' Omdat geeft een reden aan: 'We bleven thuis omdat het regende. ' Op een oorzaak hebben het menselijke redeneervermogen en de menselijke wil geen invloed. Een oorzaak wordt met doordat of omdat ingeleid.
Het woord omdat betekent: 'met de reden dat'. Het geeft aan waarom iemand iets doet. Ik laat je het tijdstip nog weten, omdat ik wil dat je op tijd bent.
Het onderschikkend voegwoord omdat verbindt een hoofdzin met een ondergeschikte bijzin van reden of oorzaak. De bijzin kan na, maar ook voor de hoofdzin staan. (1a) Rianne viert haar verjaardag later, omdat ze op vakantie is. (1b) Omdat ze op vakantie is, viert Rianne haar verjaardag later.
Volgens Taaladvies zit er wel een klein verschil tussen 'omdat' en 'doordat' bij oorzaken. 'Doordat' zou benadrukken dat het oorzakelijke verband onontkoombaar is.'Omdat' zou daarentegen de spreker zelf meer op de voorgrond plaatsen als interpreteerder van wat er is gebeurd.
Voor het onderschikkend voegwoord omdat wordt vaak een komma gezet, maar de komma kan ook worden weggelaten. Kaneko gaat niet mee(,) omdat ze te veel rugpijn heeft. De vrouw zweeg over haar ziekte(,) omdat ze vreesde voor haar job.
Voegwoorden zijn en, maar, want, dat, omdat etc. Het zijn woorden die zinnen met elkaar verbinden.
Want en omdat zijn allebei voegwoorden, maar want is nevenschikkend en omdat is onderschikkend. Dat wil zeggen dat je met want twee hoofdzinnen met elkaar verbindt, en met omdat een hoofd- en een bijzin. Sara betaalt de rekening, omdat ze jarig is. Sara betaalt de rekening, want ze is jarig.
Een zin mag beginnen met omdat. Zinnen die beginnen met omdat zijn iets informeler. Voor zakelijke teksten zijn ze meestal wat minder geschikt. Het onderschikkend voegwoord omdat verbindt een hoofdzin met een ondergeschikte bijzin van reden of oorzaak.
Je ziet dat je een zin kunt beginnen met omdat, nadat, voordat en om. En ook met andere onderschikkende voegwoorden als tot, toen, doordat en als. Maar pas wel op. Begin je een zin met zo'n voegwoord, dan komt de hoofdzin – met de kernboodschap – aan het eind te staan.
In het hedendaagse taalgebruik wordt dat onderscheid niet meer zo scherp gemaakt: omdat kan nu ook een oorzaak aangeven. Als er duidelijk sprake is van een reden, is alleen omdat juist.
Een reden kan alleen met omdat worden uitgedrukt. Een reden is iets subjectiefs, heeft te maken met de menselijke wil of een menselijke keuze. Ik weiger te dansen omdat ik twee linkervoeten heb. Ik koop nooit spruitjes omdat ik er een hekel aan heb.
Het belangrijkste uitgangspunt is dat een komma geplaatst wordt als je bij hardop lezen een rustmoment hoort; ook de toonhoogte waarmee de zin wordt uitgesproken verandert vaak iets. Hoe langer de zin is, hoe meer behoefte er bestaat aan een rustpunt in de zin, en dus aan een komma.
Voegwoorden zijn woorden die zinnen met elkaar verbinden, en voegwoorden geven ook aan wat het verband is tussen twee zinnen. Voorbeelden van voegwoorden zijn: 'maar', 'want', 'omdat', 'doordat', 'en', 'dus' en 'of'.
Zodat drukt een gevolg uit, het resultaat van een handeling of gebeurtenis. De betekenis is 'met als gevolg dat'. (1) Het regende de hele dag onophoudelijk, zodat de wedstrijd afgelast moest worden. Opdat drukt een doel uit: het geeft aan wat men met een bepaalde handeling nastreeft.
Er was een boom omgewaaid. Dus moest ik van het fietspad af. Daardoor geeft alleen een oorzaak, net als doordat. Daarom geeft een reden (omdat) en kan ook gebruikt worden als het onderscheid oorzaak-reden er niet toe doet (zie ook doordat / omdat).
Eveneens en tevens zijn synoniemen van ook, maar het zijn vrij formele woorden. Het is aan te bevelen ze te vervangen door het neutrale woord ook.
In formele en officiële boodschappen kunnen lezers het gebruik van ik als eerste woord als onbeleefd ervaren. Door te starten met ik kunt u immers de indruk wekken dat u zichzelf belangrijker vindt dan de lezer. U kunt dat gemakkelijk voorkomen door een ander zinsdeel op de eerste plaats te zetten.
Immers: er gebeurde iets 'na dat' er iets anders was gebeurd. Een paar voorbeelden: Goed: nadat we waren ingestapt ging de trein rijden. Fout (minder goed): nadat we instapten ging de trein rijden.
Doordat en daardoor gebruik je als er sprake is van en gebeurtenis die voortvloeit uit een andere gebeurtenis. Er is dus een oorzakelijk verband. Ook wordt doordat en daardoor gebruikt bij een werkwoord dat een oorzaak aangeeft. Voorbeeld: ''Doordat het sneeuwde die dag, waren de wegen gevaarlijk''.
Zinnen die beginnen met voegwoorden als 'en' of 'maar' of 'want' of 'omdat'. Voegwoorden zijn woorden die deelzinnen met elkaar verbinden. Volgens een ongeschreven regel mogen zinnen niet met een voegwoord beginnen.
Oorzaak: omdat en doordat allebei goed
Als het gaat om een oorzaak, bestaat er dus keuzevrijheid tussen omdat en doordat. In de praktijk is bij natuurverschijnselen en alles wat als onontkoombaar wordt ervaren, doordat het gebruikelijkst: De auto slipte doordat de weg glad was.
Voor het nevenschikkende voegwoord maar wordt meestal een komma gezet. De Argentijn probeerde te koppen, maar kreeg een duw tegen zijn schouder en zag de bal net naast gaan.
NT1: Nederlands als eerste taal. De term kan verwijzen naar de groep volwassenen die Nederlands als moedertaal heeft, en naar het lees- en schrijfonderwijs aan deze groep mensen. NT2: Nederlands als tweede taal. Hiermee wordt het Nederlandse-taalonderwijs aan anderstaligen bedoeld.
NT2-leerlingen zijn leerlingen die Nederlands als tweede taal hebben. Deze leerlingen kunnen zowel in Nederland als in het buitenland geboren zijn. Leerlingen die minder dan 6 jaar onderwijs hebben genoten in Nederland, hebben de NT2-status.
Het Staatsexamen Nederlands als 2e taal (NT2) is het landelijke taalexamen voor anderstalige volwassenen die het Nederlands als tweede taal leren. Zij kunnen met het Diploma Staatsexamen NT2 laten zien dat zij de Nederlandse taal voldoende beheersen om in Nederland te kunnen werken of studeren.