Het referentiebedrag voor een kleuter bedraagt 45 EUR/jaar en voor een scholier 90 EUR/jaar. In de middelbare school wordt een vast bedrag per leerling gefactureerd aan de ouders. het is een forfaitair bedrag dat over 10 maanden wordt gespreid.
“De ontwikkeling van het individuele kind is ook heel belangrijk. In een Steinerschool gaat het niet enkel om wat een kind allemaal kan, maar er wordt ook gekeken naar hoe klaar het al is om dingen te leren. In een Steinerschool vormen ze een volledig mens. Waardoor je nooit faalt.
Op de steinerschool leren kinderen rekenen en schrijven, leren ze omgaan met de computer, krijgen ze les in vreemde talen, in aardrijkskunde en geschiedenis. Ze krijgen vakken als wiskunde, scheikunde en biologie. Hiermee leggen ze een basis voor hun toegang tot hoger onderwijs en beroepsvoorbereiding.
Laat ons zeggen dat een leerling na middelbare studies aan een steinerschool in in ieder geval zal mogen voortstuderen aan een hogeschool. De steinerschool geeft per definitie een diploma secundair onderwijs aan iedere leerling die er het laatste jaar middelbaar onderwijs heeft gevolgd.
Vanuit de steinergemeenschap ontstonden nu meer en meer initiatieven die tot de oprichting van steinerscholen leidden. Aanvankelijk in enkele provinciehoofdsteden: Gent (1978), Brugge (1979), Leuven (1982), later ook in kleinere steden en gemeenten. In 2018 telt België 21 steinerscholen.
Antroposofie (van het Griekse: ἄνθρωπος, ánthrōpos "mens" en σοφία sophía "wijsheid") is een spirituele filosofie en occulte wetenschap gebaseerd op de leer van Rudolf Steiner (1861–1925), die het bestaan postuleert van een geestelijke wereld die toegankelijk zou zijn via innerlijke ontwikkeling.
Dit is volledig van de pot gerukt: een goede freinetschool biedt net de vaardigheden aan die mensen in hun latere schoolloopbaan nodig hebben, zoals plannen, samenwerken en verantwoordelijkheid nemen. Mensen die een band hebben met het traditioneel onderwijs zijn geneigd erg defensief te reageren op methodeonderwijs.
Op het curriculum van een Steinerschool vindt men geen afsluitend eindexamen – geëvalueerd worden alle vakken immers permanent (zie evaluatievormen). Net zoals alle Vlaamse scholen, hebben de Steinerscholen de opdracht om eindtermen en ontwikkelingsdoelen na te streven.
Een Freinetschool is een methodeschool. In een methodeschool hechten we belang aan de totale ontwikkeling van het kind. De nadruk ligt niet alleen op kennis vergaren maar ook op sociaal-emotionele vaardigheden. Ervaringen en belevingen van de kinderen zijn het uitgangspunt voor het onderwijs.
Op een Waldorf school leren kinderen dezelfde dingen als op een reguliere basisschool, maar dan méér en breder. Ze leren niet alleen basisvaardigheden als lezen, schrijven en rekenen, maar krijgen ook les in vreemde talen en in dansen, toneelspelen, zingen en schilderen.
Op een daltonschool leren leerlingen zelfstandig en binnen een bepaalde tijd taken afronden. Daarnaast leren zij op tijd hulp inschakelen als dit nodig is. Op die manier wordt hun probleemoplossend vermogen en zelfstandigheid gestimuleerd.
Jenaplan is traditioneel vernieuwingsonderwijs, waarin de ontwikkeling van het kind centraal staat. De meeste jenaplanscholen werken met stamgroepen, waarbij kinderen van verschillende leeftijden bij elkaar in een groep zitten.
Methodescholen hebben een vernieuwende klaspraktijk. Zij bieden onderwijs aan volgens een bijzondere pedagogische en didactische methode en vertrekken vanuit de leefwereld van het kind.
Montessori is een onderwijsconcept voor de voorschool, basis- en voortgezet onderwijs. Op een montessorischool leren kinderen zelfstandig werken en zitten zij met meerdere jaargroepen in een klas. Tegenwoordig combineren montessorischolen vaak montessorimateriaal met reguliere taal- en rekenmethodes.
Er zijn 16 freinetscholen in Nederland. Op de website van de freinetbeweging staat een overzicht van alle freinetscholen in Nederland.
Ontwikkelingsgericht onderwijs is een algemene term die aangeeft dat de ontwikkeling van het kind centraal moet staan in het onderwijs en niet het onderwijsprogramma. Daarnaast is de socialisatie van leerlingen een belangrijk uitgangspunt. Ontwikkelingsgericht onderwijs is dus zeker geen individueel onderwijs.
Ervaringsgericht onderwijs. Dit onderwijsconcept gaat uit van betrokkenheid en het welbevinden van kinderen. De gedachte daarachter is dat kinderen een optimale ontwikkeling doormaken als ze betrokken werken en met plezier naar school gaan. De grondlegger van dit concept is Ferre Laevers.
Bij ernstige leer- of gedragsstoornissen kan een leerling van het basis- of secundair onderwijs daarom overstappen naar het buitengewoon onderwijs. Het buitengewoon onderwijs bestaat uit verschillende types. Om toegang te krijgen tot het buitengewoon onderwijs is een verslag nodig van een CLB.
Freinet kwam tot de opvatting dat informatie in een zinvol verband aangeboden moet worden. Het leren gebeurt in een omgeving die het kind herkent en daardoor als de zijne beleeft. Leren is een werkwoord en daarom geven we de leerlingen de ruimte om te onderzoeken, te ontdekken, te experimenteren en te ontwerpen.
De definitie van antroposofisch speelgoed
Nu we bovenstaande informatie kennen is de betekenis van 'antroposofisch speelgoed' of 'Waldorf speelgoed' niet meer zo lastig. Antroposofisch speelgoed is speelgoed dat het kind uitdaagt, en vrij laat in het verzinnen van een eigen spel. Er is geen goed of fout.
Het woord 'antroposofie' (uit het grieks: antropos = mens; sofia = wijsheid) is een levensvisie, gebaseerd op de leer van Rudolf Steiner, die het bestaan postuleert van een geestelijke wereld die toegankelijk zou zijn via innerlijke ontwikkeling.
Antroposofische geneesmiddelen zijn afkomstig uit de natuur: ze zijn van minerale, plantaardige of dierlijke oorsprong. De antroposofie benadrukt dat de natuur en de mens met elkaar in verband staan:in de mens spiegelt zich de gehele natuur.
Soorten methodescholen
De meest bekende scholen zijn steinerscholen, freinetscholen, montessorischolen, jenaplanscholen, leefscholen en ervaringsgerichte scholen en daltonscholen.
Die scholen werden opgericht door groepen van ouders, leerkrachten en/of organisaties. Het gaat om scholen met een welomschreven pedagogisch profiel : Freinetscholen, ervaringsgerichte scholen en buurtscholen .