De leefwereld is het totaal van de sociale, culturele en etnische achtergronden van de kinderen. In het kort: De sociale achtergrond: alle factoren die te maken hebben met de thuissituatie, de erfelijke factoren en het sociale milieu waaruit de leerling komt.
De leefwereld van kinderen wordt behalve door etnische, sociale en culturele achtergronden in grote mate bepaald door de omgeving waarin ze wonen, spelen en leren. Een goed onderwijsgebouw, een fijne woning en speelruimte hebben een positief effect op hun gedrag, welbevinden en ontwikkeling.
Verschil tussen leefwereld en belevingswereld: de belevingswereld speelt zich af in de binnenkant van een persoon; de leefwereld situeert zich aan de buitenkant, rond de persoon.
Belevingswereld betekent de manier waarop een kind de wereld en alle dingen er om heen ervaart. Dit is afhankelijk van de ontwikkelingsleeftijd van het kind. Zo kan een kind in het Speciaal onderwijs bijvoorbeeld een belevingswereld hebben die past bij een jonger kind in kalenderleeftijd.
Het geven van betekenisvolle uitleg Door betekenisvolle uitleg te geven en aan te sluiten bij de belevingswereld van leerlingen wordt de intrinsieke motivatie van leerlingen gestimuleerd. Aansluiten bij het dagelijks leven van de leerlingen of de actualiteit kunnen hierbij helpen.
Drie adviezen van Vriendelijk orde houden zijn: Vervang toegeeflijk door vriendelijk (zorgzaam en verbindend) Vervang streng door duidelijk (structurerend en begrenzend) Combineer vriendelijk en duidelijk (zorgzaam, verbindend, structurerend en begrenzend)
Met betekenisvol leren wordt bedoeld dat het onderwerp van een opdracht aansluit bij de belevingswereld en de ontwikkeling van het kind.
Er kan sprake zijn van bewegend leren tijdens het vermenigvuldigen, optellen, spellen of tijdens andere leerstof als dit gebeurt in combinatie met bewegingen. Diverse onderzoeken tonen aan dat bewegen tijdens het leren een positieve invloed heeft op de hersenactiviteiten.
Betekenisvolle activiteiten zijn alle mogelijke activiteiten die vrijwillig door een persoon gekozen worden. Of ze nu voor het plezier zijn of daadwerkelijk een nut hebben, maakt niet uit. 'Betekenisvolle activiteiten zijn meer dan animatie. '
Een kind van zeven kent zo'n 20.000 woorden en kan ongeveer 200 woorden lezen. Dit jaar zal je kind nóg meer woorden leren lezen én schrijven. Hij zal hele zinnen op papier zetten, inclusief punten en komma's. Wat taalontwikkeling betreft lopen jongens trouwens gemiddeld anderhalf jaar achter op meisjes.
Een leerklimaat is dat wat leerlingen nodig hebben om optimaal te kunnen functioneren op school. Dat betekent dus ook dat een goed leerklimaat per persoon kan verschillen. Het hangt immers nauw samen met persoonlijke waarden en normen van zowel docenten, leerlingen als ouders.
Een manier om te differentiëren is het bieden van extra instructie aan de leerlingen die dat nodig hebben. Na de klassikale instructie geeft de leerkracht extra instructie of oefeningen aan deze leerlingen. De andere leerlingen werken intussen zelfstandig.
Dit kan en doet je kind: 2 – 3 jaar
Je peuter snapt door jouw lichaamstaal hoe jouw humeur is. Hij kan zich steeds beter inleven in de gevoelstoestand van anderen. Je peuter herkent kleuren en vormen en kan die ook sorteren.
Vanaf de leeftijd van 2 jaar speelt emotioneel begrip een grote rol in empathisch gedrag. Hoewel emotioneel begrip al langzaam ontwikkelt tijdens de eerste levensjaren, is het pas rond het derde levensjaar zodanig ontwikkeld dat gesproken kan worden van begrip.
Algemeen. De wereld van kinderen van 4 tot 12 jaar wordt steeds groter. Doordat ze buitenshuis in contact komen met andere volwassenen, kinderen en leeftijdsgenoten, leren ze zichzelf steeds beter kennen. Ze gaan zichzelf vergelijken met anderen waardoor ze inzicht krijgen in waar ze goed in zijn.
Actief leren wordt in deze context een gewoonte waarbij leerlingen voordurend op zoek gaan naar manieren om meer domeinkennis te verwerven door nieuwe concepten te bestuderen en ze in de praktijk toe te passen.
Bewegen verkleint de kans op hart- en vaatziekten, diabetes, depressieve klachten, borstkanker, darmkanker, geestelijke achteruitgang en dementie. Beweeg minimaal 2,5 uur per week actief (bijvoorbeeld wandelen, fietsen, hardlopen, voetballen, fitness, dansen, vechtsport).
Bewegen zorgt voor betere leerprestaties
Beweging zorgt voor meer zuurstof in de hersenen waardoor er meer kennis opgeslagen kan worden en ons empathisch vermogen wordt versterkt. Bewegen in klassen zorgt voor hele nieuwe dynamieken waarin er meer ruimte is voor sociale interactie, vrij spel en ontdekken.
Kinderen profiteren van bewegend leren omdat het een positieve invloed heeft op voor leren belangrijke hersenactiviteiten en daardoor op de leerprestaties. Bewegend leren met daartoe ontwikkelde programma's als Fit en Vaardig leidt - ook op langere termijn - tot leerwinst bij zowel rekenen als taal.
Ontwikkelingsgericht onderwijs is een algemene term die aangeeft dat de ontwikkeling van het kind centraal moet staan in het onderwijs en niet het onderwijsprogramma. Daarnaast is de socialisatie van leerlingen een belangrijk uitgangspunt. Ontwikkelingsgericht onderwijs is dus zeker geen individueel onderwijs.
Met een krachtige leeromgeving bedoelen we een leeromgeving die participatie, betekenisgericht leren, levensechte contexten en zelfsturing mogelijk maken. Een dergelijke leeromgeving draagt bij tot de kwaliteitsverbetering van het onderwijsaanbod en tot de verhoging van het leerrendement bij alle leerlingen.
1) Abstract: herkenbare situatie die de interesse van de kinderen wekt Tekst: Kinderen leren gemakkelijker wanneer wordt uitgegaan van een voor hen herkenbare situatie.