuten, waarvan de leerlingen gemiddeld 60% taakgericht werken. Dan zijn de leerlingen in dat lesuur 36 minuten daadwerkelijk aan het rekenen. Als de leertijd kan worden verhoogd naar 80%, dan zijn de leerlingen 48 minuten aan het rekenen.
Effectieve didactiek stelt de leerkracht in staat de fasen of beheersingsniveaus als uitgangspunt te gebruiken voor het didactisch handelen.
Vraag de leerlingen naar relevante voorkennis. Laat alle leerlingen opschrijven wat ze weten, laat het in duo's overleggen of bespreken en bespreek uiteindelijk klassikaal. Op deze manier zet je alle leerlingen aan het denken en aan het werk.
Lesdoelen zijn de inhoudelijke doelen die een leerkracht wil bereiken met zijn les. De doelen kunnen betrekking hebben op kennis, vaardigheden en attitude. Het is van belang om de lesdoelen SMARTI te formuleren, dat wil zeggen: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden en Inspirerend.
Ik wil leren een goede balans te vinden tussen mijn leerinspanning en leerresultaat. Ik wil leren op tijd hulp te vragen. Ik wil leren een taak op mijn niveau te volbrengen. Ik wil leren afstand te nemen van een probleem om het beter te kunnen begrijpen Ik wil leren mijn mening met argumenten te onderbouwen.
Deelnemers benoemen hun leerdoelen zoals: ik ben soms te direct in mijn communicatie en ik moet tactvoller communiceren. ik ben soms een drammer en ik moet meer geduld ontwikkelen. ik ben soms passief en moet meer initiatief ontplooien.
Elke leerkracht heeft een eigen, authentieke manier van lesgeven. Een leerkracht met veel eigenheid heeft de mogelijkheid om een sfeer te creëren die aangenaam is voor hem en voor zijn leerlingen. Door zijn eigen vorm van humor en energie weet hij de leerlingen te betrekken bij de les en ze bovendien te motiveren.
Wat zijn didactische vaardigheden? Dit zijn vaardigheden die je nodig hebt om anderen iets te kunnen leren. Het houdt zich bezig met de vraag hoe kennis, vaardigheden en houdingen kunnen worden onderwezen aan anderen.