Gebonden hulp is hulp op voorwaarde dat het ontvangende land de hulp op een door de donor bepaalde manier zal besteden. Hulpontvangende landen moeten bijvoorbeeld expertise of machines kopen uit het hulpgevende land. Binding van de hulp staat haaks op het streven naar kwalitatief goede ontwikkelingshulp.
Ongebonden hulp versus gebonden hulp
Aan ongebonden hulp zijn geen of minder voorwaarden verbonden. In het geval van gebonden hulp wordt een tegenprestatie van het ontvangende land gevraagd. Bij ongebonden hulp mag het land dat de hulp ontvangt zelf bepalen wat ze er mee doen.
bilaterale hulp = is (ontwikkelings)hulp dat rechtstreeks van land tot land wordt verstrekt. De meeste bilaterale hulp is gebonden hulp.
Nederland heeft een relatie gericht op specifieke doelen met Kenia, Somalië, Libanon, Jordanië, Irak, Egypte, Tunesië, Benin, Mozambique en Bangladesh. Met 7 landen heeft Nederland een beperkte samenwerking.
De landen van de Verenigde Naties hebben afgesproken 0,7% van het Bruto Nationaal Product (BNP) te besteden aan ontwikkelingssamenwerking. Dit heet ook wel de OESO-norm.
Het is belangrijk om te weten dat noodhulp gericht is op het helpen van een land op de korte termijn en structurele hulp gericht is op het helpen van een land op de lange termijn.
Kort gezegd gaat het bij noodhulp − ook wel humanitaire hulp genoemd − direct om het redden van levens. Bij ontwikkelingshulp gaat het om het verbeteren van die levens.
Doelen humanitaire hulp
Zorgen dat burgers en hulpverleners veilig zijn. Bijvoorbeeld door afspraken te maken met strijdende partijen dat hulporganisaties bij de getroffen bevolking kunnen komen en dat ziekenhuizen en burgers niet worden aangevallen. Meer aandacht voor het psychische leed van oorlog en crisis.
Noodhulp is het helpen van slachtoffers van acute noodsituaties. Bijvoorbeeld bij aardbevingen, overstromingen, hongersnoden, oorlogen en aanslagen.
is een vorm van ontwikkelingshulp, waarbij de overheid heeft gekozen voor enkele ontwikkelingsplannen.
Ontwikkelingshulp die gericht is op verbetering van de productiestructuur.
Orkanen, overstromingen, bosbranden, extreme droogte: bij natuurrampen komt het Rode Kruis razendsnel in actie om de slachtoffers te helpen.
Giro555 – Stichting Samenwerkende Hulporganisaties
Giro555 is een initiatief van de 11 samenwerkende hulporganisaties: CARE Nederland, Cordaid, Kerk in Actie, Nederlandse Rode Kruis, Oxfam Novib, Plan International, Save the Children, Stichting Vluchteling, Terre des Hommes, UNICEF Nederland en World Vision.
1. Wat is een humanitaire crisis? Een humanitaire crisis is een gebeurtenis, of serie gebeurtenissen, die een serieuze bedreiging vormt voor de veiligheid, het welzijn en de gezondheid van de bevolking in het rampgebied en de infrastructuur grotendeels ontwricht.
Via de website www.aidehulp14-7.com kunnen mensen aangeven of ze hulp nodig hebben, hulp willen aanbieden of ter plekke willen gaan helpen. Het gaat van mensen die materiële hulp bieden, tot mensen die hun laarzen willen aantrekken om te gaan helpen. Het Rode Kruis roept op om nog geen goederen te verzamelen.
FOS gelooft in structurele ontwikkelingssamenwerking. Dat betekent echt samenwerken met lokale organisaties om op lange termijn het verschil te maken.
Een ontwikkelingsland is een land dat kampt met grote armoede en een laag welvaartsniveau. Voorheen werd hier ook wel de term derdewereldland voor gebruikt. Men leeft vaak in slechte omstandigheden: zo is er lang niet voor iedereen voedsel, drinkwater of onderdak beschikbaar.
Ngo's kunnen ook gesprekpartners zijn voor overheden. Bijvoorbeeld voor advies of bemiddeling bij problemen van kinderarbeid of mensenrechten. Sommige ngo's richten zich speciaal op ontwikkelingslanden, ontwikkelingssamenwerking of ontwikkelingshulp.
Ontwikkelen betekent vooruitgaan. Voor miljoenen mensen ter wereld is dat van levensbelang. Zij lijden onder extreme armoede, lopen gevaar door rampen en conflicten of kunnen niet naar een ziekenhuis wanneer dat hoognodig is. Deze mensen hebben hulp nodig: dat heet ontwikkelingshulp.
Daarnaast zijn er veel organisaties en bedrijven die het belangrijk vinden deze arme landen hulp te bieden. De hulp die ontwikkelingslanden krijgen noem je ontwikkelingssamenwerking of ontwikkelingshulp. Bekende organisaties die zich inzetten voor ontwikkelingslanden zijn UNICEF, Edukans, Cordaid en Humana.
Verreweg de meeste 'ontwikkelingshulp' gaat naar de Palestijnen, twee miljard dollar per jaar.
Dit zijn Afghanistan, Angola, Bangladesh, Benin, Bhutan, Birma, Boeroendi, Burkina Faso, Cambodja, Centraal-Afrikaanse Republiek, Comoren, Congo (Democratische Republiek), Djibouti, Equatoriaal-Guinee, Eritrea, Ethiopië, Gambia, Guinee, Guinee-Bissau, Haïti, Jemen, Kiribati, Laos, Lesotho, Liberia, Madagaskar, Malawi, ...
Na Equatoriaal-Guinea zijn de Seychellen en Mauritius de rijkste landen van Afrika, met een bruto binnenlands product van respectievelijk 27.117 en 20.085 dollar per hoofd van de bevolking. Deze tropische eilanden hebben hun plek in de lijst te danken aan de vele toeristen die ze aantrekken.
Niger ligt in de Sahel regio en behoort tot de armste en minst ontwikkelde landen ter wereld.