Vaak wordt het onderscheid ook beschreven als gesloten en open spelmateriaal. Gesloten materiaal, zoals bijvoorbeeld een kiepauto of een babypop, leidt tot specifieke spelhandelingen zoals het rijden met de auto en het verzorgen van de pop. Bij deze handelingen hoort bepaald spel en taalgebruik.
Denk aan stukjes stof, lege verpakkingen, denappels, gordijnringen, kartonnen dozen, lege plastiek flessen, knopen, stenen, plastiek buizen, paletten, kussens, dekens, houten planken, strobalen, isomo, papiersnippers, maïskorrels, ... Open einde (speel)materiaal moet niet op één vaste manier gebruikt worden.
Spelen met een open einde kan worden omschreven als spelen zonder vooraf bepaalde beperkingen en geen vaste oplossing. Kinderen volgen gewoon hun verbeelding om het spel de richting op te laten gaan die hun creativiteit hen op dat moment ingeeft.
Open einde speelgoed is speelgoed waarmee je kind alle kanten op kan. De functie ligt niet van tevoren vast, waardoor je kind er steeds op een andere manier mee kan spelen. Het speelgoed ziet er neutraal en tijdloos uit en is vaak duurzaam waardoor je kind er in verschillende ontwikkelingsfases mee kan spelen.
Het materiaal mag ingezet worden in verschillende hoeken. We bieden een combinatie van verschillende soorten materialen: spelmateriaal met een eenduidig doel (bv. puzzels of een treinbaan), concreet materiaal dat de wereld representeert (bv.
Ander spel- en ontwikkelingsmateriaal
Daarnaast wordt er vaak met zand en water gespeeld, wat belangrijk is voor de zintuiglijke ontwikkeling. Voor de creatieve ontwikkeling wordt gebruik gemaakt van klei, verf, potloden, krijtjes, papier, karton, schaartjes, en dergelijke.
Constructiematerialen, bouwmaterialen en mozaïekmaterialen zijn materialen die uit losse delen bestaan, van een vaste en duurzame vorm, die ten opzichte van elkaar passend of sluitend zijn, zodat er constructies en voorstellingen mee gemaakt kunnen worden.
Blokken, ballen, een Wobbel, Duplo, klei, dozen en bakjes zijn allemaal uitstekende voorbeelden van open ended speelgoed. De eindeloze mogelijkheden zorgen voor een ontspannen spelmoment.
De definitie van antroposofisch speelgoed
Antroposofisch speelgoed is speelgoed dat het kind uitdaagt, en vrij laat in het verzinnen van een eigen spel. Er is geen goed of fout. Een kind kan zelf invulling geven aan de betekenis van een stuk speelgoed. Vaak is het speelgoed niet tot in detail uitgewerkt.
Sensorisch speelgoed (of sensorisch spel) is speelgoed waarbij de zintuigen van je kind gestimuleerd worden waardoor hij/zij zo fysiek en cognitief geprikkeld en uitgedaagd wordt. Je helpt je kind om de wereld om zich heen beter te begrijpen dankzij de ervaringen die hij/zij opdoet.
Antroposofie (van het Griekse: ἄνθρωπος, ánthrōpos "mens" en σοφία sophía "wijsheid") is een spirituele filosofie en occulte wetenschap gebaseerd op de leer van Rudolf Steiner (1861–1925), die het bestaan postuleert van een geestelijke wereld die toegankelijk zou zijn via innerlijke ontwikkeling.
Waldorf is de internationale benaming voor vrijeschoolonderwijs, een wereldwijde stroming binnen het onderwijs die al meer dan honderd jaar bestaat.
Antroposofisch opvoeden betekent dat je je heel erg bewust bent dat je kindje 'ergens' vandaan komt, dat het een uniek wezen is met een eigen 'way to go'.
Leg de bogen op hun rug, van groot naar klein. Pak een balletje van Grapat en laat me langzaam, of sneller, erdoorheen rollen. Doordat de bogen verschillende formaten hebben krijg je een mooi muziekgeluid.
Favoriet speelgoed vanaf 4 jaar
Laat kleuters aan de slag gaan met speelgoed zoals LEGO blokken en Playmobil. De grove en fijne motoriek komt bij het spelen met dit speelgoed vanaf 4 jaar goed aan bod, waardoor zij dit spelenderwijs beter kunnen ontwikkelen.
Hoeveel speelgoed kopen? Nederlandse kinderen hebben doorgaans te veel speelgoed. Volgens speelgoeddeskundigen geldt voor dreumesen tot twee jaar: een derde van zijn maandleeftijd in speelgoed is voldoende. Zo heeft een kind van 24 maanden genoeg aan 8 speeltjes.
Ongevormde materialen
Materialen die het kind zelf kan vasthouden, water, zand en klei. Het materiaal heeft nog geen vorm. Kinderen kunnen het kapotmaken zonder consequenties. De verschillende handelingen met het materiaal: het begint met 'de materie'.
Eigenlijk zou je kinderen zeven tot acht speelhoeken moeten aanbieden: een creatieve plek, een poppenhoek, een verkleedhoek, een bouwhoek, een hoek met water en zand en een rustig plekje.
Het gaat hier om een woonhuis dat gebouwd is volgens principes die gebaseerd zijn op de antroposofische leer, dit is een leer waarbij de 'bewustwording van de mens van het grotere geheel waar hij deel van uitmaakt' centraal staat.
De vrijeschool is een onderwijsconcept dat is gebaseerd op persoonsvorming. Met het woord 'vrij' wordt bedoeld dat een leerling zich in vrijheid op elk vlak van zijn persoonlijkheid moet kunnen ontwikkelen. Daarom zijn er naast de gewone leervakken ook standaard veel creatieve- en doevakken.
De term 'vrij' in de naam 'vrijeschool' slaat niet op het vrij laten van het kind. Er wordt mee bedoeld: de school wil haar pedagogische visie in vrijheid (oorspronkelijk: zonder overheidsbemoeienis) kunnen realiseren en ontlenen aan wat bij de kinderen aan vragen leeft.
De vrijeschool heeft als uitgangspunt: onderwijzen is ook opvoeden. Onderwijs gaat verder dan alleen goed leren lezen of rekenen. Onderwijs staat ook in dienst van de persoonlijkheidsvorming, zowel individueel als in relatie tot de sociale gemeenschap. De vrijeschool wil in het leven van een kind van betekenis zijn.
Op een Waldorf school leren kinderen dezelfde dingen als op een reguliere basisschool, maar dan méér en breder. Ze leren niet alleen basisvaardigheden als lezen, schrijven en rekenen, maar krijgen ook les in vreemde talen en in dansen, toneelspelen, zingen en schilderen.