Groepsdynamica is de term voor het gedrag en de psychologische processen die plaatsvinden binnen een sociale groep, of tussen sociale groepen.
Wat is groepsdynamica? Het sociale proces waarbij mensen in een groepsomgeving met elkaar omgaan en zich gedragen in een groepsomgeving wordt groepsdynamica genoemd. Groepsdynamica omvat de invloed van persoonlijkheid, macht, gemeenschappelijke doelen, kennis en vaardigheden en gedrag op het groepsproces.
In een goede groepsdynamiek hangt een open en gezellige sfeer en is er een goede samenwerking. Groepsleden voelen zich veilig, waardoor zij hun mening durven te uiten en conflicten op een goede manier kunnen oplossen. In een dynamiek is er ruimte voor conflicten.
In de groepsdynamica theorie wordt er vanuit gegaan dat de groep tot een bepaald niveau van samenwerken gaat komen. In de zorg zijn er weldegelijk momenten dat er wordt samengewerkt. Denk hierbij aan samen huishoudelijke taken uitvoeren of het deelnemen aan een activiteit.
Een open sfeer is een belangrijke voorwaarde voor het goed functioneren van een groep. Dat wil zeggen dat er een atmosfeer is waarin mensen zichzelf durven te uiten en nieuwe ideeën durven te opperen.
Zorg dat de groepsleden je steeds weten te vinden. Stel met je groep positieve groepsdoelen op. Vergroot je kennis over groepsdynamische processen en leer ze hanteren. Wees zelf een rolmodel door complimenten te geven, respectvol om te gaan met groepsleden en te reageren op grensoverschrijdend gedrag.
In de literatuur is er veel overeenstemming te vinden over welke fasen een groep doorloopt. De bekendste fasen zijn die van het basismodel van Tuckman. Hij onderscheidt vijf fasen: forming, storming, norming, performing en adjourning.
Wanneer jij een groep deelnemers aan het trainen bent is het noodzakelijk dat je niet alleen oog hebt voor jezelf, maar dat je ogen juist gericht zijn naar hen. Wanneer jij meerdere deelnemers bij elkaar hebt, ontstaat er automatisch een groepsdynamiek die alle kanten op kan gaan.
Kenmerken van zo'n groep zijn: De groepsleden zijn eensgezind en gemotiveerd om groepsdoelen te halen. Groepsleden voelen zich medeverantwoordelijk voor de eigen groep en uiten dit ook. De groepsleden tonen respect voor de mening en het karakter van een ander groepslid.
Groepsontwikkeling volgens Tuckman
Dit model veronderstelt dat groepen achtereenvolgens vijf fasen doorlopen: forming, storming, norming, performing en 'adjourning'.
Een aangenaam klimaat in de groep heeft positieve invloed op het leer- en leefklimaat in de klas. Een positief groepsklimaat voorziet in de basisbehoeften van kinderen, het draagt bij aan de behoefte van en de behoefte aan sociale acceptatie en waardering van en naar andere.
Ook dit schema is gebaseerd op de groepsdynamica, dat wil zeggen, dat er een ontwikkeling in de groep te verwachten en waar te nemen valt, die in grote lijnen analoog is aan de ontwikkeling in iedere groep. Je zou kunnen zeggen, dat er sprake is van een soort grondpatroon wat in iedere groep terug te vinden is.
Observatiemethoden zijn methoden om doelgericht en systematisch het gedrag van kinderen te observeren. Er zijn verschillende observatiemethoden, onder andere: - De longitudinale observatie. Hierbij observeert de leerkracht een kind gedurende een lange periode.
Het gaat in de groepsdynamica o.a. om de invloed die kinderen in een groep op elkaar hebben. Van een groep kan een positieve of een negatieve invloed uitgaan. Positieve invloed is bijvoorbeeld dat kinderen plezier hebben en veel van elkaar leren.
processen die ontstaan als mensen met elkaar omgaan in een groep, zoals het ontstaan van vriendschappen, conflicten, groepen binnen de groep, enz.
Natuurlijk is het belangrijk om jezelf goed te positioneren, de klas te doorgronden, omgangsvormen te bepalen en deze vast te leggen in een gezamenlijk commitment. Of je dit nu doet met groepsregels of op een andere manier. Leer je kids vooral hoe ze met elkaar om moeten gaan. En hoe ze met jou om moeten gaan.
Fase 3: Storming
Je zal merken dat sommige kinderen nu meer op de voorgrond gaan treden; “mijn mening moet gehoord worden, ik ben er ook.” Je merkt dat je groep in deze fase rumoeriger is. Er ontstaan sneller botsingen, onenigheid of ruzietjes omdat kinderen zoeken naar hun plek in de groep.
“In september liggen de 'gouden weken': 3 weken waarin je als leraar samen met je leerlingen de klassfeer boetseert.