Bij een verslikking blijft het kind volledig bij bewustzijn, het praat of huilt en hoest flink. Bij een verstikking vermindert het bewustzijn, kan het kind niet praten of goed hoesten en ziet deze steeds blauwer.
Hoe kunnen mensen zich verstikken? Een verstikkingssituatie die vaak voor komt is wanneer men zich verslikt tijdens het eten of drinken. Het voedsel komt dan in de luchtpijp terecht en in de meeste gevallen leidt dit tot een hoestbui, door het hoesten schiet het stukje voedsel los.
Wat is verslikken? Als u zich verslikt, komt eten, drinken of speeksel in uw luchtpijp terecht in plaats van in uw slokdarm. Normaal gesproken krijgt u dan een hoestbui. Hoesten zorgt ervoor dat wat er in de luchtpijp is gekomen, er weer uitgaat.
Wanneer door voedsel of iets anders de luchtpijp helemaal of gedeeltelijk afgesloten wordt, kan er niet voldoende lucht worden ingeademd. Hierdoor kan iemand stikken. Er is dan sprake van een gevaarlijke, levensbedreigende situatie waarin snel actie moet worden ondernomen.
Bij slaapgerelateerde gastro-oesofageale reflux vloeit tijdens de slaap maaginhoud terug in de oesofagus. Daardoor wordt de patiënt vaak wakker met een bittere smaak in de mond, zuurbranden, hoesten of een verstikkingsgevoel.
Slaapgerelateerde ademdisfuncties zijn korte episodes van geheel of gedeeltelijke obstructie van de luchtwegen tijdens de slaap. De belangrijkste symptomen zijn snurken, benauwdheid, gevoel van stikken, en naar lucht happen.
Doordat de hoestkracht vaak ook minder is, lukt het niet het slijm goed op te hoesten en weg te slikken. Stikken als gevolg van slijm gebeurt echter heel zelden.
Zo herken je een ernstige verslikking:
Soms: zacht of stil hoesten. Verminderd bewustzijn krijgen of bewusteloos raken. De huidskleur verandert: iemand wordt bijvoorbeeld blauw. De lippen verkleuren, ook deze worden vaak blauw.
Maar als je je verslikt, sluit het strottenklepje de luchtpijp niet goed af en kan een deel van het voedsel in je luchtpijp en longen komen. Vorig jaar meldden tussen de 700 tot 1.800 mensen zich op de Spoedeisende Hulp vanwege ernstige verslikkingen en verstikkingen door voedsel en drank.
Bij verstikking is de toegangsweg voor lucht afgesloten, waardoor zuurstoftekort ontstaat. Je kunt niet hoesten en praten of alleen heel zacht. Verstikking of dreigende verstikking is een ernstige toestand, die zonder ingrijpen tot de dood leidt.
In het kort
U verslikt zich vaak of het eten blijft 'hangen' in uw mond, keel en/of slokdarm. Slikproblemen komen vooral voor bij spierziekten, na een beroerte, bij de ziekte van Parkinson, bij afwijkingen van de slokdarm en na behandeling van kanker in de mond of keel. Slikproblemen kunnen vanzelf weer over gaan.
“Slikken vraagt veel van het reactievermogen. Bij ouderen kan dit, bijvoorbeeld door vermoeidheid, soms wat minder zijn. En soms spelen er ook andere kwalen of zelfs ziektes een rol. Bij de ziekte van Alzheimer, de ziekte van Parkinson of na een beroerte krijgen mensen bijvoorbeeld slikproblemen.”
Verslikken kan komen doordat de luchtweg niet goed afgesloten kan worden, maar het kan ook gebeuren als u de tong niet (goed) kan bewegen of doordat u niet goed kunt voelen waar het voedsel zich in de mond bevindt. Het is belangrijk uw arts te laten weten dat u zich (regelmatig) verslikt.
Verleen verdere eerste hulp:
Bij een ernstige verslikking: Sla tot 5 keer op de rug: Sla met de hiel van je hand tussen de schouderbladen.
Een slachtoffer dat nog kan spreken, hoesten en ademen, heeft een milde luchtwegbelemmering. Een slachtoffer dat niet kan spreken, een verzwakkende hoest heeft, naar adem snakt of niet kan ademen, heeft een ernstige luchtwegbelemmering.
Door te hoesten wordt het slijm versneld omhoog gebracht, waarna het slijm wordt doorgeslikt of uitgespuugd. Mensen die niet kunnen hoesten lopen een groot risico op een longontsteking, wanneer ze zich verslikken.
Overdag staan of zitten we vaak rechtop, maar 's avonds belanden we vaak gestrekt op de bank en liggen we uiteindelijk plat in bed. Als de luchtwegen dan geïrriteerd raken, kan dit ontstane slijm zich gemakkelijk achterin de keel ophopen, waardoor er flink gehoest moet worden om de weg weer vrij te malen.
Slaap met een extra kussen of met het hoofdeinde van je bed wat omhoog. Op die manier krijg je meer lucht en worden je longen minder geprikkeld. Zorg voor verlichting door op een dropje of een ander snoepje te zuigen. Smeer de keel ook met veel water en thee (met honing).
U kunt zich verslikken in uw eigen speeksel. Het is dan ook erg belangrijk dat uw mond zo schoon mogelijk is en blijft. Volgt u bij het tandenpoetsen de adviezen van de verpleegkundige goed op. U kunt zich bijvoorbeeld ook verslikken in tandpasta.
Door zo'n afsluiting kan de snurker niet stikken! De hersenen geven namelijk een alarmsignaal af, waar- door de snurker minder diep gaat slapen of zelfs (soms benauwd) wakker wordt. De spieren in het zachte gehemelte en de tong worden dan meer aangespannen.
Dit vallende gevoel wordt een hypnagoge schok of slaapstuip genoemd. Het is de fase tussen het wakker zijn en het slapen en kan zich ook uiten in de vorm van een schok die door uw armen of benen gaat. Het is (nog) niet precies duidelijk waardoor een hypnagoge schok wordt veroorzaakt, maar er zijn wel enkele theorieën.
Als u zich verslikt, moet u flink hoesten, dat is een reflex. Het eten of drinken komt in de luchtpijp terecht in plaats van in de slokdarm. Dat wat in de luchtpijp is gekomen, wordt door het hoesten daar als het ware weer 'uitgeblazen'.