als trefwoord met bijbehorende synoniemen: betrekkelijk (bw) : naar verhouding, nogal, relatief, tamelijk, vrij.
niet absoluut maar in verhouding tot iets anders
` enkel waarde of betekenis hebbend in vergelijking met iets anders. tamelijk, nogal.
Uitspraak: [bəˈtrɛkələk] niet absoluut maar in verhouding tot iets anders Voorbeelden: `alles is betrekkelijk`, `In de zin 'De jongen die daar loopt, is mijn broer', is 'die' een betrekkelijk voornaamwoord.
betrekkelijk, naar verhouding, verhoudingsgewijs. als synoniem van een ander trefwoord: naar verhouding (bn) : evenredig, proportioneel, relatief.
Ook het bijwoord van plaats zelf (waar) wordt in betrekkelijke zin gebruikt en leidt bijzinnen in: Dit is het kantoor waar hij werkt. Bij weglating van het antecedent (de man) wordt wie of wat gebruikt. 'Wie mij geslagen heeft, moet bestraft.
Een betrekkelijke bijzin in de indicatief futurum signaleert een doel als attribuut. Een betrekkelijk voornaamwoord leidt een bijzin in, die de functie van attribuut vervult. De kern waarvan deze betrekkelijke bijzin afhangt, wordt antecedent genoemd.
Een betrekkelijk voornaamwoord verbindt een hoofdzin en een bijzin met elkaar. Alle voorkomende betrekkelijke voornaamwoorden die we kennen in onze taal zijn: dat, die, wat, wie, welke en hetgeen. Een aanwijzend voornaamwoord is een woord dat nadrukkelijk ergens naar verwijst.
Absoluut betekent onafhankelijk, permanent en niet onderworpen aan een kwalificatie. Relatief betekent een gedeeltelijke of van voorbijgaande aard, afhankelijk van de omstandigheden of een perspectief.
realistisch (bn) : levensecht, natuurgetrouw, werkelijk, werkelijkheidsgetrouw. realistisch (bn) : met beide benen op de grond, nuchter, reëel.
NL: De armen zijn relatief onbeschadigd. DE: Die Arme sind relativ unberührt. NL: Terroristen gebruiken relatief veel vuurwapengeweld.
Een betrekkelijke bijzin is een bijzin die wordt ingeleid door een betrekkelijk voornaamwoord (bijvoorbeeld die), een voornaamwoordelijk bijwoord (bijvoorbeeld waarop) of een betrekkelijk bijwoord (bijvoorbeeld waar).
Betrekkelijk voornaamwoorden staan aan het begin van een bijvoegelijke bijzin. Een voorbeeld van een zin met een betrekkelijk voornaamwoord: 'De som die ik net heb gemaakt'. In deze zin is 'die' het betrekkelijk voornaamwoord. 'De som' is het antecedent, hetgeen waar 'die' naar verwijst.
In sommige zinnen staat wél het betrekkelijk voornaamwoord wie of wat, maar geen antecedent. Je kunt wie en wat dan vervangen door degene die en dat wat. In dat geval noem je wie en wat een betrekkelijk voornaamwoord met ingesloten antecedent (betr. vnw m.i.a).
uitgebreide kennis en smaak bezittend - Woordfeit: Het woord komt via het Franse ? rudit van het Latijnse eruditus `beschaafd, ontwikkeld, geleerd`. Dit is ontstaan als voltooid deelwoord van erudire `onderwijzen, opleiden, beschaven`.
krachtig (bn) : doortastend, energiek, flink, fors, gespierd, hard, impressief, kloek, kras, levendig, machtig, manmoedig, potig, robuust, sterk, straf. krachtig (bn) : beslist, dringend, klemmend, overtuigend, vigoureus.
blijvend, durabel, duurzaam, hecht, massief, solide, standvastig, stevig, taai, vanjewelste. sterk (bn) : aanzienlijk, fel, fiks, flink, fors, geweldig, hard, hevig, intens, veel, zeer, zwaar.
Iemands gedachten over een gebeurtenis bepalen wat er gevoeld wordt bij die gebeurtenis en wat er fysiologisch in het lichaam gebeurt. Het is dus niet de activerende gebeurtenis maar de gedachten en gevoelens over die gebeurtenis die bepaalt of er en hoeveel stress er ontstaat.
Relativeren daarentegen, betekent dat je iets bekijkt in verhouding tot iets anders. Dat betekent dat we steeds vergelijken. We vergelijken onze resultaten met die op eerdere momenten. We vergelijken bepaalde omstandigheden met andere situaties.
Als je een verandering in procenten berekent, bereken je een relatieve verandering. Dit betekent dat je de verandering berekent in verhouding tot de eerdere waarde. Zo kun je bijvoorbeeld zeggen dat de lonen met 3% dalen, of dat de huizenprijzen met 10% stijgen.
Relatief betekent letterlijk betrekkelijk. Iets is betrekkelijk ten opzichte van iets anders. Verhoudingen tussen twee zaken spelen dus een rol. Vaak wordt het begrip relatief gebruikt in een afweging of vergelijking: ''Of iets duur is hangt af van hoe je het bekijkt.
Wier is grammaticaal de correcte vorm in deze zin. Wier wordt gebruikt om te verwijzen naar een vrouwelijke persoon enkelvoud: de vrouw wier auto gestolen werd. Wier kan ook gebruikt worden voor meerdere personen: de mensen wier auto's zo mooi blinken. Wier behoort, net als wiens, wel tot het formele taalgebruik.
Een onbepaald voornaamwoord wordt gebruikt om iets niet-concreets aan te duiden, dus verwijst niet naar specifieke personen of dingen. De onbepaalde voornaamwoorden die in onze taal regelmatig voorkomen zijn: iets, niets, alles, iedereen, iemand, niemand, andere(n), elk(e) en ieder(e).
Aanwijzende voornaamwoorden zijn onder andere: deze, die, dit en dat.