De meest beroemde schilder uit de vroege Renaissance was de Florentijn Sandro Boticelli. Zijn afbeeldingen van Maria met kind zijn erg herkenbaar vanwege de puntige kinnen die hij schilderde. Zijn meest beroemde werken zijn 'de Geboorte van Venus' en de 'Primavera' die beide in het Uffizi in Florence hangen.
De Renaissance staat bekend als een periode in de cultuurgeschiedenis van Europa, die duurde van grofweg de veertiende eeuw tot de zestiende eeuw. Op allerlei terreinen – zoals de literatuur, muziek, architectuur en schilderkunst – vond, globaal tussen 1350 en 1620, een sterke oriëntatie plaats op de klassieke oudheid.
De mensfiguren uit de Renaissance zijn stuk voor stuk geïdealiseerd. Ze doen denken aan Griekse en Romeinse beelden. Daarnaast vormen ze niet meer een onderdeel van architectuur, maar zijn het vrijstaande beelden. David was het eerste naakt dat sinds de Oudheid op dit enorme formaat (5,50 meter) werd gemaakt.
De belangrijkste schilders uit de hoogrenaissance zijn Leonardo da Vinci, Michelangelo en Rafaël. Leonardo da Vinci was een ware homo universalis, omdat hij naast kunstschilder ook als wetenschapper en uitvinder actief was.
Het klassieke ideaal, waar de kunstenaars uit de renaissance naar streefden werd pas echt bereikt ten tijde van de hoogrenaissance, tussen 1500 en 1520. Leonardo da Vinci, Michelangelo Buonarroti en Rafaël worden gezien als de belangrijkste meesters van deze periode.
Oorzaken van de Renaissance
In Italië waren zelfstandige stadstaten zoals Florence en Venetië rijk geworden door handel met het Midden-Oosten tijdens de Kruistochten . Naast rijkdommen kwam er ook veel kennis uit deze gebieden, waar de wetenschap verder ontwikkeld was dan in het middeleeuwse Europa.
De renaissance staat letterlijk voor de wedergeboorte van de klassieke cultuur. Vanaf de vijftiende eeuw ontstond een beweging van geleerden, kunstenaars en edellieden die zich ontevreden voelden over de manier waarop hun maatschappij funktioneerde.
De renaissance kwam op gang dóór de humanisten, die vonden dat onderwijs voor literair verbeterd moest worden. Omdat ze zelfstandigheid belangrijk vonden (de bijbel zelf kunnen lezen en zelf conclusies trekken enz), hierdoor kwam de renaissance op gang, een andersoortige manier van kunst.
Beeldende kunst is de vorm van kunst waarbij de afbeelding, of het visuele, voorop staat. De afbeelding wordt gerealiseerd, of uitgebeeld, in de vorm van een kunstobject. Een kunstobject kan een platte vorm aannemen, bijvoorbeeld een schilderij, of een ruimtelijke vorm, bijvoorbeeld een beeldhouwwerk.
De werken waarvan veel voorbeelden zijn blijven bestaan zijn beeldhouwwerken, verluchte handschriften, glas in loodramen, producten van metaalbewerking, en mozaïeken.
De Vroegmoderne Tijd (ca. 1450-1800) is een specifiek door historici vastgesteld tijdvak dat ook wel eens aangeduid wordt als de Nieuwe Tijd of als ancien régime. Deze historische periode begon omstreeks het einde van de middeleeuwen en duurde tot de moderne tijd, die rond 1800 begon.
Beroemde vertegenwoordigers zijn Leonardo da Vinci, Michelangelo, Rafaël en Donatello. De term renaissance, afkomstig van het Italiaanse woord rinascità ('wedergeboorte'), beschrijft de vanuit Italië afkomstige beweging die zich tussen 1430 en 1630 geleidelijk over heel Europa verspreidde.
De oudste vormen van kunst dateren al van ver voor Christus. Recente vondsten in Noord-Afrika waar een botfragment van een woudolifant is gegraveerd met lijntjes zijn waarschijnlijk al van circa 400.000 jaar geleden. Of we dit echt als kunst kunnen zien, hier zijn de meningen over verdeeld.
Er kwamen steeds meer rijke mensen en de mensen kregen steeds meer vrije tijd. Niet alleen de adel beschikte over vrije tijd, maar ook de burgers. De mensen deden spelletjes, dronken gezellig iets samen, studeerden of maakten muziek. Tijdens de Renaissance maakten de mensen voor hun plezier muziek.
Mensen gingen zich pas in de renaissance (15e en 16e eeuw) voor het eerst humanist noemen. Beroemde humanisten uit de renaissance zijn de kunstenaars Leonardo da Vinci en Michelangelo. Zij namen de mens als studieobject in plaats van de natuur of religieuze afbeeldingen.
Zij geloven in de wetenschap en in vergaarde kennis, en durven te twijfelen aan hun eigen ideeën en die van anderen. Kunst, literatuur, natuur en de mens zijn een bron van inspiratie. Zij geloven in de kracht van de mens, en hebben eerbied voor de mens als bijzonder deel van de natuur.
De Mona Lisa werd geschilderd tijdens de Renaissance. De wereld is voor haar gevallen, vooral vanwege haar glimlach. Sommigen zeggen dat ze zou glimlachen, anderen zijn er zeker van dat ze serieus zou kijken. Hoewel ''Mona Lisa'' een schilderij in opdracht was, kreeg Del Giocondo het nooit overhandigd.
De renaissance beslaat globaal de periode 1400-1600, toen kunsten, letteren en wetenschap in Europa bloeiden door een grote belangstelling voor de klassieke oudheid. De term renaissance - letterlijk 'wedergeboorte' - ontstond pas in de 19de eeuw.
33 grote kunststromingen en hun invloed op het leven van vandaag en kunstwereld. De kunstwereld evolueert sinds het ontstaan van de mensheid. Kunstenaars bedenken voortdurend nieuwe kunststijlen.
Leonardo Da Vinci – Mona Lisa
Het is waarschijnlijk het beroemdste schilderij in de hele wereld en uit alle kunsttijdperken. Da Vinci schilderde de Mona Lisa tussen 1503 en 1506 in Florence.
Kunst is gemaakt door mensen, voor mensen. Een kunstenaar maakt zijn kunstwerk, omdat hij gedachten, beelden, of emoties over wil brengen. Elk schilderij heeft een betekenis, al zal lang niet iedere toeschouwer er hetzelfde uithalen. Want naar kunst kijken en het interpreteren van kunst is heel subjectief.