Bierbostel, ook wel bekend als draf, is een bijproduct dat ontstaat tijdens het productieproces van bier in de brouwerijen. Het is omwille van zijn hoge voederwaarde een interessant product voor de geitenhouderij en het wordt gerekend tot de categorie van vochtrijke krachtvoeders.
Gist is nodig om de suikers gewonnen in het brouwhuis met de omzetting van zetmeel tot suikers om te zetten in ethanol (alcohol) en koolstofdioxide (CO2). Brouwers gebruiken doorgaans hun eigen gist. Elke giststam heeft een eigen karakter en een eigen aroma en smaak en zal dus ook een eigen bier opleveren.
Bierbostel maakt brood niet alleen lekker, maar ook gezond! Er zit namelijk minder suiker en meer vezels in bierbostel dan in normaal broodmeel. Bovendien zitten er geen conserveringsmiddelen in. Maar schrik niet als het brood soms anders smaakt.
Bierborstel komt vrij bij het brouwen van bier. Bij het brouwproces worden de koolhydraten uit het graan via tussenstappen gewonnen en gebruikt voor de vergisting tot alcohol. De overblijvende zaadhuid, het eiwit en vet samen is de bierborstel.
Gerst wordt gebruikt voor de bereiding van bier omwille van zijn eigenschappen : Gerst kan door het moutproces verschillende smaakprofielen aanmaken. Na mouten van de gerst bevatten de korrels heel wat enzymen. Het kaf van de gerst is uitstekend geschikt voor het filteren van het wort.
Niet het drankje zelf, maar de schimmel in het bier: biergist. Koster legt uit dat gisten schimmels zijn van één cel groot. ,,Het zijn simpele gisten en daardoor is het makkelijk te begrijpen hoe deze werken en aan te passen zijn om er andere dingen mee te doen.''
Mouten is het proces waarbij van een graansoort mout wordt gemaakt. De graansoort is doorgaans gerst. Mouten wordt gedaan in een mouterij.
Brood gemaakt met bostel, het achterblijvende moutrestant van het bierbrouwproces, smaakt niet alleen heel erg lekker ambachtelijk, maar is ook nog eens erg gezond vanwege de vele vezels en door het bier ook nog eens langer houdbaar.
Bierbostel, een bijproduct van de bierbereiding, is het hele jaar beschikbaar. De prijs van bierbostel is redelijk constant: rond de 52 euro per ton in het najaar.
Je kunt in principe de bostel gewoon invriezen om deze op een later moment te gebruiken om dat geliefde brood te bakken. Als je een grote hoeveelheid overhoudt, dan kun je deze zelfs over meerdere porties verdelen en zo invriezen. Een keer brouwen is dan meerdere keren een brood bakken.
Bierbostel kenmerkt zich in een gemiddelde voederwaarde van ongeveer 940 VEM en een bovengemiddeld ruw eiwitgehalte van 240 gram per kilo droge stof. Dit eiwit is hoogwaardig voor de koe en bevat met 135 gram een relatief hoog aandeel DVE (darm verteerbaar eiwit).
De aanbevolen hoeveelheid bierbostel in het rantsoen ligt in de regel tussen 7 en 10 kg per koe per dag. Sommige melkveehouders hebben vanwege het gematigde aanbod van bierbostel het aandeel ervan in het rantsoen verlaagd.
Qua actieve tijd ben je met het brouwen zelf zes uren bezig. Het overhevelen naar een vat duurt ongeveer 30 minuten en het bottelen zelf neemt tussen de 1 à 2 uren in beslag. Actief gezien ben je dus ongeveer 9 uren bezig. Voor de rest is het veel afwachten.
Bieren met karakter
Het meeste witbier bijvoorbeeld dankt hieraan zijn typische, troebele kleur. Ook vele zwaardere bieren, zoals trappist, worden niet gefilterd en gisten nog na op de fles. Hierdoor evolueert de smaak van het bier, net zoals bij goede wijn, ook nog na het bottelen.
De bakermat van het bier ligt waarschijnlijk in het Midden-Oosten en Egypte. Een van de eerste schriftelijke vermeldingen van bier staan op 5000 jaar oude Soemerische kleitabletten uit Mesopotamië (het huidige Irak en Syrië).
Bierbostel is een lastige grondstof, omdat het uit gekookte granen bestaat. De gluten zijn kapot, waardoor het brood uit elkaar valt. Nu gebruiken we dus dertig procent bierbostel en zeventig procent volkoren meel.
Rijst en maïs spelen ook een rol als zetmeelbron voor het brouwen van bier. Deze granen hebben een hoog zetmeelgehalte maar nauwelijks eiwitten. Met rijst krijg je bier met een dunner mondgevoel en wat drogere smaak. Maïs zorgt ervoor dat bier een heldere kleur krijgt en zachter van smaak wordt.
Mout is een hoofdbestanddeel in veel voedsel, essentieel voor een fijne smaak en textuur. Voor het beste resultaat moet u de beste kwaliteit mout gebruiken. In ons assortiment zitten ook moutsoorten die in de voedingsindustrie toegepast kunnen worden.
Alcoholproductie is onder bacteriën zeldzaam. Wel kunnen zuren en diacetyl gevormd worden. Gist kan dit ook, maar door de eeuwenlange selectie van gist op alcoholproductie produceren biergisten nog maar weinig van deze stoffen.
Tijdens het brouwen van bier worden meestal speciaal opgekweekte gistcellen toegevoegd aan het suikerrijke wort. De gistcellen doen zich tegoed aan de suikers, ze vermenigvuldigen zich in razend tempo en zetten de suikers om in koolzuur en alcohol.
Je kunt namelijk de MBO 4 opleiding bierbrouwer volgen van het StiBON. Dit is de enige officiële Nederlandse opleiding waarin bierbrouwen het belangrijkste is. Het is een BBL MBO 4 traject en dat betekent dat je 4 dagen werkt in een brouwerij en 1 dag les krijgt op school. De opleiding duur in totaal 2 jaar.
Dagelijks gaat het om een drogestofopname van 18 kilo per koe per dag, in de winter is dit 17 kilo droge stof. Ze krijgen jaarrond 7 tot 8 kilo droge stof uit mais, daarnaast dus 5 kilo droge stof uit weidegras aangevuld met kuilgras en krachtvoer.