Bij een verstandelijke beperking bestaat het gevaar dat de persoon essentiële sociale vaardigheden niet kan ontwikkelen. Kinderen vinden minder gemakkelijk aansluiting bij leeftijdgenootjes en op latere leeftijd verloopt het vinden en behouden van relaties, vriendschappen en werk lastiger.
Mensen met een verstandelijke beperking ontwikkelen zich minder snel en hebben vaak moeite met het begrijpen van informatie. Ook hebben ze vaak moeite met het aanleren van nieuwe vaardigheden en het zelfstandig uitvoeren van dagelijkse taken.
Doordat zij beperkt inzicht hebben in hun eigen denkprocessen, hebben kinderen en jongeren met een lvb moeite om situaties terug te halen en te analyseren, en om erop te reflecteren. Zij richten zich daardoor eerder op de letterlijk gesproken en negatieve informatie.
Leven met een verstandelijke beperking
In het dagelijks leven heb je vaak ondersteuning nodig. Soms heel veel, soms kan je ook veel zelf. Lezen, schrijven en rekenen vinden veel mensen lastig. Ook kan het moeilijk zijn om met geld om te gaan, goed voor jezelf te zorgen en je aan een planning te houden.
Een ernstig verstandelijke beperking (EVB) is een aandoening die de ontwikkeling van de hersenen beïnvloedt, waardoor iemand ernstig beperkt is in het begrijpen, leren en onthouden van informatie. Dit kan van invloed zijn op veel aspecten van het leven, zoals de spraak, het gedrag en de motoriek.
Iemand met een ernstige verstandelijke beperking kan zich niet goed aanpassen aan de eisen van de omgeving.. Dit maakt dat de communicatie moeilijker verloopt, maar ook het voor zichzelf zorgen, het zelfstandig kunnen wonen of het deelnemen aan sociale bezigheden, hobby's, school of werk.
Een lvb kan ontstaan door verschillende biologische factoren, zoals een genetische afwijking, ziekte van de moeder tijdens de zwangerschap, en blootstelling aan giftige stoffen als alcohol, drugs en medicijnen tijdens de zwangerschap.
In het VN-verdrag handicap is vastgelegd dat mensen met een beperking het recht hebben om zo zelfstandig mogelijk te wonen. Zo moeten mensen met een beperking bijvoorbeeld zelf kunnen kiezen waar en met wie zij wonen.
En naar verwachting stijgt dat aantal de komende jaren verder. Monique legt uit: “De levensverwachting van mensen met een verstandelijke beperking is in de afgelopen 40 jaar verdubbeld. In 1980 werden zij gemiddeld 35 jaar. Nu is dat gestegen naar 65 tot 70 jaar.
Mannen met een verstandelijke beperking stierven gemiddeld 13 jaar eerder dan mannen uit de algemene populatie (65 vs. 78 jaar). Vrouwen met een handicap overleden gemiddeld 20 jaar eerder (63 vs. 83 jaar).
Vanwege hun beperkte begrip hebben mensen met een LVB behoefte aan zekerheid en duidelijkheid. Daarom zijn ze gebaat bij een gestructureerde, overzichtelijke en voorspelbare leefomgeving. Steun van de omgeving kan leer- en gedragsproblemen helpen verminderen.
Mensen met een psychische stoornis en ZB/LVB bevinden zich overal in de maatschappij en zijn – soms onopgemerkt – in beeld of in zorg bij meerdere instanties en hulpverleningssectoren. Deze mensen bevinden zich binnen de geestelijke gezondheidszorg (ggz) en binnen de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking.
Een IQ onder de 75. (Blijvende) achterstand in de ontwikkeling, zowel verstandelijk als lichamelijk zoals moeite met leren of bewegen. Psychische problemen zoals moeite met communicatie en aangaan van (vriendschaps)relaties. Moeite met praktische zaken zoals aankleden, eten, omgaan met geld.
ernstige verstandelijke beperking (IQ 20-34 / ontwikkelingsleeftijd tussen de 3 en 5 jaar); matige verstandelijke beperking (IQ 35-49 / ontwikkelingsleeftijd 6-9 jaar; milde verstandelijke beperking (IQ 50-70 / ontwikkelingsleeftijd 9-12 jaar).
Ze kunnen anderen moeilijk lezen, niet goed begrijpen wat iemand bedoelt en zich ook minder goed verplaatsen in een ander. Als je niet goed aanvoelt wanneer anderen last van je kunnen hebben, heb je niet goed door dat je eigen gedrag niet handig is of dat je bepaalde dingen beter niet kunt doen.
Iemand met een verstandelijke beperking heeft beperkingen in communicatie, zelfverzorging, zelfstandig kunnen wonen, werk, sociale en/of relationele activiteiten.
Zij wonen verspreid over 350 locaties in Nederland. Amsterdam kent de meeste intramurale verstandelijk gehandicapten (1.600) gevolgd door Tilburg (1.480) en Rotterdam (1.410). 900 cliënten met een licht verstandelijke handicap woonden op 1 januari 2018 in een instelling.
Er zijn grote verschillen tussen mensen met een verstandelijke beperking. Daarom maken we onderscheid tussen mensen met lichte, matige, ernstige en diepe verstandelijke beperking.
Iemand heeft een licht verstandelijke beperking (LVB) als hij aanzienlijke beperkingen heeft op het gebied van cognitieve ontwikkeling en adaptieve vaardigheden, ook wel sociaal aanpassingsvermogen genoemd.
In de twintigste eeuw kwamen de namen 'geestelijke handicap' en 'mentale handicap' in zwang, ter onderscheiding van lichamelijke, visuele en auditieve handicap. Tegen het einde van de eeuw werden deze namen vervangen door 'intellectuele beperking' of 'verstandelijke beperking'.
Invalide, mindervalide of miva
Mindervalide betekent minderwaardig en miva werd als afkorting vaak gebruikt om die laatste minder stigmatiserend te laten klinken. Je zegt er echter nog steeds mee dat een gehandicapte persoon minder waardevol is. Alternatief: gehandicapte persoon of persoon met een beperking.