als trefwoord met bijbehorende synoniemen: efficiënt (bn) : adequaat, doelmatig, doeltreffend, effectief, probaat.
Efficiënt betekent 'doelmatig, op een manier die weinig middelen of inspanningen vergt'. Mijn collega kan in korte tijd veel werk verzetten en is dus heel efficiënt. Dat formulier is heel efficiënt, want het kan gemakkelijk ingevuld en verwerkt worden.
Een antoniem van efficiënt is inefficiënt.
intensief (bn) : diep, diepgaand, driftig, hevig, krachtig, levendig, sterk, vergaand, vol. intensief (bn) : druk, ingespannen.
doelmatig, doortastend, efficiënt, energiek, slagvaardig. efficiënt (bn) : adequaat, doelmatig, doeltreffend, effectief, probaat.
Daarnaast onderzoeken we zo nodig ook zelf of onderwijsmiddelen wel volgens wet- en regelgeving zijn verkregen of besteed (rechtmatigheid) en of onderwijsmiddelen kosten- en doelbewust zijn aangewend (doelmatigheid).
Efficiënt werken betekent doelmatig werken. Dus zodanig werken dat het de minste tijd, middelen en inspanning kost. De taak wordt op de meest praktische manier uitgevoerd. Hierbij wordt geen rekening gehouden of de taak nu wel of niet belangrijk is.
Een antoniem van diepgaand is oppervlakkig.
als synoniem van een ander trefwoord: vurig (bn) : dol, driftig, enthousiast, fervent, geestdriftig, gepassioneerd, hartstochtelijk, hevig, hitsig, ijverig, innig, intens, levendig, onstuimig, temperamentvol, verlangend, wild.
Efficiency is het zo doeltreffend mogelijk inzetten van middelen. De term wordt doorgaans gebruikt binnen organisaties. Het geeft aan hoe het met de productiviteit gesteld is.
inefficiënt bijv. naamw. Uitspraak: [ɪnɛfi'ʃɛnt] wat te veel moeite of inspanning kost om je doel te bereiken Voorbeelden: `een inefficiënte werkwijze`, `Hij is chaotisch en werkt inefficiënt.
Waarom? Naarmate er efficiënter wordt gewerkt, neemt de kans op ongezonde werkdruk af. Efficiëntere werkprocessen leiden bovendien tot een hogere productiviteit en kwaliteit. Het in kaart brengen van inefficiëntie kost tijd en aandacht.
Efficiënt zijn
Dus met zo min mogelijk kosten, zo maximaal mogelijke output krijgen per tijdseenheid. Dit is belangrijk voor de organisatie omdat meer output met minder kosten vaak een sleutel is tot een hogere winst. Met winst bedoelen wij dan het bedrag wat zit tussen de opbrengsten en de kosten.
'Effectief' is doeltreffend, ongeacht de manier waarop het resultaat wordt bereikt. Een maatregel is effectief, bijvoorbeeld, als hij het gewenste resultaat oplevert. 'Efficiënt' is doeltreffend op de meest economische manier, op een manier die weinig inspanning kost.
Tegenover falen staat vertrouwen!
radicaal (bn) : afdoende, breed opgezet, drastisch, extreem, grondig, groots opgezet, grootscheeps, ingrijpend, rats, totaal, uiterst, vergaand, verreikend, verstrekkend, volkomen, volslagen. radicaal (bn) : extremistisch.
En ze wil begrijpen waarom ze eraan begon, want ze wil dit nooit meer meemaken. Ze wist best dat de meeste getrouwde mannen hun vrouw nooit verlaten. Van de bezette mannen die een buitenechtelijke relatie beginnen, kiest maar 1 à 2 procent uiteindelijk voor de minnares.
Wanneer een man lang oogcontact kan houden, dan voelt hij zich op zijn gemak bij je. Geen man kan verliefd zijn op een vrouw bij wie hij zich niet op zijn gemak voelt. Dus hoe meer oogcontact hij maakt en houdt, hoe verliefder hij is.
Bij hun huidige partner is bijna 31 procent van de vrouwen en ruim 40 procent van de mannen vreemdgegaan. De mate waarin dat gebeurt verschilt, maar als iemand eenmaal vreemdgaat, is de kans groot dat dat niet eenmalig is.
Efficiënt werken in de zorg betekent voor mij: zuinig zijn op jezelf, je collega's, het budget voor de zorg. Zorg accepteren tot een aanvaardbare hoeveelheid, en 'nee' durven zeggen als de ruimte er niet meer is om nieuwe zorg aan te nemen.
Bij procesmatige activiteiten wordt doeltreffendheid of effectiviteit soms gebruikt om aan te geven welk percentage van de producten tot stand komt. Dat is feitelijk het omgekeerde van uitval, eigenlijk is dat een vorm het voorkomen van verspilling, en dus een vorm doelmatigheid.
a. Doelmatigheid: het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen. b. Doeltreffendheid: de mate waarin de gewenste prestaties en de beoogde maatschappelijke effecten of gestelde doelen van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald.