Voor de fotosynthese is de intensiteit van het licht van groot belang, maar voor het sturen van de ontwikkeling is een veel zwakker lichtsignaal voldoen. Een klein beetje rood licht in een lange nacht is bijvoorbeeld al voldoende om chrysanten vegetatief te houden.
Planten hebben licht nodig voor het proces van fotosynthese: het chemische proces waarbij planten water en koolstofdioxide omzetten in zuurstof en glucose met behulp van energie uit licht. Dit proces hebben planten bovendien nodig om überhaupt zelf te kunnen groeien.
Planten hebben immers licht nodig voor de fotosynthese, het proces waarbij ze koolstofdioxide omzetten in koolhydraten. Omdat planten niet zelf kunnen bewegen, groeien ze naar het licht toe.
Echter, in fel zonlicht kan het reactiecentrum de gevormde elektronen en protonen niet snel genoeg verwerken. Dit kan leiden tot grote schade in de plant, waarbij zogenaamde vrije radicalen chemische schade toebrengen aan eiwitten en lipiden zodat weefsels afsterven.
Blauw licht (400-500 nm)
Blauw licht is een van de basiskleuren in de (LED) belichting van gewassen. Om gezonde planten te telen met een normale plantvorm is zowel rood als blauw licht nodig. Rood licht is belangrijk omdat het zeer effectief is in de fotosynthese.
Zonder licht kan een plant niet aan fotosynthese doen. De gevormde glucose wordt omgezet in andere verbindingen zoals cellulose en zetmeel.
Fotosynthese bestaat uit twee reacties: de lichtreacties en de donkerreacties. De lichtreactie is afhankelijk van zonlicht en de donkerreactie is niet afhankelijk van zonlicht. De donkerreactie heeft een misleidende naam omdat het suggereert dat deze reactie alleen in het donker plaatsvindt.
Langzame groei of juist langere stengels
Planten hebben licht nodig om te kunnen groeien en als ze niet genoeg krijgen, kan hun groei vertragen of zelfs stoppen. Ook het tegenovergestelde kan gebeuren. De stengels van je planten kunnen door gebrek aan licht uitrekken en dunner worden.
Aangezien planten van nature licht nodig hebben om te overleven, zijn er maar weinig planten die het goed doen op plekken waar weinig daglicht komt. Gelukkig zijn er toch een aantal plantensoorten die zich hebben aangepast aan hun donkere natuuromgeving en het dus ook prima doen in donkere plekjes in huis.
Ze hebben minimaal 5 uur zonlicht per dag nodig om goed te kunnen groeien. Planten die direct zonlicht nodig hebben groeien het beste op een plek dichtbij een raam op het zuiden, want daar komt het meeste zonlicht naar binnen. Kleinere planten kun je zelfs op de vensterbank zetten.
Iedereen weet dat een plant licht nodig heeft om door middel van fotosynthese te groeien. Fotosynthese is een proces waarin energie wordt gebonden en suiker wordt geproduceerd. Maar naast het leveren van energie speelt licht ook een sleutelrol in veel andere plantenprocessen zoals fotomorfogenese en fotoperiodisme.
Hoe gebruiken planten licht? Zonder licht kan je plant geen glucose produceren en dus ook niet overleven. Zet je een plant in het donker neer, dan zal deze wegkwijnen. Zonder licht is er geen leven, en planten hebben de unieke eigenschap dat ze licht kunnen 'eten'.
Als het in het donker staat gaat het wss meer willen overleven uit de grondstoffen die uit de grond komen waardoor het langere wortels heeft. In het licht gaat het meer concentreren op de energie die het uit de zon haalt.
Fotosynthese is het proces waarbij planten water en koolstofdioxide, onder invloed van energie uit licht, omzetten in zuurstof en glucose (suiker). Deze glucose wordt vervolgens door de plant verder omgezet in bijvoorbeeld zetmeel of cellulose.
Rood licht is nodig voor planten voor een gezonde groei. Interessant genoeg halen planten tijdens fotosynthese het meeste energie uit rood licht.
Het optimum ligt zo rond de 25 °C. Tussen 15 en 25 °C zie je een (lichte) toename van de fotosynthese, zoals volgens de algemene regel: een hogere temperatuur geeft een snellere reactie.Vanaf 25 °C neemt de fotosynthesesnelheid echter af.
Planten gebruiken (zon)licht om te groeien. Een klein deel van het zonlicht bestaat uit verrood licht en als dat van andere planten reflecteert kunnen ze elkaar als het ware zien. Elke plantencel bevat, net als in ons oog, receptoren om licht te kunnen waarnemen.
Symptoom 1: vaal, gelig, futloos blad
Veranderen mooie groene bladeren langzaam in valig? Zien sommige bladeren er steeds lichter uit, gaan ze er wat futloos bij hangen? Dan kan het zijn dat je plant te licht staat.
Licht plant zich in vacuüm voort met een snelheid van per definitie 299 792 458 meter per seconde. In een medium als water, lucht of glas is de snelheid lager. Dit komt door de interactie tussen de elektrische vector van de lichtgolven en de elektronenwolken rondom de atomen waaruit het medium is opgebouwd.
Planten halen hun energie uit zonlicht. Met die energie zetten ze in de bladgroenkorrels water en CO₂ om in zuurstof en glucose. Glucose voedt de plant en zorgt ervoor dat die groeit. Dit proces heet fotosynthese.
Het licht dat nodig is voor fotosynthese vangen planten op met de kleurstof chlorofyl. Chlorofyl zit in bladgroenkorrels en geeft planten hun groene kleur. 's Winter is er minder zonlicht en door de kou kunnen planten geen water transporteren. Daarom stoppen ze hun fotosynthese.
De diepzee is het deel van de oceanen dieper dan circa 500 tot 1000 meter. Daar dringt geen zonlicht door en er kunnen dus geen planten groeien die afhankelijk zijn van fotosynthese.
De prikbelletjes in limonade of cola bestaan uit koolstofdioxide. Koolstofdioxide wordt ook wel koolzuurgas genoemd. Koolstofdioxide neemt de plant op met zijn huidmondjes in de bladeren.