DC-spanning is constant en kent geen piek- of effectieve waarden. Daarom geldt een wisselspanning van 50 Volt als veilig, terwijl bij gelijkspanning de grens ligt op 120 volt. Dat geldt voor droge situaties. Bij natte huid is de veilig spanning de helft lager, dus respectievelijk 25 en 60 volt.
Voordelen van gelijkspanning
Er zijn minder verliezen doordat er geen omzetting plaats vindt. Door integratie van tweewegcommunicatie kan men onder andere de verlichting dimmen en schakelen. Daarnaast kan met dunnere kabels worden volstaan. Een besparing van minimaal twintig procent op koper zou mogelijk zijn.
- Veel elektrische apparaten werken op gelijkstroom; denk aan keukenapparatuur, led-verlichting, computers, tv's, audio/video-apparatuur; vrijwel alle elektrische apparaten gebruiken intern gelijkstroom.
Typische voorbeelden van aparaten op een fase wisselspanning zijn een stofzuiger, een haardroger en de pomp van een koelkast. Een andere soort van wisselspanning is krachtstroom (400 V). Krachtstroom is een driefasenspanning (3x een fasedraad in plaats van 1).
Een groot nadeel van gelijkspanning was dus dat de afstanden vanaf de plaats waar de elektriciteit werd opgewekt naar de huishoudens niet te groot mochten worden, anders werden de verliezen in de kabels te groot. De strijd tussen gelijkspanning en wisselspanning wordt ook wel de 'War of currents' genoemd.
Met behulp van een transformator kan wisselspanning omhoog of omlaag getransformeerd worden. Hierdoor kan het vermogen over lange afstanden onder hoogspanning gedistribueerd worden, wat met geringere transportverliezen gepaard gaat. Dit is het grote voordeel van wisselspanning.
Gelijkspanning is alleen maar gevaarlijk als de stroom van de min naar de plus kan lopen. Je kan dus zonder problemen één van de twee polen aanraken (om er een stekker aan te zetten bijvoorbeeld) zolang de andere pool maar veilig geïsoleerd is.
Wisselspanning komt thuis uit het stopcontact en op deze spanning werken de meeste elektrische apparaten die wij kennen. In Europa is dit 230 V/50 Hz, in Amerika 120 V of 240 V/60 Hz.
De meeste elektrische apparaten en installaties werken op basis van gelijkspanning - maar stopcontacten werken dus op basis van wisselspanning. Dit vormt over het algemeen geen problemen, want het omzetten van wisselspanning naar gelijkspanning is relatief eenvoudig.
Over het algemeen is wisselspanning gevaarlijker dan gelijkspanning. Dat komt door de sinusvorm.
220 volt). Netspanning (oude benaming = lichtnet) betreft wisselspanning met een netfrequentie van 50 Hz.
Gelijkstroom wordt geleverd door een gelijkspanningsbron. Het kenmerk van deze bron is dat de twee polen waartussen de gelijkstroom vloeit een vaste polariteit hebben. Gelijkstroom vloeit per definitie van de positieve (+) naar de negatieve pool (−). De elektronen vloeien overigens in de tegengestelde richting.
Wisselspanning is gevaarlijker. Als je een wisselspanning hebt van 230V is dat gevaarlijker dan een gelijk spanning van 230V. Dit komt omdat een wisselspanning een gemiddelde heeft van 230V (dus het voltage dat je noemt.) Maar om dit te krijgen heeft het veel hogere pieken.
Er zijn enorm veel fabrikanten voor rails. Roco, Fleischmann, Tillig, Peco, het is allemaal twee-rail (gelijkstroom dus).
Het type elektrische verbinding tussen een zonne-array en een batterij kan wisselstroom (AC) of gelijkstroom (DC) zijn. AC is wanneer de stroom snel vooruit en achteruit stroomt (dit is wat het elektriciteitsnet gebruikt om te werken) en DC is waar de huidige stroomt in een richting.
Netspanning is wisselspanning van minder dan 1000 volt die via het elektriciteitsnet aan de kleinverbruikers wordt geleverd. Gewoonlijk wordt met netspanning de elektriciteit die thuis uit het stopcontact komt bedoeld, met een spanning van circa 220 tot 240 volt.
Gelijkspanning in huis
Apparaten in huis krijgen via de stekker wisselstroom uit het stopcontact. De meeste onderdelen in die apparaten, zoals ledlampen, motortjes, beeldschermen en computerelektronica, werken op gelijkstroom.
De meeste gewone trafo's voor halogeenspotjes 12 Volt geven wisselspanning (AC). Een LED-trafo daarentegen geeft gelijkspanning (DC), zodat de LED-lamp een stabiele voeding heeft.
Als iemand een voorwerp aanraakt dat onder gelijkspanning staat, verkrampen zijn spieren zich, waardoor het slachtoffer niet los kan laten. Dat geeft het gevaar van elektrocutie.
De aansluitplicht werkt twee kanten op. Dit betekent dat deze geldt voor zowel de afname van stroom als het leveren van (duurzame) energie aan het net.
Er wordt aangenomen dat een wisselspanning van 50 V of lager (dieren 25 V of lager) of een gelijkspanning van 120 V of lager (dieren 60 V of lager) als ongevaarlijk kan worden beschouwd.
AC en DC zijn de afkortingen van wisselstroom (AC, alternating current) en gelijkstroom (DC, direct current). Het verschil is dat bij wisselstroom de spanning continu wisselt tussen positief en negatief. Bij gelijkstroom is de spanning continu gelijk.
Hiertoe dient de batterijspanning eerst te worden verhoogd tot 600 à 700 V door een gelijkstroom omvormer, waarna deze spanning door een wisselrichter kan worden omgevormd tot de gewenste wisselspanning voor de motor. Een wisselrichter is een elektronische schakeling die gelijkstroom omzet in wisselstroom.