Met diagnostiek wordt bedoeld: de sterkere en zwakkere kanten van het functioneren van een kind zo goed mogelijk in kaart brengen om zicht te krijgen op de achtergrond van de problemen en om een behandelplan op maat te kunnen maken.
We analyseren bijvoorbeeld je intelligentie, je karakter, je sterke en zwakke kanten, je interesses en je vaardigheden. Daarnaast kunnen we ook neuropsychologische functies onderzoeken (zoals je concentratie en geheugen) en gericht nagaan of er sprake is van een psychiatrische aandoening.
diagnostisch bijv. naamw. Afbreekpatroon: di- ag - nos - tisch het vaststellen van aanwezigheid van ziektes of stoornissen met het oog op behandeling medisch Voorbeelden: `Testen en onderzoeken kunnen worden afgenomen door diagnostisch bevoegde specialisten.
Het doel van diagnostiek is het ontwarren en duiden van de klachten en de problemen van de patiënt. Diagnostiek leidt tot een hypothese over de aard, het ontstaan en het beloop van de psychische klachten en de gevolgen daarvan voor het dagelijks functioneren op de korte en langere termijn.
Het is de vaststelling dat in jouw brein dingen anders werken en dat je daardoor tegen belemmeringen aanloopt. Met diagnose kun je leren begrijpen wat er aan de hand is en hoe je miscommunicatie, vervelende (sociale) situaties en ongewenst gedrag kunt vermijden.
Diagnostische hulpvragen zijn vragen waarbij iets uitgezocht moet worden. Ze vallen uiteen in drie typen: onderkennend (wat is er aan de hand), verklarend (waarom is dit aan de hand) en indicerend (hoe is het op te lossen).
Binnen de gezondheidszorg kunnen zowel de disciplines van de arts als de verpleegkundige diagnoses vaststellen ten aanzien van een en dezelfde zorgvrager. De arts stelt een medische diagnose vast en de verpleegkundige formuleert een verpleegkundige diagnose.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen: diagnose (zn) : onderscheiding, vaststelling.
Psychiatrische diagnostiek is een verzamelnaam voor de verschillende technieken en handelingen die gebruikt worden om een psychiatrische aandoening te identificeren. Psychiatrische diagnostiek behelst onder meer: Beschrijving en classificatie van klachten. Het uitsluiten of aantonen van andere aandoeningen.
Een diagnostisch onderzoek is een manier om: erachter te komen wat er precies aan de hand is; te onderzoeken waar de problemen vandaan komen; een goed onderbouwd advies te kunnen geven over eventuele behandeling en/of begeleiding.
Sommige resultaten zijn enkele jaren geldig, bijvoorbeeld uitslagen over intelligentie of karaktereigenschappen. Andere resultaten worden meer bepaald door de situatie op het moment van het onderzoek en zijn niet jarenlang geldig. In het algemeen is de uitslag van een psychodiagnostisch onderzoek twee jaar geldig.
De diagnostische cyclus
Deze cyclus is een model voor het wetenschappelijk verantwoord beantwoorden van vragen. Hij bestaat uit observatie, inductie, deductie, toetsing en evaluatie.
Ook de partner, een familielid of begeleider kunnen over uw klachten vertellen. Vervolgens neemt de psychologisch medewerker een aantal tests, vragenlijsten en soms interviews af. U krijgt uitleg over de tests, opgaven, vragenlijsten en beantwoordt eventuele vragen. Dit duurt ongeveer één tot twee dagdelen.
Als u wilt laten testen of u autisme heeft, ga dan naar uw huisarts. Die kan een eerste test doen. Als uw huisarts denkt dat verder onderzoek nodig is, verwijst hij u door naar een hulpverlener die in autisme is gespecialiseerd, zoals een GZ-psycholoog of psychiater.
Het Persoonlijkheidsonderzoek bestaat uit twee delen. In het eerste deel vindt een uitvoerig gesprek met de psycholoog plaats. Tijdens het tweede deel van het onderzoek worden vragenlijsten afgenomen. De bevindingen worden weergegeven in een rapportage.
Een differentiële diagnose of differentiaaldiagnose is een wetenschappelijke methode om uit een lijst van mogelijke aandoeningen waaraan een bepaalde patiënt zou kunnen lijden, gegeven de klachten en symptomen die op dat moment bekend zijn, een diagnose te stellen. Een ander woord hiervoor is diacrise.
Er is geen test die kan bewijzen dat u de ziekte van Parkinson heeft. Daarom stelt uw huisarts vragen en kijkt hij of zij hoe u beweegt. Het trillen kan bijvoorbeeld ook komen door medicijnen of een essentiële tremor.
Een symptoom is een kenmerk of klacht, behorend bij de diagnose van een bepaalde ziekte, aandoening of verwonding.
Een psychiater heeft geneeskunde gestudeerd en heeft zich daarna gespecialiseerd in de psychiatrie. Een psychiater mag diagnoses stellen en medicatie voorschrijven en behandelt daarom vaak mensen met meer complexe of zware psychiatrische stoornissen.
Vage begrippen als 'vaak', 'zelden' of 'nooit' krijgen in de praktijk een concrete betekenis. Artsen denken dus in proporties, in categorieën van zekerheid, in orden van grootte. De kracht van een argument pro of contra een diagnose is vaak impliciet, maar kan ook worden uitgedrukt in LR's.
De huisarts kan een diagnose stellen of je naaste doorverwijzen voor verder onderzoek.
Handelingsgericht diagnosticeren is een proces van zoeken, integreren en concluderen. Het loopt als een rode draad van hulpvraag naar advisering en kent een verloop in de tijd. Het traject is wendbaar en flexibel, maar wordt gekozen op basis van het type hulpvraag.
Er zijn verschillende soorten hulpvragen: onderkennend, verklarend en indicerend. Ze liggen in elkaars verlengde in een traject van overzicht, via inzicht naar uitzicht (zie Box 3). Zo krijgen verklarende hypothesen en onderzoeksvragen duidelijker een plaats in een HGD-traject.
Verklarende hulpvragen: de cliënten willen een verklaring voor hun situatie, zij willen weten waarom iets aan de hand is. Verklarende hypothese: als de stelling een oorzaak-gevolgrelatie aangeeft, dan wordt het een verklarende hypothese genoemd. Bijvoorbeeld: 'Cliënte is depressief doordat zij relatieproblemen heeft.