Omgangsregeling opstellen
Je kunt ook kiezen voor een 'standaard' omgangsregeling. Vaak heeft de niet-verzorgende ouder één keer per twee weken omgang. Deze ziet de kinderen meestal ook voor de helft van alle vakanties en feestdagen.
U heeft als partner recht op 1 werkweek geboorteverlof als uw vrouw of partner is bevallen. Het maakt niet uit of u fulltime of parttime werkt. Geboorteverlof wordt ook wel kraamverlof, partnerverlof of vaderschapsverlof genoemd.
Naar de rechter
U moet een advocaat inschakelen om het verzoek in te dienen bij de rechtbank. De rechter vraagt alle betrokkenen naar hun mening. De rechter beslist in het belang van het kind hoe de omgangsregeling of zorgregeling eruit gaat zien. Reageert u schriftelijk op het verzoek (schriftelijk verweer)?
Recht op omgang met je kind is dan ook een wettelijk recht van vaders. Als er sprake is van normale omstandigheden, zou een vader in de gelegenheid moeten worden gesteld om zijn kinderen minimaal om de week een volledig weekend en wekelijks een vaste dag te zien.
Juridisch gezien hebben zowel de biologische vader als de juridische vader (na erkenning) recht op omgang met het kind. Ook al heb je als biologische vader het kind niet erkend, dan nog heb je recht op contact met je kind. De omgang van de ouders met het kind wordt doorgaans in een omgangsregeling geregeld.
Het staat je vrij om co-ouderschap te weigeren, al ben je de vader of de moeder. Als je denkt dat co-ouderschap in jullie situatie niet geschikt is, dan is het altijd goed om dat uit te spreken. Het helpt als je met een ander voorstel komt waarvan je denkt iedereen tegemoet te komen.
Een vader, die getrouwd is met de moeder van het kind, krijgt automatisch het gezag. Een vader die niet getrouwd is met de moeder, dient echter het kind te erkennen en apart het gezamenlijke gezag aan te vragen. In de praktijk blijkt vaak dat de vader van het kind wel het kind erkend heeft, maar geen gezag heeft.
Bij het doen van een uitspraak kijkt de rechter naar de wet, de feiten (wat is er precies aan de hand), persoonlijke omstandigheden en verklaringen van deskundigen en getuigen.
Voorwaarden voor het uitoefenen van een omgangsregeling
De ouder moet aantoonbaar in staat kunnen zijn om als goed ouder de zorg en opvoeding over het kind te kunnen dragen. Tot slot mag er ook geen sprake zijn van zwaarwegende belangen bij het kind.
Gezag andere ouder stoppen
De rechter stopt het gezamenlijk gezag alleen als het in het belang is van het kind. De rechter bepaalt ook wie van u het gezag dan krijgt. Heeft u meer kinderen, dan bepaalt de rechter voor ieder kind apart wie het ouderlijk gezag krijgt.
Kinderen van afwezige vaders zijn bijvoorbeeld vaak rationeel en helder. Ze hebben leiderschapskwaliteiten en zijn zich erg bewust dat anderen ondersteuning en goedkeuring nodig hebben, juist omdat ze het zelf niet kregen. Ze kunnen opkomen voor zichzelf en voor anderen. Ze houden vast aan hun verantwoordelijkheden.
De rechtbank in Amsterdam heeft bepaald dat de vader van een kind niet alleen recht heeft op omgang met zijn dochter, maar dat hij ook verplicht is om de vastgestelde omgangsregeling na te komen.
Een veelvoorkomende omgangsregeling is dat de kinderen gedurende een weekend om de veertien dagen bij de 'niet-inwonende' ouder verblijven. Vaak zijn de kinderen dan ook gedurende de helft van de schoolvakanties bij deze ouder en worden de feestdagen eerlijk verdeeld.
Zo is de vader die ouderlijk gezag heeft verplicht om bij te dragen in de zorg en opvoeding over het kind. Hij mag ook meebeslissen bij belangrijke aangelegenheden, zoals het verlenen van toestemming voor het aanvragen van een paspoort of het ondergaan van medische behandelingen.
Hoe vaak je je kind kunt zien als je kind in een pleeggezin woont, is in elke situatie anders. In het zorgteam bespreek je met de andere betrokkenen hoe vaak en op welke plek je je kind kunt zien. Je overlegt ook over telefoneren, videobellen of WhatsApp-contact met je kind.
De Hoge Raad is de hoogste rechter en kan besluiten dat een rechtszaak over moet. De Hoge Raad kan ook besluiten dat een rechtszaak heropend moet worden (herziening).
Constitutionele toetsing door de rechter houdt in dat de rechter toetst (of mag toetsen) of wetten al dan niet in overeenstemming zijn met de Grondwet. Het huidige artikel 120 van de Grondwet bepaalt dat de rechter niet mag beoordelen of wetten en verdragen in strijd zijn met de Grondwet.
Ontzetting uit het ouderlijk gezag
Als ouders zich verwijtbaar misdragen tegenover hun kind, kunnen zij uit het ouderlijk gezag ontzet worden. Het gezag over het kind wordt dan meestal overgedragen aan het Bureau Jeugdzorg. Dit bureau oefent dan de voogdij over het kind uit. Het kind gaat naar een pleeggezin of tehuis.
Het Burgerlijk Wetboek regelt in artikel 1:377a dat een kind recht heeft op omgang 'met zijn ouders en met degene die in nauwe persoonlijke betrekking tot hem staat'. Dit betekent dat ook opa en oma een recht op omgang met hun kleinkinderen kunnen hebben.
Einde ouderlijk gezag bij gevaar voor ontwikkeling kind
De raad onderzoekt of de ontwikkeling van uw kind in ernstig gevaar is. En of er geen andere mogelijkheden zijn om dat gevaar te stoppen. Is dat het geval, dan kan de raad de kinderrechter vragen om uw gezag over uw kind te stoppen.
Veelal zal dit ook worden toegekend. De hoofdregel is namelijk dat gezamenlijk gezag in het in het belang van het kind is. Conclusie is dat vaders net zoveel recht op gezag hebben als moeders.
In het geval van co-ouderschap, waarbij beide ouders de helft van de zorg voor de kinderen dragen, wordt een maximale afstand van ongeveer 7 kilometer hemelsbreed als richtlijn genomen. Een grotere afstand maakt het vaak lastig om het co-ouderschap in stand te houden.