In de memorie van toelichting geeft de indiener van een wetsvoorstel toelichting op zijn voorstel. Zo worden de achtergronden van de door de indiener beoogde maatregelen uiteengezet, de reden voor de indiening en de uitwerking van het voorstel.
De Memorie van toelichting is geen wet, maar een Kamerstuk dat een toelichting geeft op een wet. Vandaar dat de Memorie van toelichting niet te vinden is onder Wet- en regelgeving. U kunt deze (vanaf 1 januari 1995) vinden in het onderdeel Officiële bekendmakingen.
De Memorie van Toelichting wordt geschreven door de indiener(s) van het voorstel. Als het om een regeringsvoorstel gaat, is dat een minister of staatssecretaris. Betreft het een initiatiefwetsvoorstel dan is het Kamerlid dat het voorstel indiende de auteur.
Wat is een memorie van antwoord? Datgene wat de gedaagde aanvoert tegen hetgeen de eiser stelt in een appelprocedure in civiele dagvaardingszaken.
De indieners van het wetsvoorstel ondertekenen de memorie. Dat kunnen ministers en/of staatssecretarissen zijn en, in het geval het een initiatiefvoorstel betreft, Tweede Kamerleden.
Wat is een memorie van grieven? Datgene wat de eiser vordert in een dagvaardingsprocedure in hoger beroep.
Bij een wetsvoorstel is volgnummer 1 meestal een korte "koninklijke boodschap", nummer 2 het wetsvoorstel zelf, nummer 3 de memorie van toelichting, en nummer 4 het advies van de Raad van State en het "nader rapport" van de regering met commentaar op het advies.
Meestal dient de regering (de Koning en de ministers) een wetsvoorstel in. Dit heet een regeringsvoorstel. Maar ook Tweede Kamerleden kunnen een wetsvoorstel indienen.
Iedereen die de Nederlandse nationaliteit heeft en ouder dan 18 jaar is, kan een burgerinitiatief indienen. U kunt uw initiatiefvoorstel zelf of samen met anderen indienen. U moet duidelijk opschrijven wat het doel van uw voorstel is, en waarom en hoe u dit doel denkt te kunnen bereiken.
Algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) worden bij koninklijk besluit vastgesteld. AMvB's berusten vaak op de wet. Een wet bepaalt dan een kader waarin wordt bepaald dat de regering regels nader moet uitwerken. De regering gebruikt daar dan AMvB's voor.
Totstandkoming wetgeving
In Nederland maakt de regering wetten in samenwerking met de Tweede en Eerste Kamer. Een wet begint met een wetsontwerp (voorstel van wet) en eindigt met publicatie in het Staatsblad. Daartussen ligt een vast aantal stappen die alle wetsvoorstellen moeten doorlopen: de 'gang van een wet'.
Verreweg de meeste voorstellen (meer dan 90%) komen van de regering. Het kan een tijd duren voordat een nieuwe wet wordt aangenomen. Er zijn veel mensen die erover beslissen. Als een minister een bepaald onderwerp wil regelen, geeft hij de ambtenaren op zijn departement opdracht om een wetsvoorstel te maken.
Reacties. Een wet is vaak verbonden aan een overheid of autoriteiten. Een regel is iets milder van aard en zal meer tussen ''gewone'' mensen tot stand komen.
Wetten zijn geschreven rechtsregels. Elke wet is onderdeel van het recht, maar het recht is breder dan enkel wetten. Ook de rechtspraak (jurisprudentie), de rechtsleer en gewoonten zijn rechtsbronnen. De aankondiging van een wet wordt soms een edict genoemd.
Veel wetten en regelingen gaan over rechten die een overheid aan burgers of bedrijven geeft. Of over plichten die zij oplegt. Denk aan een recht als een werkloosheidsuitkering. Of de plicht om een vispas aan te vragen als u wilt vissen.
Het opschrift van een wetsvoorstel bevat alleen de aanduiding van de inhoud van het wetsvoorstel: "Regels over / met betrekking tot …" of, in het geval van een wijzigingswet, "Wijziging van …".
Grondwettelijk is de koning het staatshoofd en maakt hij deel uit van de regering. Ook heeft hij een rol in de kabinetsformatie en het wetgevende proces. Hij moet elke wet ondertekenen om deze in werking te doen treden.
Een brief van een minister wordt een kamerstuk genoemd. De APA-stijl heeft geen speciale eisen voor kamerstukken. De kamerbrief is een internetbron, omdat de bronnen altijd via het internet te downloaden zijn. Tussen blokhaken voeg je “Kamerbrief” toe.
Alle gedrukte stukken in de Tweede en Eerste Kamer noemen we Kamerstukken. Het gaat onder meer om wetsvoorstellen, brieven van de regering, schriftelijke vragen, verslagen van Kamercommissies, regeringsnota's en moties. Alle wetsvoorstellen worden door de Eerste Kamer behandeld.
Kamerstukken. Kamerstukken of Bijlagen (officieel: “Bijlagen bij de Handelingen”) zijn de schriftelijk uitgewisselde stukken tussen de Regering en het Parlement. Er wordt soms ook over “witte stukken” of “gedrukte stukken” gesproken. Kamerstukken krijgen een kamerstuknummer, het zogenaamde hoofd- of vetnummer.
Het is belangrijk dat u bij het instellen van hoger beroep duidelijk vermeldt waarom u het niet eens bent met de uitspraak van de rechtbank. Als u niet schriftelijk of mondeling redenen voor het hoger beroep opgeeft kan het hof u namelijk niet-ontvankelijk verklaren.
Wanneer u het niet eens bent met de uitspraak van de rechter in hoger beroep, kunt u niet nogmaals in hoger beroep. Dit kan in het Nederlandse recht maar één keer. Wel staat de mogelijkheid voor cassatie bij de Hoge Raad open.
Is de uitkomst van een procedure bij de rechtbank niet naar wens, dan kan het zinvol zijn om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof. In het hoger beroep wordt de zaak volledig opnieuw beoordeeld. Daarbij hebt u ook de gelegenheid nieuwe standpunten en argumenten naar voren te brengen.