Sinaasappels zijn een van de populairste en meest voedzame vruchten ter wereld. Een middelgrote sinaasappel kan een aanzienlijke hoeveelheid vitamine C en kalium leveren. Ze zijn ook een goede bron van B vitaminen, zoals thiamine en foliumzuur (62).
De raad adviseert om ongeveer 250 g fruit per dag te eten. Dat komt overeen met een tweetal stukken fruit. Niet alle fruit is even groot. Denk bij één stuk fruit aan de grootte van een appel, peer of banaan, een sinaasappel of perzik, …
In mango, mandarijn, abrikozen en passievrucht zit bijvoorbeeld een redelijke hoeveelheid vitamine A. Aardbeien en sinaasappels bevatten relatief juist veel foliumzuur. Naast vitamines bevat fruit mineralen als magnesium en kalium.
Bananen bevatten in vergelijking met andere fruitsoorten meer calorieën en weinig vitamine C. Daarentegen bevatten bananen wel heel veel andere gezonde voedingstoffen, zoals vezels, vitamine B6 en kalium. Dat bananen meer calorieën bevatten, maakt het niet meteen een ongezonde keuze.
Ja, je kunt te veel fruit eten als je structureel in overdreven mate fruit eet. De suikers in fruit zijn zowel bouwstoffen, brandstoffen als reservestoffen. Deze stoffen zijn niet meteen slecht of goed voor je, maar je moet wel rekening houden met de juiste verhoudingen die je binnen krijgt.
Je kunt eigenlijk niet van één fruitsoort zeggen of het gezonder is dan een andere. Wanneer je bijvoorbeeld alleen bananen eet krijg je nooit alle mineralen en vitamines binnen die verschillende fruitsoorten kunnen bieden. Het is daarom belangrijk om door de week met verschillende fruitsoorten te variëren.
De soorten fruit met het meeste suiker bevatten veel glycerine, waardoor ze snel verteren en je een suikerpiek geven. Fruitsoorten die veel suiker en relatief weinig wezels bevatten, zijn: lychees, bananen, vijgen, druiven en ananas.
Maar hoeveel fruit per dag is dan die ideale hoeveelheid? Het officiële advies van het Voedingscentrum is dus twee stuks per dag. Iets meer is ook zeker geen probleem: drie stuks per dag is ook nog gewoon gezond.
Nee, als je weinig groente eet, kun je niet 'in plaats daarvan' extra fruit eten. Groente en fruit bevatten verschillende voedingsstoffen, zoals vitamines en mineralen. Ook zitten er in groente andere hoeveelheden voedingsstoffen dan in fruit.
Er zit ook drie keer zoveel beta-caroteen, vitamine A, in dan in een appel en ook meer kalium. Voor de rest zijn de mineralen en vitaminen in een peer en een appel ongeveer gelijk. Eigenlijk kun je dus veel beter een peer eten dan een appel om je gezondheid te verbeteren.
Boordevol vitamines
Een kiwi is gezond, supergezond zelfs. Kiwi's zijn rijk aan vitamine C, B en E. Door de vele vitamine C draagt het eten van een kiwi bij aan een goede weerstand. Groene kiwi's bevatten zelfs meer vitamine C dan een sinaasappel of wel drie citroenen.
In fruit zit fructose, en als je hier te veel van binnenkrijgt kan dit soms tot diabetes leiden. Daarnaast kun je ook aankomen van de suikers in fruit. Daarom is het aangeraden om niet meer dan vier porties per dag te eten.
Naast Vitamine C bevatten mandarijnen ook vitamine A, B1, B2, B6 en B11 en de mineralen Calcium, Fosfor, Magnesium en Zink. Ook zijn er enkele studies gedaan en daaruit is gebleken dat mandarijnen de kans op verschillende ziektes doet verkleinen waaronder diabetes, aderverkalking, beroertes en leverkanker.
Banaan en druiven zijn inderdaad typen fruit met wat meer suikers, bovendien bevatten ze weinig vitamine C. Daarentegen bevat een banaan meer kalium, zink, en vitamine B6 dan de meeste soorten fruit. Bovendien bevat een banaan de voedingsvezel inuline, dat een voedingsbodem is voor goede darmbacteriën.
Aardbeien: bevat veel vitamine C, leveren weinig calorieën en levert relatief veel foliumzuur. Kiwi: bevat het meeste vitamine C van dit rijtje fruitsoorten, veel vezels en erg weinig calorieën. Sinaasappel en mandarijnen: een sinasappel bevat wat meer vitamine C, beide leveren wat foliumzuur én vezels.
Een handjevol noten is prima om gezond van te snoepen. Denk maar eens aan pistachenoten, walnoten, pecannoten, paranoten, cashewnoten, hazelnoten, macadamia's en rauwe pinda's (pelpinda's, de variant die je zelf moet pellen).
Het gezondste ontbijt: fruit, groenten en eiwitten
Een bakje fruit (voor de vezels, vitaminen en fructose) met magere, suikervrije kwark of yoghurt, of nog beter: een plantaardige variant (voor de eiwitten en het verzadigingsgevoel), zijn het beste voor je lichaam.
Een tot drie bananen per dag is voor de meeste mensen waarschijnlijk wel goed. Zorg voor een evenwichtig voedingspatroon door ook andere voedingsmiddelen te eten met nutriënten die niet in bananen zitten.
Eet een kiwi, ananas of mango. Hierin zitten enzymen die eiwitten splitsen. Vermijd grapefruits en sinaasappelen (bevatten sappen die de maag kunnen irriteren).
o Zacht fruit, zoals bessen, aardbeien, frambozen, druiven. o Steenvruchten, zoals kersen, abrikozen, pruimen, perziken en nectarines. o Pitfruit, zoals appels en peren. o Ander exotisch fruit, zoals bananen, kiwi's en ananassen.