Close reading is een vorm van literaire kritiek die zich toelegt op een minutieuze lezing van de tekst zelf, zonder gebruik te maken van biografische of andere extra-literaire informatie.
Close Reading is een manier van lezen waarbij leerlingen een uitdagende tekst meerdere malen lezen, steeds met een ander leesdoel. Het doel van Close Reading is dat kinderen de tekst goed begrijpen en erachter komen wat de schrijver met de tekst wil vertellen. Daarvoor gaan ze actief met de tekst aan de slag.
Je stelt tekstgerichte vragen die leerlingen stimuleren om dieper in een tekst te duiken en de tekst te doorgronden. Je laat leerlingen veel met elkaar praten, discussiëren en schrijven over de tekst. De leerlingen komen tot diep tekstbegrip.
Roland Holst aan een analyse die hij zelf met "close reading" betitelt. Hij verwijst daarbij naar Multatuli's "Max Havelaar" (hoofdstuk 10) "waarin Droogstoppel een analyse geeft van Heines Auf Flügeln des Gesanges". Volgens Mulisch is dit het eerste geval van "close reading" in de Nederlandse literatuur.
De scores voor begrijpend lezen en rekenen tellen het zwaarst mee voor het schooladvies. Dit omdat begrijpend lezen bij de meeste vakken in het voortgezet onderwijs belangrijk is en omdat rekenen de basis is van wiskunde, maar ook belangrijk is bij de andere bètavakken.
Rijke teksten zijn zowel literaire (fictie, non-fictie en poëzie) als zakelijke teksten uit heden en verleden, zowel niet-canoniek als canoniek. Ze hebben verschillende verschijningsvormen: mondeling, schriftelijk, digitaal en multimodaal. Kenmerkend voor rijke teksten zijn de rijke inhoud en de goede taalkwaliteit.
Begrijpend lezen: wat is dat? Bij begrijpend lezen gaat het erom dat je kind de tekst die hij leest ook echt begrijpt. Meestal toetst een leerkracht dat tekstbegrip met vragen en opdrachten. Die vragen kunnen gaan over de inhoud van een deel van de tekst.
Wie-wat-waar? Introduceer eerst de wie-wat-waar kaarten nadat je een verhaal of prentenboek hebt voorgelezen. Vraag de kinderen met behulp van deze kaarten over WIE het verhaal ging, WAT er gebeurde en WAAR het verhaal zich afspeelde.
Gebruik wie-wat-waar picto's om over onderdelen van het verhaal te praten. Bespreek de samenhang tussen de onderdelen. Dit is vooral belangrijk omdat je hier ook aandacht kunt geven aan lastige verwijswoorden in een tekst of bijvoeglijke naamwoorden. Vul met de kinderen een verhaalschema in.
Inzetten van tekstgerichte vragen
slot? Waarom heeft dit verhaal deze titel? Hoe is de Details Uit welke stukken van de tekst kan je halen op welk moment van de dag het tekst? verhaal zich aan het begin afspeelt?
Begrijpend lezen is teksten lezen en begrijpen wat er staat. Er is dus een verschil tussen technisch lezen en begrijpend lezen. Iemand die technisch goed in staat is een tekst te lezen, hoeft de tekst niet altijd te begrijpen.
Bij begrijpend lezen gaat het letterlijk om het begrijpen van een tekst. Een goede manier om begrijpend lezen te oefenen, is door 'gewoon' veel te lezen. Je kunt begrijpend lezen oefenen door met je kind met kortere teksten aan de gang te gaan.
Een tekst goed begrijpen betekent dat je de letterlijke betekenis ziet, maar ook de informatie tussen de regels door: verwijzingen, humor, achtergrondkennis. Oftewel: je leest iets en verleent daar betekenis aan. Deze vaardigheid helpt om kennis te ontwikkelen en om steeds meer verbanden te kunnen leggen.
Welkom op rijketeksten.org! Op deze website geven we je informatie over wat rijke teksten zijn, hoe je ze herkent en waarom het zo belangrijk is ermee te werken. Daarnaast vind je hier ook voorbeelden van rijke teksten voor leerlingen van 6 tot 18 jaar om jouw taal- en zaakvaklessen mee te verrijken.
Rijke taal bevat geen traditionele verdeling in taaldomeinen, maar de hoofdstukken zijn afgestemd op het creëren van rijke contexten, het kiezen van rijke teksten en het vormgeven van actief denken over taal en interessante onderwerpen.
Oriënterend lezen Je kijkt wat het onderwerp van de tekst is, je kijkt wie de schrijver is, je bekijkt de titel, de omslag en een eventuele inhoudsopgave en eventuele plaatjes.
Intensief lezen: Je bekijkt eerst de opmaak van de tekst (zoals bij globaal lezen). Daarna lees je de tekst heel grondig en aandachtig. Je gaat het centrale thema van de tekst na. Je let op de structuur (inleiding, midden, slot), je gaat het onderwerp van elke alinea na, je onderscheidt hooft- en bijzaken van elkaar...
Lees de betekenis van de tekst, niet de formulering in woorden en zinnen. Graas met je ogen door de tekst, op zoek naar sleutelbegrippen en de belangrijke delen. Spreek de woorden niet in gedachten uit. Houd je lippen stil en probeer de inhoud van de tekst te begrijpen zonder zinnen of termen uit je hoofd te leren.
Voor het VWO adviseert CITO, de organisatie die de eindtoets maakt, een score van minstens 545. Bij een iets lagere score wordt de havo aanbevolen (zolang de score wel minstens 537 is). Bij een score van 536 of lager past dan weer één van de vmbo-leerwegen.
Hoeveel fouten er gemaakt kunnen worden om toch de maximale score te halen, verschilt per jaar. Hiervoor worden de scores van alle leerlingen met elkaar vergeleken en op basis van daarvan wordt de schaalverdeling gemaakt. Meestal kan een kind maximaal rond de twaalf antwoorden fout beantwoorden om toch 550 te scoren.
Rol van intelligentie bij begrijpend lezen
Herhaaldelijk is aangetoond dat leerlingen met een hogere intelligentie beter zijn in begrijpend lezen. Intelligentie is 'het vermogen doelgericht te handelen, rationeel te denken en effectief met de omgeving om te gaan'.