Bij een vlekje op de long is vaak aanvankelijk niet met zekerheid te zeggen of dit goedaardig of kwaadaardig is. Er zijn dan aanvullende onderzoekingen nodig, zoals een CT scan of een PET scan. Hiermee kun je zien of er beschadiging is opgetreden, en of er uitzaaiingen zijn.
Een vlekje op de longen wijst op een afwijking; deze kan goedaardig of kwaadaardig zijn. Om te kunnen vaststellen wat de oorzaak is van de afwijking, is verder onderzoek nodig.
De long heeft geen pijnreceptoren, dus hebben mensen meestal geen klachten. De longvliezen en borstkaswand hebben wel pijnreceptoren. Als een tumor die organen ook aandoet, kan pijn ontstaan. Meestal zijn bloed ophoesten, pijnklachten, kortademigheid en gewichtsverlies redenen om naar de huisarts te gaan.
Van longkanker zonder uitzaaiingen kunt u genezen. U kunt verschillende behandelingen krijgen: chemotherapie, een operatie en bestraling. Een operatie is mogelijk als: de kanker niet is doorgegroeid buiten de long.
Bij sarcoïdose in de longen raakt het longweefsel langzaam vol met littekens, waardoor de longen na verloop van tijd blijvend beschadigd raken. Op longfoto's ziet deze ernstige vorm eruit als een patroon van streepjes en vlekjes, meestal in het midden van de longen.
Mensen bij wie een vlekje op de long wordt geconstateerd, krijgen minder vaak kanker dan tot nu toe werd aangenomen. Vervolgonderzoek is daarom in maar twintig procent van de gevallen nodig. De grootte en de groei van het vlekje zijn bepalend.
De klachten die uitzaaiingen in de longen geven zijn vaak beperkt en onopvallend, denk aan hoesten en kortademigheid, of het ophoesten van bloed. Hierdoor kan het enige tijd duren voordat de uitzaaiingen worden ontdekt.
Na de diagnose longkanker (alle stadia en varianten bij elkaar opgeteld) leeft gemiddeld 15% van de patiënten na vijf jaar nog.
Een longtumor of longgezwel kan goedaardig zijn of kwaadaardig. Enkel wanneer het gaat om een kwaadaardig gezwel, spreken we van longkanker. De enige manier om met zekerheid te kunnen zeggen of een longtumor goed- of kwaadaardig is, bestaat erin (een stukje van) de tumor onder de microscoop te bekijken.
Longkanker is een ernstige ziekte. Meestal wordt longkanker pas in een laat stadium ontdekt, omdat de ziekte weinig klachten geeft. De diagnose komt hierdoor vaak onverwacht. Er zijn verschillende soorten longkanker.
De longarts in het ziekenhuis onderzoekt verder waar jouw klachten vandaan komen. De longarts kan vervolgens vaststellen of je longkanker hebt, om welke soort het gaat en in welk stadium de ziekte zich bevindt.
De arts kan longuitzaaiingen ontdekken doordat op een röntgenfoto afwijkingen zijn te zien. Een röntgenfoto van de longen kan horen bij standaardonderzoek na de diagnose kanker. Dit onderzoek gebruikt de arts om vast te stellen of er uitzaaiingen zijn.
Ook de vormen van de tumoren verschillen. Een goedaardige tumor kenmerkt zich vaak door een ronde vorm. Een kwaadaardige tumor daarentegen groeit meer als een aardappel die begint uit te lopen. Deze 'sprieten' groeien door de wanden van omliggend weefsel en organen heen.
Hoe snel groeit longkanker? De tijdspanne tussen de blootstelling aan kankerverwekkende stoffen en het ontstaan van kankercellen bedraagt vele jaren (soms meer dan 20 jaar).
Een longfoto is een röntgenfoto van de borstkas. Hiermee kunnen afwijkingen van longen, hart of lymfeklieren in de borstkas worden opgespoord. Bijvoorbeeld een longontsteking, vocht achter de longen of een vergroting van het hart.
Bij longfibrose wordt het longweefsel beschadigd door de vorming van bindweefsel (littekens). Door deze littekens worden de longen stugger. Hierdoor kunnen ze steeds minder goed zuurstof opnemen. Longfibrose is een chronische ziekte.
Met de CT-scan kan de arts nog niet de diagnose longkanker stellen. Daarvoor zijn nog andere onderzoeken nodig: een bronchoscopie en/of een longbiopsie.
De gemiddelde overleving van alle patiënten met een uitzaaiing was 22,5 maanden vanaf diagnose van de uitzaaiing.
Mogelijke klachten bij uitzaaiingen zijn: botpijn, misselijkheid, hoofdpijn, benauwdheid en vermoeidheid. Bij uitzaaiingen zijn er behandelingen mogelijk die uw leven verlengen en klachten verminderen, bijvoorbeeld bestraling tegen pijn.
Vanuit de lymfe of het bloed kunnen uitzaaiingen ontstaan, zoals in de lever, de longen, de botten of de hersenen. De plaats waar uitgezaaide kankercellen terechtkomen, is niet precies te voorspellen. Wel is bekend naar welke organen of weefsels bepaalde tumoren meestal uitzaaien.
Controleer op ruwe bultjes, wondjes en bruine plekken
nieuw ontstane rood-roze bultjes, soms met een ruwe korst erop. wondjes die niet goed genezen. bruine moedervlekken of bultjes die van vorm veranderen of meerdere kleuren krijgen (zoals bruin, zwart, rood, paars, blauw)
T1c: de tumor is tussen de 1 en 2 centimeter groot. T2: de tumor is tussen de 2 en 5 centimeter groot. T3: de tumor is groter dan 5 cm. T4: de tumor is in de omliggende weefsels gegroeid.
Een echografie is een onderzoek met geluidsgolven. Deze golven hoor je niet. De weerkaatsing (echo) van de golven maakt organen en weefsels zichtbaar op een beeldscherm. Zo kan de arts de organen in het lichaam bekijken en een mogelijke tumor en/of uitzaaiingen zien.
Je krijgt een PET-scan als de arts op de longfoto of CT-scan een longafwijking heeft gezien . Of als er om andere redenen een vermoeden van longkanker is. Longkanker kan zich verspreiden naar de andere long, naar de lymfeklieren en/of in andere organen. Op een PET-scan is goed te zien of de kanker zich heeft verspreid.
Een goedaardig gezwel (benigne tumor) drukt het omringende weefsel opzij zonder al te veel schade aan te richten. Een goedaardige gezwel zal niet in het omringende weefsel groeien. Een cyste is een veelvoorkomende goedaardige afwijking in de borst. Dit is een klein, met vocht gevuld blaasje.