Etiquette regels zijn eigenlijk gedragsregels voor aan tafel. We noemen ze ook wel tafelmanieren. Eet je thuis aan tafel gezellig met je eigen gezin of met vrienden dan gelden er vaak andere regels dan wanneer je een zakelijk diner hebt.
Het basisprincipe van de tafelmanieren luidt dat men zijn disgenoten geen overlast moet bezorgen. Vandaar het verbod op slobberen, eten met de mond open, smakken, praten met volle mond. Mensen vinden dat vies, zowel om te zien als om te horen.
De vorken liggen links van het bord en de messen rechts. De lepels liggen rechts van het mes. Houd je vork altijd in je linker- en het mes in je rechterhand. Dessertbestek ligt altijd boven het bord.
Klaar met eten? Volgens de etiquette zegt je bestek meer dan duizend woorden. Je laat zien dat je klaar bent met eten door je mes en vork schuin op je bord te leggen. Ze liggen naast elkaar en wijzen naar linksboven, je vork ligt open en je mes met zijn snijkant naar de vork toe.
Waarom mag je nou niet met je ellebogen op de tafel leunen? Volgens experts heeft dat te maken met de gewoonte dat mensen vroeger een bord deelde met hun buurman aan tafel. Als je met je elleboog op die tafel leunt, kan hij of zij er dus niet meer bij.
Je schept de soep van je af, op de lepel. Vervolgens ga je met de lepel naar je mond en niet andersom. Ook belangrijk; de andere hand. Die rust met zijn pols op de rand van de tafel.
' Hoewel het voor jou misschien lijkt alsof je voor een week gegeten hebt. Zeg als de ober je dan nog wat aanbiedt: 'Nee dank u, ik heb heerlijk gegeten. ' – Het digestief (het drankje dat je na het diner drinkt) achterover slaan.
Volgens de etiquette moet het waterglas links staan, maar bij Table in a box verkiezen we rechts, vlakbij het bord. Naast het champagneglas, komende van links, volgt het rodewijnglas en dan het witte.
Om niet verstrikt te raken in de plooien van de kraag hadden de mannen kort haar en moesten de vrouwen hun haren omhoog kammen. Ook voor het eten diende er een oplossing gevonden te worden: om de kraag niet vuil te maken kwam er een vork bij en deze werd links gelegd omdat er daar plaats was.
Het bestek leg je als volgt neer: de vork leg je links van het bord. Aan de rechterkant leg je direct naast het bord het mes. Deze dient met de snijkant naar het bord te liggen. Daarnaast komt de soeplepel.
Hoe leg ik het bestek neer volgens de etiquette? Werk met het bestek van buiten naar binnen: het bestek dat je eerst nodig hebt ligt aan de buitenkant. De vorken liggen aan de linkerkant, messen en lepels aan de rechterkant. Zorg dat de snijzijde van het mes naar binnen wijst.
De servetten
Het servet leg je bovenop het bord. Je kunt hem vouwen of oprollen in een servethouder. Eventueel kun je het servet ook naast het bord neerleggen of in het wijnglas vouwen. Tip: leg het servet niet onder het bestek, je gasten worden geacht om het servet op schoot te leggen voor de maaltijd begint.
Vork en mes houd je in bovenhandse greep, het mes rechts. Breng je voedsel met je vork naar je mond, niet andersom en laat het mes nooit je mond raken. Wanneer je je bestek even niet gebruikt, houd ze dan niet als steekwapens in je hand.
Wist je dat de basis voor deze tafeletiquette uit de Middeleeuwen stamt? Tijd voor een lesje laatmiddeleeuwse tafelmanieren. Hoe het 'gewone' volk in de 15de en 16de eeuw at, zullen we misschien nooit weten. Er zijn namelijk alleen etiquetteboekjes geschreven voor de hogere klassen.
Als we genoeg gegeten hebben, kunnen we neutraal zeggen “Ik heb genoeg”, informeel en niet volgens de etiquette “Ik zit vol” of deftiger “Ik heb mijn gevoeg”, maar “Ik heb mijn competentie” is in de woordenboeken niet terug te vinden.
De messen horen altijd aan de rechterzijde van het bord te liggen. De messen moeten met de snijkant naar het bord toe liggen. De soeplepel en eventueel daarnaast het bestek voor het voorgerecht komen daarnaast te liggen. Vorken leg je altijd aan de linkerzijde van het bord.
Mes en soeplepel rechts van het servies
Leg de soeplepel uiterst rechts van het bord en het vismes in het midden. Direct naast het bord plaatst u het mes voor het hoofdgerecht, met de snijkant richting het servies.
Vorken liggen links, de messen en lepels liggen rechts. De snijkant van de messen wijzen richting het bord. Het bestek voor het dessert komt boven de borden te liggen, de lepel wijst naar links en de vork naar rechts.
Als u er niet in slaagt om langs non-verbale weg zijn aandacht te trekken (omdat hij niet om zich heen kijkt of zich ziende blind houdt), kunt u op zeker moment ertoe overgaan om hem te roepen. In dat geval maakt 'Ober! ' of 'Meneer! ' of 'Hallo!
Gebruikt bestek hoor je niet op tafel te leggen, dus doe dit niet. Ik ben uitgegeten: Je mes en vork met de handvatten bijeen op je bord gelegd geeft aan dat je bent uitgegeten (voor de betreffende gang). Leg de handvatten naar onder als je niets bijzonders te vertellen hebt over de maaltijd.
Je gebruikt uitsluitend je vork. Draai de spaghetti rond je vork en gebruik daarbij je bord als weerstand. Zo draai je een perfecte enkele hap spaghetti rond je vork, die je zonder lepel of mes kunt veroberen. Het is misschien even klungelen op het begin, zo je vork moeten ronddraaien in en met één hand.
Pasta eet je alleen met een vork. Stop je vork in je spaghetti of tagliatelle en draai. Zelfs lasagne eet je alleen met een vork: gebruik de zijkant om de lasagne te 'snijden'. Pasta na het afgieten spoelen met koud water is echt not done: zo spoel je al het zetmeel weg.
Het servet is bedoeld om je kleding te beschermen voor als je morst. Het servet ligt dus op je schoot. Je maakt dus NIET je bestek er mee schoon en je snuit NIET je neus ermee. Je mag er wel je mond mee deppen.
Voor sneetjes brood bij ontbijt of lunch worden geen vorken ingezet, tenzij er iets warms op ligt dat eraf kan druipen: kroketten, gebakken eieren of iets dergelijks. Een simpele boterham met kaas of jam wordt met een mes in twee of vier stukken gesneden en vervolgens met de hand naar de mond gebracht.